Uitspraak
18.3322 WW, 19/1986 WW
OVERWEGINGEN
14 maart 2019 kenbaar gemaakt dat er geen verschil van mening meer bestaat tussen het college en het Uwv, waarbij het college heeft verzocht om een veroordeling in de proceskosten. Volgens vaste rechtspraak (uitspraak van 29 september 2015, ECLI:NL:CRVB:2015:3330) kan echter geen (proces)belang worden ontleend aan de door het college gewenste proceskostenveroordeling, nu van de in artikel 8:75 van de Awb neergelegde bevoegdheid door de rechter ook gebruik kan worden gemaakt indien het beroep niet inhoudelijk is behandeld. Gelet hierop heeft het college geen (proces)belang meer bij een beoordeling van bestreden besluit 2, zodat het hoger beroep van het college niet-ontvankelijk zal worden verklaard.
WW-uitkering van betrokkene bij bestreden besluit 2 eerst per toekomende datum, in dit geval 1 februari 2019, heeft beëindigd. Het beroep van betrokkene tegen bestreden besluit 2 zal daarom ongegrond worden verklaard.
BESLISSING
- verklaart het hoger beroep van het college niet-ontvankelijk;
- verklaart het beroep van betrokkene tegen het besluit van 28 januari 2019 ongegrond;
- veroordeelt het Uwv in de proceskosten van het college tot een bedrag van € 768,-;
- bepaalt dat het Uwv het door het college in hoger beroep betaalde griffierecht van € 508,- vergoedt.