ECLI:NL:CRVB:2017:851
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- B.J. van de Griend
- K.J. Kraan
- J.C.F. Talman
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen afwijzing van aanvraag voor tegemoetkomingen en vrijstellingen voor militairen met een eigen huishouding
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor tegemoetkomingen en vrijstellingen die gelden voor militairen met een eigen huishouding. De Centrale Raad van Beroep heeft op 2 maart 2017 uitspraak gedaan in deze zaak, die voortvloeit uit een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag van 28 juni 2016. Appellant had verzocht om terug te komen van eerdere besluiten van de minister van Defensie, die zijn aanvraag voor voorzieningen over de periode van 8 april 2013 tot 15 december 2013 had afgewezen. De minister stelde dat de eerdere besluiten niet met terugwerkende kracht hoefden te worden herzien, ondanks een eerdere uitspraak van de Raad die een andere uitleg gaf aan de wetgeving omtrent de voorzieningen voor militairen.
De Raad oordeelde dat de aanvraag van appellant moet worden gezien als een verzoek om terug te komen van eerdere, rechtens vaststaande besluiten. De Raad volgde appellant niet in zijn standpunt dat er nooit eerder over de gevraagde tegemoetkomingen was beslist. De Raad benadrukte dat de enkele omstandigheid dat er in een rechterlijke uitspraak een nieuwe uitleg aan een wettelijk voorschrift wordt gegeven, niet betekent dat eerdere besluiten automatisch moeten worden herzien. De Raad bevestigde dat de minister geen aanleiding had om het verzoek van appellant in te willigen, en dat het hoger beroep niet slaagde. De aangevallen uitspraak werd bevestigd, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.