Uitspraak
1 juni 2015, 14/7352 en 11 maart 2016, 15/8186 (aangevallen uitspraken)
PROCESVERLOOP
In zaak 15/4809 WIA
OVERWEGINGEN
per week niet meer dan circa 30 uur belastbaar”; in de FML heeft hij vermeld: “licht beperkt, kan gemiddeld ongeveer 30 uur per week werken”. In de arbeidskundige rapportage wordt onder 7.4 aangegeven dat de bezwaarverzekeringsarts op
29 september 2014 tijdens een overleg met de bezwaararbeidsdeskundige een werkweek van 32 uur vanuit medisch oogpunt akkoord heeft bevonden, omdat er dan voldoende ruimte is voor recuperatie en een voldoende preventief effect op de hoofdpijn”.
11 maart 2003 (ECLI:NL:CRVB:2003:AF8482).
27 januari 2015 en de neuroloog van 23 april 2014 en 3 juni 2015. Mede op basis van deze gegevens heeft de verzekeringsarts bezwaar en beroep geconcludeerd dat de hoofdpijn/migraineklachten niet essentieel gewijzigd zijn ten opzichte van het in 1.6 vermelde onderzoek van juli 2014. Er is sprake van een aggraverende klachtenpresentatie en inconsistenties. Bestudering van het door appellante overgelegde hoofpijndagboek wijst uit dat de migraine optreedt met een frequentie van viermaal per maand, wat overeenstemt met de frequentie die in het rapport 24 september 2014 werd vastgesteld. Bij lichamelijk onderzoek worden geen aanwijzingen voor belangrijke afwijkingen aan de voeten of heupen gevonden. Deze komen evenmin uit de curatieve sector naar voren. Met de in maart 2014 aangenomen en in september 2014 gehandhaafde beperkingen voor het hanteren van zware lasten en de lichte beperkingen voor het lopen en staan tijdens het werk is voldoende aan de heup- en voetklachten tegemoetgekomen. Ten slotte is niet gebleken van aanwijzingen voor een (klinisch relevante) ontregeling van de schildklier in maart 2015. Het medisch beeld is dan ook niet essentieel gewijzigd ten opzichte van juli/september 2014.
25 maart 2015 niet toegenomen arbeidsongeschikt is geworden ten opzichte van
24 september 2014.”