ECLI:NL:CRVB:2017:1176
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- A. Stehouwer
- W.F. Claessens
- M. Schoneveld
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake bijstandsverlening en inkomsten uit bijschrijvingen van ouders
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland, waarin de rechtbank het beroep tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rheden ongegrond heeft verklaard. Appellant ontving tot en met 28 juli 2013 een uitkering op basis van de Werkloosheidswet (WW) en heeft op 1 augustus 2013 een aanvraag voor bijstand ingediend. Tijdens het onderzoek naar deze aanvraag is geconstateerd dat er regelmatig bedragen van zijn ouders op zijn bankrekeningen werden bijgeschreven. Het college heeft deze bijschrijvingen als inkomen aangemerkt, wat leidde tot een herziening van de bijstand en terugvordering van eerder verstrekte bijstandsbedragen.
De Centrale Raad van Beroep heeft vastgesteld dat appellant niet heeft aangetoond dat de bijschrijvingen van zijn ouders leningen waren en dat hij niet kon beschikken over deze bedragen. De Raad oordeelt dat de bijschrijvingen als inkomen moeten worden aangemerkt, omdat deze een structureel karakter hadden en appellant over deze bedragen kon beschikken. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat appellant zijn inlichtingenplicht heeft geschonden door de bijschrijvingen niet te melden, wat heeft geleid tot een te hoge bijstandsverlening.
De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de Centrale Raad van Beroep, waarbij de voorzitter en de leden de beslissing in het openbaar hebben uitgesproken.