ECLI:NL:CRVB:2015:3490
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- A.B.J. van der Ham
- M. ter Brugge
- W. van den Brink
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor griffierecht in beroepsprocedure
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 13 oktober 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De appellant had een aanvraag ingediend voor bijzondere bijstand voor het griffierecht in verband met een beroepsprocedure. Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam had deze aanvraag afgewezen, omdat de aanvraag niet tijdig was ingediend. De Raad heeft vastgesteld dat de kosten voor het griffierecht zijn ontstaan op het moment dat het beroepschrift bij de rechtbank werd ingediend, en niet op het moment dat deze kosten in de rekening-courant van de gemachtigde werden geboekt. De Raad oordeelde dat de aanvraag om bijzondere bijstand te laat was ingediend, aangezien het beroepschrift op 3 oktober 2013 was ingediend en de aanvraag op 5 oktober 2013. De Raad bevestigde het standpunt van het college dat er geen bijzondere omstandigheden waren die rechtvaardigden dat van het beleid zou worden afgeweken. De uitspraak van de rechtbank werd dan ook bevestigd, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.