Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 12 september 2023 in de zaken tussen
[naam 1] B.V., te [woonplaats] (de onderneming)
de minister van Economische Zaken en Klimaat,
Procesverloop
Overwegingen
start van de activiteiten’ vermeld, maar wordt gesproken van ‘
inschrijfdatum in het handelsregister’. Anders dan de onderneming stelt, meent de minister dan ook dat voor een subsidie op grond van beide regelingen, gelet op de tekst daarvan, gekeken dient te worden naar de inschrijfdatum van de onderneming in het handelsregister. Er moet dus niet worden gekeken naar mogelijke evidente juridische belemmeringen, waarmee de feitelijke startdatum kan worden bepaald. In de uitspraak van het College van 21 maart 2023 (ECLI:NL:CBB:2023:143) is geoordeeld dat de minister terecht heeft vastgehouden aan het in de aanvraag ingevulde keuzekwartaal, te weten Q1 2020. Geheel in lijn met deze uitspraak meent de minister dat hij de onderneming terecht de keuze heeft gegeven tussen de referentieperiodes als genoemd in de TVL, aan welke keuzes hij de onderneming vervolgens ook terecht heeft gehouden. Tevens meent de minister dat de onderneming, gelet op de datum van inschrijving in het handelsregister, niet in aanmerking komt voor de in de TVL genoemde uitzonderingen.