ECLI:NL:CBB:2023:445
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing TVL-subsidieaanvragen voor nieuw gestarte onderneming na splitsing van maatschap
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 22 augustus 2023, zijn de beroepen van Vleesvarkenshouderij [naam 1] B.V. tegen de afwijzing van hun aanvragen voor de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) voor de periodes Q1 en Q3 van 2021 ongegrond verklaard. De minister van Economische Zaken en Klimaat had de B.V. aangemerkt als een nieuw gestarte onderneming, omdat de inschrijving in het handelsregister na 15 maart 2020 had plaatsgevonden. Dit leidde tot de afwijzing van de subsidieaanvragen, aangezien de TVL-subsidie alleen beschikbaar is voor ondernemingen die op de peildatum van 15 maart 2020 ingeschreven stonden.
De B.V. voerde aan dat zij een voortzetting was van de eerder bestaande maatschap, die op 1 januari 1950 was ingeschreven en die zich bezighield met de fok van varkens. De activiteiten van de maatschap waren gesplitst, waarbij de B.V. de activiteiten van het vleesvarkensbedrijf overnam. De minister stelde echter dat er geen sprake was van voortzetting van de maatschap, omdat de B.V. op 29 juni 2020 als startende onderneming was ingeschreven en de activiteiten van de maatschap niet nagenoeg volledig waren voortgezet.
Het College oordeelde dat de minister terecht had geoordeeld dat de B.V. niet als voortzetting van de maatschap kon worden aangemerkt. De kenmerken van de onderneming waren gewijzigd door de splitsing, en de B.V. voldeed niet aan de voorwaarden voor de TVL-subsidie. De beroepen werden ongegrond verklaard, en de minister hoefde geen proceskosten te vergoeden.