ECLI:NL:CBB:2021:1055
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Schadevergoedingsuitspraak
- T. Pavićević
- M.C. Stoové
- C.C.W. Lange
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtmatigheid van een last onder dwangsom opgelegd aan een veehouder wegens overtredingen van het Besluit houders van dieren
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 7 december 2021, wordt de rechtmatigheid van een last onder dwangsom beoordeeld die aan een veehouder is opgelegd wegens overtredingen van het Besluit houders van dieren. De zaak betreft een last die is opgelegd aan appellante, een veehouder, door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, na geconstateerde overtredingen tijdens inspecties door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). De inspecteurs constateerden dat het voer dat aan de dieren werd gegeven niet gezond en niet geschikt was, wat leidde tot de oplegging van een last onder dwangsom. Het College oordeelt dat de minister terecht een overtreding heeft vastgesteld, maar dat de opgelegde last te algemeen en onvoldoende concreet is geformuleerd. De last verplichtte appellante om ervoor te zorgen dat alle dieren op haar bedrijf, ongeacht de stal of het hok, voorzien waren van geschikt voer, terwijl de overtredingen slechts in specifieke hokken waren geconstateerd. Hierdoor komt de last te vervallen en wordt ook het invorderingsbesluit vernietigd. Daarnaast wordt de appellante schadevergoeding toegekend wegens overschrijding van de redelijke termijn in de procedure. Het College vernietigt het bestreden besluit, herroept het primaire besluit en het invorderingsbesluit, en veroordeelt de minister en de Staat tot betaling van schadevergoeding en proceskosten aan appellante.