Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 12 januari 2021 in de zaak tussen
Maatschap [naam] , te [plaats] , gemeente [gemeente] , appellante
de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder
Procesverloop
OverwegingenDe Regeling
Besluiten van verweerder
Beroepsgronden
Appellante betoogt verder dat verweerder onvoldoende is ingegaan op de door haar gestelde individuele buitensporige last.
Tot slot betoogt appellante dat aan het bestreden besluit een motiveringsgebrek kleeft.
Knelgevallenregeling
“a. beschikt over een voor 2 juli 2015 aan de landbouwer verleende omgevingsvergunning voor het oprichten van een bedrijf voor het houden van melkvee of over een voor 2 juli 2015 door de landbouwer ingediende melding als bedoeld in artikel 1.10 van het Activiteitenbesluit Milieubeheer voor het houden van melkvee;
(…).”
Het betoog faalt.
Individuele buitensporige last
Het betoog faalt.
Motiveringsgebrek
Overschrijding redelijke termijn
Beslissing
12 januari 2021.