ECLI:NL:CBB:2019:405
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- Rechtspraak.nl
Fosfaatrechten en individuele en buitensporige last in het bestuursrecht
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 10 september 2019 uitspraak gedaan in een geschil over fosfaatrechten. Appellante, een melkveehouderij, had beroep ingesteld tegen een besluit van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, waarin het fosfaatrecht van appellante was vastgesteld op 3.100 kilogram. Appellante stelde dat het besluit een onaanvaardbare inbreuk maakte op haar eigendomsrecht en dat er sprake was van een individuele en buitensporige last. De appellante had haar bedrijf uitgebreid in een periode waarin productiebegrenzende maatregelen te verwachten waren, en voerde aan dat de liquiditeitsbegroting die zij had overgelegd onvoldoende onderbouwd was. Het College oordeelde dat appellante niet aannemelijk had gemaakt dat er sprake was van een individuele en buitensporige last. De gevolgen van de ondernemerskeuzes die appellante had gemaakt, kwamen voor haar rekening. Het College verklaarde het beroep ongegrond, maar veroordeelde de verweerder in de proceskosten van appellante tot een bedrag van € 1.024,-. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor melkveehouders om zich bewust te zijn van de risico's van investeringen in een veranderende regelgeving.