ECLI:NL:CBB:2007:BA2956
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- C.M. Wolters
- J.L.W. Aerts
- M. van Duuren
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om energie-investeringsaftrek door de Minister van Economische Zaken
In deze zaak hebben appellanten, vennoten van de V.O.F. C te X, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Economische Zaken, waarin hun verzoek om een verklaring voor energie-investeringsaftrek werd afgewezen. Dit verzoek was gedaan naar aanleiding van een investering in een bakwand met toebehoren, die zij op 28 april 2005 hadden besteld bij D BV te Y. De Minister stelde dat de aanmelding voor de energie-investeringsaftrek niet tijdig was gedaan, aangezien de aanmelding binnen drie maanden na het aangaan van de verplichtingen had moeten plaatsvinden, zoals voorgeschreven in artikel 3 van de Uitvoeringsregeling energie-investeringsaftrek 2001.
De appellanten voerden aan dat de aankoop pas definitief was op 1 juni 2005, toen de financiering was goedgekeurd. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelde echter dat de verplichtingen al op 28 april 2005 waren aangegaan, toen het orderformulier was ondertekend. De appellanten konden niet eenzijdig besluiten dat de overeenkomst geen doorgang zou vinden, omdat de goedkeuring van de financiering buiten hun invloed lag. Het College concludeerde dat de Minister terecht had geoordeeld dat de aanmelding te laat was en dat de verzoeken om verklaringen voor energie-investeringsaftrek terecht waren afgewezen.
De uitspraak werd gedaan op 13 maart 2007, waarbij het College het beroep ongegrond verklaarde. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd, aangezien er geen aanleiding voor was. De zaak benadrukt het belang van tijdige aanmelding voor de energie-investeringsaftrek en de voorwaarden waaronder deze kan worden verkregen.