Op 1 juli 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak van eiseres tegen het UWV over de weigering van een WIA-uitkering. Eiseres, die minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht, had een aanvraag ingediend voor een WIA-uitkering, maar het UWV weigerde deze op basis van een besluit van 31 maart 2023. Eiseres voerde aan dat het UWV ten onrechte geen uitkering had toegekend en stelde dat haar klachten onvoldoende waren onderzocht. De rechtbank beoordeelde de beroepsgronden van eiseres en concludeerde dat het UWV de WIA-uitkering terecht had geweigerd. De rechtbank oordeelde dat de medische beoordeling door het UWV zorgvuldig was uitgevoerd en dat de beperkingen van eiseres adequaat waren vastgesteld in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML). Eiseres had ook de mogelijkheid gehad om medische informatie in te brengen ter ondersteuning van haar standpunt, maar de rechtbank vond geen aanleiding om te twijfelen aan de juistheid van de medische beoordeling. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, wat betekent dat eiseres geen recht had op een WIA-uitkering per 10 januari 2023. Eiseres kreeg geen proceskostenvergoeding en het griffierecht werd niet vergoed.