Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
KREDIETBANK LUXEMBOURGte Luxemburg (hierna: KBL
). Op basis van de inlichtingen hebben de FIOD-ECD en de Belastingdienst een onderzoek ingesteld. Op de microfiches stonden onder andere de volgende regels:
(...)
52-[rekeningnummer]-63-0000 00 0040 VUE [X - Y] 282,78
legal statement’ en door de schoonvader ondertekend (hierna: de schriftelijke verklaring van de schoonvader). Een notaris heeft op 25 februari 2003 op het document een stempel gezet onder vermelding van ‘
Gezien voor legalisatie van de handtekening van: [volgt naam en enige gegevens van de schoonvader] (…) door mij, notaris vandaag’. De schriftelijke verklaring van de schoonvader luidt voor zover van belang als volgt:
3.Geschil
4.Beoordeling van het geschil
Stb. 2011, 265 (hierna: de Wet) luidde artikel 27e van de AWR als volgt:
5.Proceskosten
6.Beslissing
- verklaart de beroepen gegrond;
- vernietigt de uitspraken op bezwaar;
- vernietigt de navorderingsaanslagen IB/PVV 1990 tot en met 1999 en VB 1991 tot en met 2000 en de daarbij behorende beschikkingen heffingsrente;
- vernietigt de boeten die zijn opgelegd bij de aanslagen IB/PVV 2001 tot en met 2004;
- vermindert de aanslag IB/PVV 2000 tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen van ƒ 41.656 (€ 18.903), en vermindert de daarbij behorende beschikking heffingsrente dienovereenkomstig;
- vermindert de aanslagen IB/PVV 2001 tot en met 2004 en 2007 tot aanslagen berekend naar een inkomen uit sparen en beleggen van nihil, met handhaving van de overige elementen van de aanslagen, en vermindert de daarbij behorende beschikkingen heffingsrente dienovereenkomstig;
- vermindert de aanslag ZFW 2003 tot een aanslag berekend naar een premiegrondslag van € 15.564, en vermindert de daarbij behorende beschikking heffingsrente dienovereenkomstig;
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden: