In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 14 april 2025, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag voor studiefinanciering over de periode van april 2023 tot en met augustus 2023 beoordeeld. Eiseres, een EU-burger ingeschreven aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, had een aanvraag ingediend op basis van een stageovereenkomst met [bedrijf] B.V. De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap had de aanvraag afgewezen op 30 mei 2023, en na bezwaar bleef de afwijzing in stand. Eiseres stelde dat zij ten onrechte niet als migrerend werknemer was aangemerkt en dat haar stageovereenkomst niet in de weg stond aan het verrichten van reële en daadwerkelijke arbeid. De rechtbank oordeelde dat eiseres niet voldoende bewijs had geleverd van haar beschikbaarheid voor de arbeidsmarkt tussen 1 april 2023 en 19 juni 2023, en dat de minister terecht had geoordeeld dat de stageovereenkomst niet voldeed aan de eisen voor studiefinanciering. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, wat betekent dat eiseres geen recht had op studiefinanciering en geen vergoeding van proceskosten ontving.