In deze zaak heeft eiseres, een inwoner van Rotterdam, een verzoek ingediend bij de Dienst Toeslagen voor herbeoordeling van haar recht op kinderopvangtoeslag. Eiseres heeft beroep ingesteld omdat er geen tijdig besluit is genomen door de verweerder. De verweerder heeft op 11 december 2024 een verweerschrift ingediend. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn voor het verzoek tot herbeoordeling is overschreden. De rechtbank heeft verweerder een dwangsom opgelegd van € 50,- per dag voor elke dag dat de termijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank heeft ook bepaald dat de reeds verbeurde dwangsom is vastgesteld op € 1.442,-. Eiseres heeft recht op vergoeding van het betaalde griffierecht van € 51,- en de proceskosten zijn vastgesteld op € 453,50. De rechtbank heeft verweerder opgedragen om binnen zes weken na verzending van de uitspraak een schriftelijke vooraankondiging bekend te maken en binnen twee weken na ontvangst van een zienswijze een besluit over compensatie te nemen. De uitspraak is gedaan op 10 februari 2025 en is openbaar gemaakt.