Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 13 jaren met aftrek van voorarrest.
4..Vooraf
5..EncroChat
Voor zover de verdediging het tegendeel heeft gesuggereerd, heeft zij geen feiten of omstandigheden aangedragen die deze suggestie kunnen rechtvaardigen. De rechtbank gaat er dan ook vanuit dat de Franse autoriteiten de aanvraag voor deze machtiging op basis van eigen feiten en omstandigheden hebben onderbouwd en aan de Franse rechter hebben voorgelegd.
- Nederland heel nauw met Frankrijk in het JIT heeft samengewerkt en vanuit het JIT is gecommuniceerd dat het JIT een implant zou ontwikkelen op de EncroChattoestellen;
- Nederland de plannen van het Franse onderzoeksteam kende, er sprake was van een gedeelde Nederlands-Franse operatie en de Nederlandse diensten daarbij – zoals de toenmalige minister van Justitie en Veiligheid Grapperhaus het formuleerde – “
- Nederland in de ‘live-fase’ van de interceptie onmiddellijk aan de opgevangen data had kunnen zien dat de Franse politie ook berichten opving van toestellen die zich op Nederlands grondgebied bevonden.
“voor op de bok”heeft gezeten zal uit een oogpunt van krachtdadigheid goed hebben geklonken, maar het weerspiegelt de (juridische) gang van zaken niet.
6..Identificatie
- Een gesprek van 3 april 2020 met [naam 1] (welk account is toegeschreven aan [naam 2] (hierna: [naam 2] )) waarin laatstgenoemde vertelt dat de Audi die gebruikt wordt door de echtgenote van de verdachte volgens het politiesysteem voorkomt in verband met een onderzoek naar witwassen. Hij benoemt daarbij een situatie waarin hij in het bijzijn van de echtgenote van de verdachte door de politie werd gecontroleerd. Deze situatie staat ook aldus in het politiesysteem beschreven.
- Een gesprek van 30 maart 2020 met [naam 3] , waarin wordt afgesproken vlakbij het woonadres van de verdachte.
- Een gesprek van 10 april 2020 met [naam 4] over het huren van een motor, terwijl de verdachte een motorrijbewijs heeft.
- Gesprekken met [naam 5] van 11, 12 en 14 mei 2020 waarin wordt afgesproken bij het pannenkoekenhuis op het Malieveld op 14 mei 2020. Uit observatie blijkt dat op 14 mei 2020 bij het Malieveld een ontmoeting plaatsvond tussen enerzijds de verdachte en [naam medeverdachte 1] en anderzijds een derde persoon met zwarte jas.
- Het lijkt er op dat [naam 6] zeer nauw contact heeft met [naam 7] (welk account is toegeschreven aan [naam medeverdachte 1] ). Dat past bij observaties en onderzoeksbevindingen in onderzoek 26Tumwater waarin zij veel samen worden gezien.
- In een gesprek van 16 mei 2020 wordt door [naam 8] gevaagd om contact met [naam 9] . [naam 6] zegt:
- Een gesprek van 25 mei 2020 met [naam 5] . [naam 6] zegt dat hij net een observatie heeft gezien. Uit de politiesysteem blijkt dat de verdachte die dag tegen een agent heeft geroepen dat hij het zat was om gevolgd te worden door de politie.
- Namen die contactpersonen aan [naam 6] geven: [naam 10] , [naam 11] , [naam 12] , [naam 13] , [naam 14] , [naam 15] , [naam 16] , [naam 17] , [naam 18] , [naam 19] , [naam 20] , [naam 21] , [naam 22] , [naam 23] , [naam 24] , [naam 25] .
- De gebruiker gebruikt vaak dezelfde woorden zoals
- Een gesprek van 1 juni 2020 met [naam 26] waarin een afspraak wordt gemaakt om te wandelen in een park om 16.00 uur. Op 1 juni 2020 wordt om 16.30 uur een ontmoeting geobserveerd van de verdachte, [naam medeverdachte 1] en medeverdachte [naam medeverdachte 2] (hierna: [naam medeverdachte 2] ).
- Een gesprek van 3 juni 2020 met [naam 26] waarin een afspraak voor die middag wordt gemaakt om een rondje te maken. Op 3 juni 2020 wordt om 16.00 uur een ontmoeting geobserveerd van de verdachte, [naam medeverdachte 2] en [naam medeverdachte 1] .
- Namen die contactpersonen aan [naam 27] geven: [naam 28] , [naam 29] , [naam 30] , [naam 31] .
- De gebruiker gebruikt typerend woordgebruik zoals
- Van dit account is een IMEI-nummer beschikbaar. Uit onderzoek naar de historische gegevens van dit nummer blijkt dat het toestel voornamelijk gebruik maakte van een zendmast op de Adriaan van der Doeslaan te Rotterdam. Gebleken is dat telefoontoestellen die zich aan de [adres 1] bevonden, bijna steeds gebruik maakten van deze zendmast. Het voertuig van de verdachte stond daar ook vaak in de buurt.
- [naam 32] zoekt in een gesprek op 11 juni 2020 via dit account contact met [naam 33] , waarop [naam 34] hem zegt [naam 33] niet te zijn, maar hem over een paar uur zal ontmoeten. Later neemt [naam 33] via dit account contact met [naam 32] op. [naam 32] gebruikte de naam [naam 33] ook voor [naam 35] (welk account aan [naam medeverdachte 1] is toegeschreven) en [naam 7] , [naam 6] en [naam 27] .
- De gebruiker gebruikt het woord
‘encro’heeft. En vervolgens is te zien dat [naam 27] de contacten en de gesprekken overneemt (bijvoorbeeld met [naam 32] , [naam 5] en [naam 26] ). Hetzelfde gebeurt op 11 juni 2020 als [naam 27] [naam 8] bericht een nieuwe encro te sturen waarbij hij aangeeft: zit op [naam 34] . Voorts gaat de politie er van uit dat op een aantal specifieke momenten door of namens [naam medeverdachte 1] via de accounts die aan de verdachte zijn toegeschreven is gecommuniceerd, te weten op 12 mei 2020 in het gesprek met [naam 8] , op 27 en 28 mei 2020 met [naam 32] en in de gesprekken met [naam 5] (namens [naam medeverdachte 1] ).
Daar komen de overige bevindingen nog bij, zoals de observaties van afspraken die worden gemaakt door [naam 6] op 14 mei 2020, 1 juni 2020 en 3 juni 2020.
7..Zaaksdossier Lamp
“zelfde als laatst, goede geur, goed hard”. Er wordt gevraagd of het ‘colo’ of ‘boli’ is, waarop de verdachte aangeeft dat het ‘boli’ is. De verdachte koppelt terug aan [naam 1] dat het hem niet gaat worden en dat de prijs te hoog lijkt. [naam 1] koppelt dit vervolgens terug aan [naam medeverdachte 1] en stelt voor een puntje naar beneden te gaan en alles te lozen. Contact [naam 26] meldt zich ook bij [naam medeverdachte 1] met de mededeling dat het hem niet lukt 27.500 te bewegen. [naam medeverdachte 1] zegt tegen [naam 26] : “
Maat eerlijk ik vraag nix en bemoei niet met die verkoop alleen prijs rest maatjes zoeken het maar uit”.
Hoe veel spullen zijn in totaal weg nu”, waarop de verdachte antwoordt: “
heb er nog 811 maat”. [naam medeverdachte 1] reageert daarop als volgt: “
389 weg dus pff”.
“Nee leeg bro”.
de rechtbank: de bak is eruit) en het moment waarop de container de loods binnen komt. Vlak na het binnenkomen van de container in de loods, hoort de verdachte dat het erin zit, waar hij opgelucht over is. Hij wil ook een foto zodat hij weet dat het geen hout is. Hij heeft een stempel gezien van wat er aan de overkant in is gegaan. Ongeveer een uur later stuurt hij [naam 1] een foto van een wit blok met daarop een A. Foto’s van een vergelijkbaar blok met daarop een A en van witte blokken met daarop/daarin gestempeld een kroon stuurt hij de volgende dagen naar contacten met wie hij ook over de prijzen en verkoop praat.
- Berichten die betrekking lijken te hebben op de invoer van 25.000 kg in een te huren/leasen of zelf aan te schaffen boot (ook wel ‘het bootverhaal’ genoemd);
- Overige berichten over invoer van verdovende middelen.
Als er gekeken mag worden naar dat schip ivm maken stash dan moet je ff mee”, hetgeen de verdachte geen probleem vindt. [naam medeverdachte 1] vertelt hem de prijs per stuk (2000 euro) en de berekening (25m euro kan 350m worden). De verdachte vraagt
: “manier die we hadden besproken met [naam 41] , zo toch”, waarop [naam medeverdachte 1] antwoordt dat het niet zo’n ding maar een schip is. [naam medeverdachte 1] gaat even kijken wat [naam 41] zegt en de verdachte gaat een lijn zoeken.
30 maart 2020 blijkt al dat [naam medeverdachte 3] een contact van de verdachte is. Ze spreken over ‘ [naam 42] ’ aan de overkant en zijn bedrijf, over mango’s en de havens van Salvador en Rotterdam. Te zien is dat de verdachte een deel van zijn gesprek met [naam medeverdachte 3] doorstuurt naar [naam medeverdachte 1] en ook met [naam medeverdachte 1] verder spreekt over de informatie die hij van [naam medeverdachte 3] krijgt
.Hieruit kan worden afgeleid dat het de verdachte is die met [naam medeverdachte 3] communiceerde. Aan de gesprekken over ‘ [naam 42] ’ wordt ook in de berichten van 11 mei 2020 gerefereerd “
had [naam 42] weer gestalkt” “
ja mij ook”. [naam medeverdachte 3] geeft aan dat zijn collega is opgepakt en druk is. [naam 6] antwoordt daarop: “
Neeeee” en “
klote zegggggg”, schrijfwijzen die passen bij de schrijfwijzen die ook de verdachte veelvuldig hanteert bij worden als ‘
topppp’en
‘johhh’. De rechtbank ziet dan geen reden om – zoals door de verdediging is geopperd – aan te nemen dat het niet de verdachte is die hier gebruik maakt van zijn eigen account. Het gesprek gaat vervolgens direct verder over de bulk en dat dat gewoon met [naam medeverdachte 3] verder kan gaan, zodat hij een leuke verrassing heeft als hij eruit komt. (
De rechtbank maakt uit het dossier op dat met ‘hij’ [naam 43] wordt bedoeld die op 11 mei 2020 is aangehouden “terzake een principale hechtenisstraf van 254 dagen”) Het gaat over een boot met cement zegt de verdachte. Er wordt een afspraak gemaakt voor
14 mei 2020 bij het Malieveld in Den Haag, een afspraak waar [naam medeverdachte 1] en de verdachte samen naartoe zijn gegaan, zo blijkt uit de observatie daarvan.
de rechtbank begrijpt: [naam 45]) 1 & 2 in het bezit zijn van [naam 46] en [naam 47] en niet te koop zijn, terwijl per jaar huren ongebruikelijk is (de rechtbank merkt op dat dit drijvende bokken/kranen zijn). Twee dagen later geeft hij door dat hij met de mensen van de boot heeft gezeten en die moet minimaal zes maanden geleased worden à 1.5 miljoen. De boot kan ook worden gekocht voor 2.2 miljoen. Er wordt veel en uitvoerig gesproken over de prijzen van cement, het vergelijken van offertes en producten alsmede het verdelen van kosten.
“ [naam 41] /jij 4000st rest zet ik”) maar dat betekent niet dat daarmee de verdachte hierbij niet betrokken was. Integendeel, de verdachte en [naam medeverdachte 1] praten ook met elkaar over wat zij van [naam medeverdachte 3] vernamen en als er afgesproken moet worden is de verdachte daarbij aanwezig. Er komen ook duidelijke aanwijzingen in de berichten naar voren dat de verdachte zijn accounts [naam 6] en/of [naam 27] hiernaast zelf is blijven gebruiken, ook in de communicatie over de bulk en de boot met cement. De verdachte stond in maart 2020 reeds in contact met [naam medeverdachte 3] en dat contact is in de maanden daarna in stand gebleven. Het is voorts duidelijk dat hij in april 2020 al sprak met [naam medeverdachte 1] over de boot en de afspraken met ‘ [naam 41] ’ en dat de latere gesprekken van eind mei 2020 waarin wordt besproken dat [naam 41] /jij 4000 st zetten daaraan refereren.
“5000 st op lijn 1742”.
8..Zaaksdossier Barca
[naam medeverdachte 5] (hierna: [naam medeverdachte 5] )
[adres 2] is gelegen waar [naam medeverdachte 1] toentertijd verbleef. De verdachte is ook veelvuldig met [naam medeverdachte 1] als bijrijder gesignaleerd in eenvoudige en steeds wisselende auto’s (zo rijdt hij onder meer in een Volkswagen up!, een Renault Clio, een Mercedes A180, en een Peugeot 108). Met die auto’s ontmoeten zij anderen in restaurants, zoals een ontmoeting met [naam 48] (7 november 2018 [7] ), met [naam 49] bij het Van der Valk hotel te Nieuwerkerk aan den IJssel (12 februari 2019 [8] ) en haalt de verdachte [naam medeverdachte 1] op wanneer deze op 18 februari 2019 een ontmoeting heeft met dan een onbekende persoon bij de Bosweg. De verdachte komt dan alleen aanrijden, maar heeft ook een korte ontmoeting bij de picknicktafel met die onbekende en brengt dan [naam medeverdachte 1] weer weg [9] .
“uit betaals voetbal totaal”zou zijn uitbetaald of ontvangen.
“Bro ze willen mij en mijn mensen ook vermoorden (…)”) [13]
“een encro”te geven
“pap”(
de rechtbank: begrijpt: papieren geld) heeft, dit zal gaan tellen en dan contact op zal nemen met het mannetje van de verdachte. De verdachte wil weten welk bedrag [naam 51] heeft, zodat hij het in de administratie kan zetten [17] en het bericht aan [naam medeverdachte 3] via diens account [naam 5] van 15 mei 2020 [18] .
“Stashes alles”.
30 maart 2020 in beslag genomen partij cocaïne verpakt in "dezelfde dozen", geldoverdrachten, stempels en het werven
(“recruiten”)van mensen bij MSC. [naam 52] heeft op 3 april 2020 drie berichten zonder inhoud verzonden naar het PGP email adres Goldorchid@encrochat.com. Op 6 april 2020 te 10:10 uur verzond [naam 52] vervolgens nogmaals een bericht naar Goldorchid@encrochat.com met daarin kennelijk een administratie van de stash bestaande uit namen/omschrijvingen, data en bedragen.
“h2 prive opname”.
140 Sr wettig en overtuigend is bewezen en dat de verdachte deelnam aan die organisatie en
9..Bewezenverklaring
(het scannen van) containers en/of één of meerdere containernummers, met als bijlage een foto van containernummers en bill of lading; en
10.. Strafbaarheid feiten
3. deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven.
11.. Strafbaarheid verdachte
12..Motivering straf
voor soortgelijke strafbare feiten.
“klaargezet”en koppelt de resultaten weer terug aan [naam medeverdachte 1] , die de leiding heeft van de organisatie.
13.. Toepasselijke wettelijke voorschriften
14.. Bijlagen
15..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 8 (acht) jaren;