2.2.In het arbitraal beding is de benoeming van drie arbiters overeengekomen. Partijen hebben het geschil ondergebracht bij het NAI. Ter zake van dit geschil is sinds april 2018 onder nummer [nummer] een arbitrale bodemprocedure aanhangig bij het NAI. Op dit geschil is het Arbitragereglement 2015 (hierna: het Arbitragereglement) van toepassing.
Dat Arbitragereglement luidt voor zover van belang als volgt:
“Artikel 17 - Ontheffing van opdracht
1. Een arbiter die zijn opdracht heeft aanvaard, kan op eigen verzoek daarvan worden ontheven hetzij met instemming van de partijen hetzij door de administrateur.
2. Een arbiter die zijn opdracht heeft aanvaard, kan door de partijen gezamenlijk van zijn opdracht worden ontheven. De partijen doen direct mededeling van de ontheffing aan de arbiter en aan de administrateur.
3. Een arbiter die zijn opdracht heeft aanvaard, kan, indien hij rechtens of feitelijk niet meer in staat is zijn opdracht te vervullen, op verzoek van een der partijen door de administrateur van zijn opdracht worden ontheven.
4. Een arbiter die zijn opdracht heeft aanvaard, kan door de administrateur uit eigen beweging daarvan worden ontheven indien hij (i) rechtens of feitelijk niet meer in staat is zijn opdracht te vervullen, of (ii) zijn opdracht niet in overeenstemming met dit
Reglement uitvoert.
5. Een scheidsgerecht dat zijn opdracht heeft aanvaard, kan, indien het ondanks herhaalde aanmaning, zijn opdracht, alle omstandigheden in aanmerking genomen, op onaanvaardbaar trage wijze uitvoert, op verzoek van een der partijen door de administrateur van zijn opdracht worden ontheven.
6. In de gevallen genoemd in de leden 1, 3, 4 en 5 gaat de administrateur niet tot ontheffing van de opdracht over dan nadat de partijen in de gelegenheid zijn gesteld hun zienswijze aan hem kenbaar te maken.”