Op grond van de stukken en het onderzoek ter zitting zijn in deze zaak de volgende feiten en omstandigheden voor de rechtbank vast komen te staan.
Sedert 2004 staat het winkelpand van Vroom en Dreesman aan het Veerplein 134 in het centrum van Vlaardingen leeg. In 2005 treedt de gemeente Vlaardingen met eigenaar ING Real Estate (ING) in overleg over een nieuwe bestemming van dit pand, waarop ING een plan uitwerkt voor een ‘leisure concept’. Onderdeel van dit ‘leisure concept’, zoals beschreven in het onderzoeksrapport ‘project leisure concept’ van 13 november 2007, is de exploitatie van een speelautomatenhal op de eerste verdieping van het pand.
Op 18 december 2008 stelt de gemeenteraad de “Verordening Speelautomatenhal Vlaardingen 2008” (Verordening) vast met daarin de voorwaarden voor de vestiging van een dergelijke speelautomatenhal binnen de gemeente. Daarbij is bepaald dat de Verordening op een nader te bepalen tijdstip in werking treedt, omdat tevens besluitvorming moet plaatsvinden op grond van de Wet ruimtelijke ordening (Wro).
Op 20 juli 2009 sluiten de gemeente Vlaardingen en ING de ‘Overeenkomst Project Leisureconcept Veerplein’, waarna Hommerson op 27 januari 2010 een aanvraag indient voor een exploitatie- en aanwezigheidsvergunning voor een speelautomatenhal in Vlaardingen. In de aanvraag is vermeld dat Hommerson kan beschikken over het pand aan Veerplein 134.
Op 6 april 2011 treedt de Verordening in werking. Eiseres, die als exploitant van enkele speelautomatenhallen in de regio ook geïnteresseerd is in vestiging van een speelautomatenhal in Vlaardingen, dient op dezelfde datum een aanvraag in voor een exploitatie- en aanwezigheidsvergunning.
Op 13 april 2011 verleent verweerder bouwvergunning aan Green Retail House (Green), per september 2009 de opvolgend eigenaar van het pand aan het Veerplein 134, voor de realisatie van (onder meer) het casino.
Bij primair besluit I verleent verweerder aan Hommerson een exploitatievergunning met een geldigheidsduur van vijf jaar en een aanwezigheidsvergunning geldig tot 31 december 2012 ten aanzien van een speelautomatenhal aan het Veerplein 132-134 te Vlaardingen. Bij primair besluit III van 16 januari 2013 verleent verweerder opnieuw een aanwezigheidsvergunning tot 31 december 2013.
Bij primair besluit II wijst verweerder de aanvraag van eiseres voor een exploitatie- en aanwezigheidsvergunning af.