In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 30 april 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen de afwijzing van een Wajong-aanvraag door het UWV. Eiser, geboren op 22 juni 1992, heeft zijn aanvraag ingediend op 17 maart 2023, maar het UWV heeft deze afgewezen omdat hij op zijn achttiende verjaardag, 22 juni 2010, geen ingezetene van Nederland was. Eiser heeft in 2009 met zijn ouders naar Servië verhuisd en was daar tot zijn terugkeer in Nederland in maart 2023 ingeschreven. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser op zijn achttiende verjaardag geen duurzame band met Nederland had, aangezien hij en zijn ouders in Servië woonden en alle banden met Nederland waren verbroken, behalve voor sporadische bezoeken aan familie. Eiser heeft aangevoerd dat het UWV de hardheidsclausule en het evenredigheidsbeginsel had moeten toepassen, maar de rechtbank oordeelde dat de wetgeving dwingend is en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een afwijking rechtvaardigden. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, wat betekent dat eiser geen recht heeft op de Wajong-uitkering en geen vergoeding van proceskosten ontvangt.