ECLI:NL:RBOBR:2022:4110
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning van studiefinanciering aan een EU-student en de beoordeling van migrerend werknemerschap
In deze uitspraak van de Rechtbank Oost-Brabant, gedaan op 30 september 2022, wordt het beroep van eiser, een student uit Litouwen, tegen de beslissing van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap om hem geen studiefinanciering toe te kennen, beoordeeld. Eiser had studiefinanciering aangevraagd voor de periode van juni 2021 tot en met december 2021, maar de minister had in een eerder besluit van 31 maart 2021 vastgesteld dat hij geen recht had op deze financiering. Eiser maakte bezwaar, maar dit werd ongegrond verklaard. De rechtbank oordeelt dat het niet in strijd is met de wet om studiefinanciering niet voor de gehele aangevraagde periode toe te kennen, om zo de controle op migrerend werknemerschap te vergemakkelijken. De minister heeft later alsnog studiefinanciering voor een deel van de periode toegekend, maar de rechtbank oordeelt dat dit niet betekent dat het eerdere besluit onjuist was. Eiser kan niet worden aangemerkt als migrerend werknemer voor de periode van september 2021 tot en met december 2021, omdat zijn stage niet als reële en daadwerkelijke arbeid kan worden beschouwd. De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is en dat eiser geen recht heeft op de gevraagde studiefinanciering.