Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De procedure
2.De feiten
Conclusie
niet de oorzaakvan de ontstane schade aan de objecten. (…)”
- dat het hele woongedeelte is verzakt door onnatuurlijke zetting;
- dat de fundering van de woning verschillende grote scheuren door aardbevingen vertoont;
- dat in de woning op verschillende locaties scheuren zichtbaar zijn in de muur en het stucwerk;
- dat de hoofddraagconstructie van de schuur dermate uit het lood is getrild dat de verbindingen uit elkaar zijn getrokken en compleet herstel de enige optie is;
- dat de buitenwand reeds uit nood is gerepareerd; en
- dat de brandmuur, door de onnatuurlijke zetting van het woongedeelte, in het bovenste deel is gescheurd.
3.De gewijzigde vordering van Booman en het verweer
4.De verdere beoordeling
overbelasting van het metselwerkvan de boerderij (2,9 mm/s) is overschreden. De grenswaarden voor het ontstaan van schade door zettingen als gevolg van
verdichting respectievelijk verwekingvan de ondergrond zijn volgens haar niet overschreden.
Overbelasting door aardbevingstrillingen is ook niet uitgesloten als oorzaak van de schade
- Zettingen door normale gebruiksbelastingen zijn gezien de grote waardes, waarschijnlijk oorzaak voor een deel van de schades aan het pand.
- Als er schade door zetting met natuurlijke oorzaken is, heeft dit waarschijnlijk reeds binnen enkele tientallen jaren na oprichting (indicatief: periode 1770 tot 1800) tot scheuren geleid.
- Recente schade door zetting met natuurlijke oorzaken (indicatief: opgetreden zetting in laatste eeuw <4% van het totaal aan zettingen) is onwaarschijnlijk.
- Aardbevingen kunnen tot overbelasting van de fundering (overschrijding maximaal opneembaar draagvermogen) hebben geleid wat tot grote bijkomende zettingen kan leiden.
- Recente schades zijn dus vrijwel zeker het gevolg van de (bijkomende) aardbevings belastingen”