Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De procedure
- het verzoekschrift
- het verweerschrift
- de aanvullende producties (nrs. 49 tot en met 62) van [eiser]
- de aanvullende productie (nr. 25) van [gedaagde]
- de mondelinge behandeling
- de brief aan partijen van 14 juni 2023 met een nadere vraagstelling
- de reactie van mr. De Vries van 14 juni 2023 met verzoek om uitstel
- de reactie van mr. Funke van 14 juni 2023 met verzoek om uitstel
- de e-mail van de rechtbank van 16 juni 2023 aan de advocaten met bericht van inwilliging van de verzoeken om uitstel
- de nadere akte van mr. De Vries van 14 juli 2023
- de nadere akte van mr. Funke van 14 juli 2023.
2.De feiten
3.Het verzoek
A. een billijke vergoeding van € 1.340.083,85 bruto, dan wel € 1.145.227,88 bruto, dan wel een in goede justitie te bepalen hoogte;
B. de resterende transitievergoeding van € 79.594,41 bruto;
C. ter zake van eindafrekening een bedrag van € 9.355,37 bruto aan openstaande vakantie-/ADV-dagen en een bedrag van € 31.250,00 netto aan tantièmes;
D. ter zake van gefixeerde schadevergoeding € 3.750,00 netto;
E. de kosten rechtsbijstand, nog te specificeren, dan wel de buitengerechtelijke incassokosten conform de staffel BIK;
F. de wettelijke rente vanaf de datum van opeisbaarheid over de hiervoor genoemde bedragen;
G. afgifte van deugdelijke bruto/netto specificaties met betrekking tot het bepaalde onder de punten A, B en C, op straffe van een dwangsom van € 250,00 per dag voor iedere dag dat [gedaagde] na betekening van de beschikking in strijd met dit gebod handelt, met een maximum van € 10.000,00;
H. de kosten van het geding, waaronder het salaris voor de advocaat.
4.De beoordeling
Het opzegverbod
dat hij als bestuurder wenst terug te treden, zodat hij zich kan toeleggen op het statutair bestuurderschap van dochtervennootschap [BV 1].
".