Uitspraak
gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende te Lijnden, gemeente Haarlemmermeer,
wonende te [woonplaats] ,
2.Uitgangspunten en feiten
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
17 juli 2020.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 17 juli 2020 uitspraak gedaan over de transitievergoeding voor oudere werknemers in het kader van een onregelmatige opzegging van de arbeidsovereenkomst. De werkgever, Nayak Aircraft Service Netherlands B.V., had de arbeidsovereenkomst van de werknemer, geboren in 1954, onregelmatig opgezegd, waardoor de arbeidsovereenkomst net geen tien jaar had geduurd. De werknemer had recht op een hogere transitievergoeding op basis van artikel 7:673a (oud) BW, dat een regeling biedt voor werknemers van vijftig jaar of ouder met een dienstverband van ten minste tien jaar. De kantonrechter had de transitievergoeding afgewezen, maar het hof vernietigde deze beslissing en kende de werknemer zowel een gefixeerde schadevergoeding als een transitievergoeding toe.
De Hoge Raad oordeelde dat de werkgever de opzegtermijn niet in acht had genomen en dat dit niet alleen leidde tot de verplichting om een gefixeerde schadevergoeding te betalen, maar ook tot het recht van de werknemer op de hogere transitievergoeding. De Hoge Raad benadrukte dat de wetgever niet bedoeld heeft dat een onregelmatige opzegging de werknemer zijn aanspraak op de wettelijke transitievergoeding kan onthouden. De beslissing van het hof werd bevestigd, en het beroep van de werkgever werd verworpen. De Hoge Raad veroordeelde de werkgever in de kosten van het geding in cassatie.