Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[eiser] , te [woonplaats] , eiser
de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Eindhoven, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Ik verwijs naar bijgaande brief en verzoek tot herziening van de ingediende aangifte, nu gebleken is dat [naam] niet de inhoudingsplichtige is.
belastingjaarals zodanig, maar alleen tegen
beslissingenvan de inspecteur daarover. Daarom staat tegen de ‘nieuwe’ beslissing van verweerder ook weer een nieuwe rechtsgang open, zodat de rechtbank bevoegd is om hierover te oordelen.
- Is het bezwaar van eiser tegen de afwijzing van het verzoek om ambtshalve vermindering van de aanslag IB/PVV 2009 terecht niet-ontvankelijk verklaard?
- Zijn de bezwaren van eiser tegen de afwijzingsbeschikkingen van de verzoeken om ambtshalve vermindering van de aanslagen IB/PVV 2010 en 2011 terecht afgewezen?
- Zijn de bezwaren van eiser tegen het niet in behandeling nemen van de verzoeken om ambtshalve vermindering van de aanslagen IB/PVV 2012, 2013 en 2014 terecht niet-ontvankelijk verklaard?
- Is het bezwaar van eiser tegen de afwijzingsbeschikking van het verzoek om ambtshalve vermindering van de aanslag IB/PVV 2016 terecht afgewezen?
31 december 2015. De termijn voor het verzoek over het belastingjaar 2011 eindigde op
31 december 2016. Vast staat dat verweerder de verzoeken tot ambtshalve vermindering van de aanslagen IB/PVV met dagtekening 24 december 2021 op 28 en 29 december 2021 heeft ontvangen. Verweerder heeft de verzoeken om ambtshalve vermindering van de aanslagen IB/PVV voor de jaren 2010 en 2011 afgewezen omdat de verzoeken niet tijdig zijn ingediend.
e-mails aan de rechtbank verzocht om samenhang aan te nemen tussen alle zeven zaaknummers en om éénmaal griffierecht te restitueren.
Beslissing
mr. M.A. Veenstra, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 3 augustus 2023.