In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland op 11 oktober 2022, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar verzoek om herziening van een eerder besluit van verweerder beoordeeld. Eiseres, die sinds 1985 als administratief medewerkster werkzaam is, ontving een WAO-uitkering die op 25 maart 2008 werd ingetrokken. Eiseres heeft in de jaren daarna meerdere keren geprobeerd om haar uitkering te herzien, maar telkens werd haar verzoek afgewezen. In haar laatste verzoek, ingediend op 11 juni 2020, stelde zij dat er nieuwe feiten waren die niet eerder in de beoordeling waren meegenomen, met name psychische klachten die haar situatie beïnvloedden. De rechtbank oordeelt dat verweerder zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn die aanleiding geven om terug te komen op het eerdere besluit. De rechtbank concludeert dat het onderzoek door verweerder zorgvuldig is uitgevoerd en dat de ingebrachte informatie al eerder bekend was en betrokken is bij de eerdere beoordelingen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.