ECLI:NL:RBLIM:2023:5759
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Disciplinaire strafontslag en evenredigheid van de opgelegde sanctie in bestuursrechtelijke context
In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 27 september 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een politieambtenaar, en de korpschef van politie. Eiser was sinds 1981 in dienst en kreeg op 17 december 2020 een disciplinaire straf van onvoorwaardelijk ontslag opgelegd wegens vier verweten gedragingen die als plichtsverzuim werden aangemerkt. Eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, waarbij hij aanvoerde dat de opgelegde straf te zwaar was, vooral gezien zijn psychische klachten. De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder niet voldoende rekening heeft gehouden met deze klachten bij de evenredigheidstoets van de opgelegde straf. De rechtbank oordeelde dat de straf van onvoorwaardelijk ontslag een te zware sanctie was en dat verweerder een passende keuze moest maken uit andere mogelijkheden van bestraffing. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond en vernietigde het bestreden besluit, waarbij verweerder werd opgedragen om een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van de uitspraak. Eiser kreeg ook een vergoeding van zijn proceskosten en het griffierecht.