Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
uitspraak van de meervoudige kamer van 06 oktober 2021 in de zaken tussen
HAGO Nederland B.V., te Heerlen, eiseres
Procesverloop
Overwegingen
een voorschotop een WIA-uitkering draagt. Daarin staat alleen dat een eigenrisicodrager het risico van betaling van de WGA-uitkering draagt. Dat daaronder mede een voorschot daarop moet worden begrepen, staat niet in de Wet WIA. Daarin is evenmin een bepaling opgenomen die een voorschot op een WIA-uitkering gelijkstelt met een WIA-uitkering. Verweerder wijst weliswaar naar artikel 83 van de Wet WIA, maar ook daaruit volgt niet ondubbelzinnig dat onder het betalingsrisico ook een voorschot op een WIA-uitkering moet worden begrepen. Dat verweerder bevoegd is om een voorschot te verlenen bij WIA-aanvragen betekent voorts niet dat daaruit moet worden afgeleid dat dit voorschot dan ook – net als de vastgestelde en toegekende WGA-uitkering – aan een eigenrisicodrager kan worden toegerekend. Van belang daarbij is dat aan het verlenen van een voorschot bij een WIA-aanvraag inherent is dat onzekerheid bestaat of uiteindelijk wel een (aan eiseres toe te rekenen) WGA-uitkering wordt toegekend (zoals in vijf zaken in de beroepsprocedure is gebleken). Uit de Wet WIA blijkt niet ondubbelzinnig dat is bedoeld om ook bij die onzekere situatie het betalingsrisico voor rekening van de eigenrisicodrager te laten komen.