ECLI:NL:RBDHA:2024:6551
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring in het bestuursrechtelijke vervolgberoep
Op 1 mei 2024 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de voortduring van de maatregel van bewaring van een eiser, opgelegd op 15 februari 2024. De rechtbank beoordeelt of deze maatregel rechtmatig is, waarbij zij eerdere uitspraken van 4 en 25 maart 2024 in acht neemt. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft een voortgangsrapportage overgelegd, waar de eiser op heeft gereageerd. De rechtbank heeft het vooronderzoek op 26 april 2024 gesloten en besloten dat de zaak niet op zitting wordt behandeld.
De rechtbank concludeert dat het beroep van de eiser ongegrond is. De rechtbank stelt vast dat er zicht op uitzetting naar Algerije is, ondanks de argumenten van de eiser dat dit niet het geval zou zijn. De rechtbank wijst op de communicatie van de staatssecretaris en de geplande vertrekgesprekken, die aantonen dat de autoriteiten van Algerije meewerken aan de uitzettingsprocedure. De rechtbank oordeelt dat de maatregel van bewaring rechtmatig is en dat er geen aanleiding is voor schadevergoeding of proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. S.A. van Hoof, in aanwezigheid van mr. K.H.M.M. Otten, griffier. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.