ECLI:NL:RBDHA:2024:6257
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvragen van Afghaanse broers en de beoordeling van identiteitsdocumenten door Bureau Documenten
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Haarlem, worden de asielaanvragen van twee Afghaanse broers beoordeeld. De broers, die stellen minderjarig te zijn, hebben asiel aangevraagd na een verblijf in Turkije en een eerdere aanvraag in Bulgarije en Kroatië. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvragen niet in behandeling genomen, omdat Kroatië verantwoordelijk wordt geacht voor de behandeling. De rechtbank heeft de beroepen van de broers gegrond verklaard, omdat de door hen overgelegde identiteitsdocumenten, de tazkera's, door Bureau Documenten als 'hoogstwaarschijnlijk niet echt' zijn beoordeeld. De broers hebben een contra-expertise ingediend, maar de staatssecretaris betwistte de deskundigheid van de contra-expert. De rechtbank oordeelt echter dat de contra-expert voldoende deskundig is en dat Bureau Documenten geen inhoudelijk weerwoord heeft gegeven op de contra-expertise. De rechtbank vernietigt de besluiten van de staatssecretaris en draagt hem op om binnen zes weken nieuwe besluiten te nemen, rekening houdend met deze uitspraak. Tevens worden de kosten van de contra-expertise en de proceskosten aan de eisers vergoed.