Uitspraak
[eiser] , eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
- Identiteit, nationaliteit en herkomst;
- Problemen met stammenstrijd in Ethiopië;
- Problemen in Kenia.
Rechtbank Den Haag
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Haarlem, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag beoordeeld. Eiser, die stelt van Ethiopische nationaliteit te zijn, heeft op 17 januari 2024 een asielaanvraag ingediend in Nederland. De aanvraag werd afgewezen door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 4 februari 2024, omdat deze als kennelijk ongegrond werd beschouwd. Eiser heeft een Keniaans paspoort overgelegd, waarvan de rechtbank oordeelt dat verweerder mocht uitgaan van de echtheid ervan, en daarmee van eisers Keniaanse nationaliteit. Eiser heeft geen originele documenten overgelegd om zijn Ethiopische nationaliteit te onderbouwen, wat de rechtbank als bewijsnood beschouwt.
De rechtbank behandelt de beroepsgronden van eiser, waaronder het ontbreken van een handtekening onder het bestreden besluit en de stelling dat hij niet de Keniaanse nationaliteit zou bezitten. De rechtbank oordeelt dat het ontbreken van een handtekening niet automatisch leidt tot onrechtmatigheid van het besluit. Eiser heeft onvoldoende bewijs geleverd om aan te tonen dat zijn Keniaanse paspoort frauduleus is verkregen. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris de aanvraag terecht heeft afgewezen en dat het beroep ongegrond is. Eiser krijgt geen vergoeding van proceskosten en het verzoek om een voorlopige voorziening wordt afgewezen.