Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.Samenvatting
2.De procedure
- de dagvaarding van 23 augustus 2021 met producties 1 t/m 38;
- de conclusie van antwoord van 24 november 2021 met producties 1 t/m 5;
- het tussenvonnis waarbij de mondelinge behandeling is bepaald op 28 februari 2023;
- de aktes met producties 39 t/m 50 en 51 t/m 55 van [eiser] ; en
- de akte met productie van de Staat.
- eiser in persoon, bijgestaan door mr. T. de Boer en mr. F. Dölle ;
- voor de Staat: mevrouw mr. [naam 2] , senior selectie functionaris bij de afdeling Internationale overdracht strafvonnissen (IOS) en mr. [naam 3] , coördinator juridisch adviseur Dienst Justitiële Instellingen ( DJI ), bijgestaan door mr. J. Perenboom en mr. Ten Broeke . De pleitnotities van de advocaten en de zittingsaantekeningen van de griffier zijn in het griffiedossier gevoegd.
3.De feiten
Straf in België en verzoek overbrenging
Lid 3: De bijzondere kamer van het gerechtshof[bedoeld wordt de penitentiaire kamer van het gerechtshof Arnhem- Leeuwarden ,
rb.]
beoordeelt:
Zoals u weet heeft het Ministerie van Justitie van België mij verzocht om de Belgische straf die aan u is opgelegd, over te nemen en u de mogelijkheid te geven uw levenslange straf in Nederland uit te zitten.
De feiten leveren naar Nederlands recht op:
4.Het geschil
5.De beoordeling
i) de vorderingen van [eiser] zijn ontvankelijk
gelet op de inhoud, de strekking en het karakter van die regeling immers niet zeker dan wel in hoge mate waarschijnlijk dat de veroordeelde na ommekomst van een periode van vijftien jaar (voorwaardelijk) in vrijheid zou worden gesteld’.Zo deze maatstaf al van toepassing is bij overdracht van een levenslange gevangenisstraf, dan geldt dat het gerechtshof Arnhem- Leeuwarden daarbij ten onrechte geen informatie over de toepassingspraktijk van voorlopige invrijheidstelling in België en over de detentiehouding van [eiser] heeft betrokken, terwijl de wetgever dat onderzoek wel voorschrijft. [6]
NJ2000/ 334, randnummer 4.4.2 ) [7] leidt de rechtbank af dat bij overdracht van een levenslange gevangenisstraf onderzoek moet worden verricht ‘
naar de waarschijnlijkheid dat de strafrechtelijke positie van een betrokkene wordt verzwaard’.
bij zijn oordeel omtrent de werkelijk te verwachten strafduur bij de tenuitvoerlegging van deze vrijheidsstraf in Nederland. In dat geval dient de rechter met inachtneming van alle bekende — buitenlandse en Nederlandse — omstandigheden, waartoe ook gerekend kunnen worden de wettelijke bepalingen inzake de voorwaardelijke of vervroegde invrijheidstelling en gegevens omtrent de een instrument als gratieverlening gebruikelijkerwijs bepaalde feitelijke praktijk bij de tenuitvoerlegging van levenslange vrijheidsstraffen, de waarschijnlijkheid te beoordelen dat de strafrechtelijke positie van de betrokkene wordt verzwaard. Bij een te dien aanzien gevoerd verweer moet de rechter ook blijk geven zodanig onderzoek te hebben ingesteld.
- [eiser] dient in de gelegenheid te worden gesteld zijn zienswijze te geven;
- hoor en wederhoor dienen te zijn geborgd;
- [eiser] dient verzekerd te worden van gefinancierde rechtshulp;
- indien het gerechtshof Arnhem- Leeuwarden opinies nodig acht over bijvoorbeeld de detentiehouding of het recidiverisico van [eiser] is de minister verplicht om die opinies op kosten van de Staat te laten opstellen.
1.343,00(2,5 punten × tarief € 598,00)