In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Arnhem, wordt het beroep van eiser tegen het voortduren van de aan hem opgelegde maatregel van bewaring beoordeeld. Deze maatregel is opgelegd op 7 april 2023 en is eerder al door de rechtbank getoetst in verschillende vervolgprocedures. De staatssecretaris heeft op 16 augustus 2023 de maatregel opgeheven vanwege de strafrechtelijke detentie van eiser. De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting gesloten op 25 augustus 2023.
De rechtbank beperkt haar beoordeling tot de vraag of eiser recht heeft op schadevergoeding, nu de maatregel van bewaring is opgeheven. De rechtbank concludeert dat het voortduren van de maatregel niet onrechtmatig was. Eiser had aangevoerd dat de staatssecretaris onvoldoende voortvarend handelde bij de uitzetting, maar de rechtbank oordeelt dat er voldoende acties zijn ondernomen, zoals een vertrekgesprek op 4 augustus 2023.
Daarnaast betoogt eiser dat er geen zicht is op uitzetting, maar de rechtbank wijst erop dat eiser zelf niet meewerkt aan het vaststellen van zijn identiteit. De rechtbank concludeert dat de bewaring voortduurt door het gebrek aan medewerking van eiser en dat er geen grond is voor schadevergoeding. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af.