ECLI:NL:RBDHA:2022:9116
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag opheffing inreisverbod in het kader van tbs-maatregel met dwangverpleging
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 21 januari 2022 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure over de afwijzing van een aanvraag tot opheffing van een inreisverbod. Eiser, een Marokkaanse man geboren in 1987, had een zwaar inreisverbod van tien jaar opgelegd gekregen na een veroordeling voor een misdrijf, waarbij de tbs-maatregel met dwangverpleging was opgelegd. Eiser had op 28 mei 2019 een aanvraag ingediend om het inreisverbod op te heffen, maar deze werd op 12 juni 2020 door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen. De rechtbank heeft in de zitting van 3 juni 2021 het onderzoek geschorst omdat eiser niet aanwezig was, maar op 21 juli 2021 vond een vervolgzitting plaats waarbij eiser met begeleiding aanwezig was. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser niet aan de voorwaarden voor opheffing van het inreisverbod voldeed, omdat hij niet ten minste de helft van de duur van het inreisverbod ononderbroken buiten de EU had verbleven. Eiser voerde aan dat de weigering om het inreisverbod op te heffen in strijd was met de artikelen 3, 5 en 8 van het EVRM, maar de rechtbank oordeelde dat er geen bijzondere feiten of omstandigheden waren die een andere beslissing rechtvaardigden. De rechtbank concludeerde dat de handhaving van het inreisverbod niet in strijd was met het EVRM en verklaarde het beroep ongegrond.