De kliniek adviseert tot verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar. Uit het verlengingsadvies blijkt dat de terbeschikkinggestelde lijdt aan schizofrenie van het gedesorganiseerde type. Deze stoornis komt bij de terbeschikkinggestelde tot uiting in onder meer formele denkstoornissen, een sterke mate van initiatiefloosheid, sociaal terugtrekgedrag en emotionele vlakheid. Hij lijkt zich voor weinig te interesseren en komt (zonder aansporing) tot bijna niets. Er is sprake van een progressief beloop, welke met medicatie zoveel mogelijk wordt tegengegaan.
In een eerdere fase was sprake van verminderd functioneren. Na verhoging van de medicatie leek het beter te gaan met de terbeschikkinggestelde. Er werd door hem meer contact gezocht en onderhouden. In september 2018 was opnieuw sprake van een achteruitgang in zijn functioneren, waarbij de negatieve symptomen van de schizofrenie nadrukkelijker aanwezig waren. Opnieuw is besloten de dosering van de medicatie te verhogen.
Met de zorg die de terbeschikkinggestelde op dit moment krijgt, is het risico op gewelddadig gedrag laag tot matig. Bij het wegvallen van alle zorg en ondersteuning is dat risico op de korte termijn matig tot hoog en op de lange termijn hoog.
Het ontbreekt de terbeschikkinggestelde aan ziekte-inzicht. Hoewel hij zijn medicatie volgens de afspraken inneemt, ziet hij hier niet het belang van in en denkt hij zelfs dat het de medicatie is waar hij ziek van wordt. Zonder medicatie neemt de achterdocht fors toe, en kan hij agressief reageren. Het sociale netwerk van de terbeschikkinggestelde is zeer betrokken, maar begrijpt de stoornis van de terbeschikkinggestelde onvoldoende.
De terbeschikkinggestelde is tot ongewenst vreemdeling verklaard. Hij is uitgeprocedeerd in Nederland en dient terug te keren naar Marokko. Uit onderzoek door CTP Veldzicht is gebleken dat er in Marokko geen passende voorziening beschikbaar is voor de terbeschikkinggestelde. Een korte klinische opname en medicatie zijn beschikbaar. Een voorziening die chronische psychiatrische patiënten, zoals de terbeschikkinggestelde, langdurig kan opnemen is er niet. Ook heeft de terbeschikkinggestelde geen familie in Marokko die de (na-)zorg voor hem op zich kan nemen. Het is dan ook niet mogelijk om een repatriëringsplan op te stellen voor de terbeschikkinggestelde op basis waarvan hij op een veilige en verantwoorde wijze kan terugkeren naar Marokko.
De terbeschikkinggestelde heeft vanwege zijn verblijfsstatus niet de mogelijkheid om op verlof te gaan. Een voorwaarde voor verlof is dat de terbeschikkinggestelde instemt met repatriëring en dat is niet het geval.
De kliniek is van plan de terbeschikkinggestelde voor zoveel mogelijk te stabiliseren om te zien wat nodig is voor een eventuele repatriëring, waarbij de familie van de terbeschikkinggestelde zal worden betrokken. Eventueel zal een aanvraag voor begeleid verlof worden gedaan. Al met al is langer dan een jaar nodig voor de behandeling en om een gedegen repatriëringsplan op te kunnen stellen.