Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 23 april 2019 in de zaak tussen
[eiseres] , eiseres
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Eiseres voert in beroep allereerst aan dat Italië zich jegens haar en haar dochter niet aan zijn internationale verplichtingen zal houden en reeds op voorhand sprake van is van een risico op (indirect) refoulement bij overdracht aan de autoriteiten van Italië. Aannemelijk is geworden dat in Italië sprake is van aan het systeem gerelateerde tekortkomingen van de asielprocedure en de opvangvoorzieningen, die ernstige gronden vormen om aan te nemen dat zij een reëel risico zullen lopen op onmenselijke of vernederende behandelingen in de zin van artikel 3 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) of artikel 4 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (het Handvest). Eiseres verwijst hierbij naar het rapport "Mutual Trust is still not enough" van het Danish Refugee Council (DRC) en de Swiss Refugee Council (OSAR) d.d. 12 december 2018. Het risico dat de fundamentele rechten van Dublinterugkeerders bij terugkeer naar Italië worden geschonden, is volgens DRC en OSAR alleen maar groter geworden door de wijzigingen in het Italiaanse opvangstelsel die zijn ingevoerd vanwege het Salvini-decreet, dat op 5 oktober 2018 in werking is getreden en die het Italiaanse opvangsysteem aanzienlijk negatief beïnvloeden. Eiseres verwijst voorts naar de brief van Vluchtelingenwerk Nederland d.d. 25 maart 2019 waarin de recente ontwikkelingen betreffende asielzoekers in Italië zijn uiteengezet. Daartoe stelt eiseres dat onvoldoende is aangetoond door verweerder dat de verhouding tussen de instroom en de opvangplekken in Italië sinds 2018 aanzienlijk is verbeterd en dat hieruit geconcludeerd kan worden dat geen sprake is van capaciteitsgebrek in opvangcentra.