ECLI:NL:RBDHA:2019:10583
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en overdracht aan Italië in het kader van mensenhandel
In deze zaak heeft eiseres op 24 september 2019 in Nederland aangifte gedaan van mensenhandel. De rechtbank Den Haag behandelt de asielaanvraag van eiseres, die de Nigeriaanse nationaliteit heeft, en die verzoekt om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag niet in behandeling genomen, omdat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag op basis van de Dublinverordening. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen dit besluit. Tijdens de zitting op 25 september 2019 is eiseres verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde. De rechtbank overweegt dat de mogelijkheid van een verblijfsvergunning op grond van het beleid inzake slachtoffers van mensenhandel geen rol speelt bij de beoordeling van de asielaanvraag. De rechtbank stelt vast dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag en dat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat Italië zijn internationale verplichtingen niet zal nakomen. Eiseres voert aan dat zij als kwetsbare vreemdeling moet worden aangemerkt en dat overdracht aan Italië zal leiden tot schending van haar rechten onder het EVRM. De rechtbank oordeelt echter dat de Staatssecretaris zich terecht op het interstatelijk vertrouwensbeginsel kan beroepen. Eiseres heeft niet aangetoond dat zij zonder aanvullende garanties in Italië geen toegang heeft tot adequate zorg of opvang. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en er bestaat geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.