Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.[eiser sub 1] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 20 juni 2016, met producties;
- de conclusie van antwoord, met producties;
- het tussenvonnis van 2 november 2016, waarbij de rechtbank een comparitie van partijen heeft gelast;
- de brief van de rechtbank aan partijen van 12 januari 2017, met bijlage;
- de brief van mr Poortman-de Boer van 30 januari 2017, met één productie;
- het B16 formulier van mr. Poortman-de Boer van 31 januari 2017, met bijlagen;
- het proces-verbaal van comparitie van 7 februari 2017;
- de brief van mr. Ten Broeke van 17 februari 2017;
- het faxbericht van mr. Poortman-de Boer van 2 maart 2017.
2.De feiten
dat, als het ging om aanbestedingen, zowel openbaar als onderhands, hij zelf opdracht gaf en als het ging om regiewerk met een maximaal bedrag van € 5.000,00, [A] opdracht mocht geven. De werkzaamheden door [eiseres sub 2] zijn tot tevredenheid uitgevoerd. Het gaat hier om een bedrag van meer dan
3.Het geschil
4.De beoordeling
Onrechtmatig handelen door strafvorderlijk optreden van de Staat?
oogmerkom de ambtenaar in zijn bediening iets te doen of na te laten, niet bewezen kan worden geacht. In dit verband wijst de rechtbank erop dat volgens het hof het dossier en de behandeling ter terechtzitting verschillende contra-indicaties opleveren, die op zichzelf niet aan een bewezenverklaring in de weg staan, maar wel een belangrijke contra-indicatie opleveren voor het oordeel dat sprake is van giften die zijn gedaan met het oogmerk om [A] te bewegen tot bevoordeling van [eiser sub 1] in de aanbesteding van bouwprojecten.
wederrechtelijkheeft bevoordeeld. De Staat stelt dat de advocaat van [eiser sub 1] het bedrag van € 13 miljoen op de zitting heeft genoemd. Uit het voorgaande volgt dat in geschil is of mr. [officier van justitie] tijdens de zitting van de strafzaken onmiskenbaar een verband heeft gelegd tussen de € 13 miljoen aan door [eiser sub 1] verkregen opdrachten en de ten laste gelegde feiten. Dat mr. [officier van justitie] dit verband heeft gelegd, is vooralsnog niet gebleken. Uit het requisitoir en het proces-verbaal van de zitting blijkt dit in ieder geval niet.