ECLI:NL:RBAMS:2022:7846

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
23 december 2022
Publicatiedatum
27 december 2022
Zaaknummer
13/299842-20 (Promis)
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in de mega Cherokee zaak betreffende deelname aan een criminele organisatie en grootschalige drugshandel

De rechtbank Amsterdam heeft op 23 december 2022 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen [verdachte], die wordt beschuldigd van deelname aan een criminele organisatie met als oogmerk de grootschalige handel in cocaïne en gewoontewitwassen. De zaak betreft een omvangrijk onderzoek, bekend als het onderzoek Cherokee, waarin meerdere verdachten betrokken zijn. De rechtbank heeft vastgesteld dat de organisatie op professionele wijze opereerde, gebruikmakend van een autoverhuurbedrijf en een transportbedrijf, en dat er stelselmatig gebruik werd gemaakt van een corrupte havenmedewerker. De rechtbank heeft in totaal 11 zaken behandeld en gevangenisstraffen opgelegd variërend van 18 maanden tot 12 jaar, evenals een geldboete aan het autoverhuurbedrijf. De rechtbank heeft ook beslissingen genomen over de rechtmatigheid van het gebruik van Sky ECC berichten als bewijs. De rechtbank concludeert dat er voldoende bewijs is voor de deelname van [verdachte] aan de criminele organisatie en dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan de handel in cocaïne en witwassen. De rechtbank legt een gevangenisstraf van 5 jaar op, met aftrek van voorarrest, en verklaart de in beslag genomen auto verbeurd.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

VONNIS
Parketnummer: 13/299842-20 (Promis)
Datum uitspraak: 23 december 2022
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1993,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres [adres] , [woonplaats] . [1]
Inhoudsopgave
1. Het onderzoek ter terechtzitting 2
2. Tenlastelegging 3
3. Algemene inleiding 3
4. Voorvragen 4
4.1. Geldigheid van de dagvaarding 4
4.2. Ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie 4
5. Overwegingen ten aanzien van het gebruik van Sky ECC berichten 5
5.1. De rechtmatigheid van de verkrijging en het gebruik van Sky ECC berichten als bewijs 5
5.1.1. Inleiding 5
5.1.2. De feitelijke gang van zaken rondom de Sky ECC hack 5
5.1.3. Zijn de interceptie en de verkrijging van de Sky ECC data rechtmatig? 11
5.1.4. Heeft het bewaren en het gebruik van Sky ECC data in Nederland rechtmatig plaatsgevonden? 14
5.1.5. Conclusie met betrekking tot rechtmatigheid van de bewijsgaring 18
5.1.6. Informatievoorziening door het Openbaar Ministerie 19
5.1.7. Conclusie met betrekking tot de voorvragen 19
6. Waardering van het bewijs 20
6.1. Het standpunt van het Openbaar Ministerie 20
6.2. Het standpunt van de verdediging 20
6.3. Het oordeel van de rechtbank 20
6.3.1. Sky ECC 21
6.3.2. Zaaksdossiers Liza 26
6.3.2.1. Handel in verdovende middelen (feit 2)27
Liza 1.1: 18 mei 2020 27
Liza 2: 8 juni 2020 30
Liza 4: 6 juli 2020 33
Liza 7.2: 3 t/m 6 juni 2020 34
Liza 8: 28 september 2020 36
6.3.2.2. Witwassen (feit 3)39
Zaaksdossier witwassen [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] (eerste gedachtestreepje) 40
Liza 1.2: 20 mei 2020 – feiten en omstandigheden 46
Liza 2: 8 juni 2020 – feiten en omstandigheden 48
Liza 7.2: 3 t/m 6 juni 2020 52
Liza 9: geldtransporten tussen 16 mei 2020 en 1 juli 2020 54
6.3.2.3. De organisatie (feit 1)61
7. Bewezenverklaring 67
8. De strafbaarheid van de feiten 69
9. De strafbaarheid van verdachte 69
10. Motivering van de straffen en maatregelen 69
10.1. De eis van de officieren van justitie 69
10.2. Het strafmaatverweer van de verdediging 69
10.3. Het oordeel van de rechtbank 70
11. Beslag 72
11.1. Verbeurdverklaring 72
12. Toepasselijke wettelijke voorschriften 72
13. Beslissing 72
Bijlage – Tenlastelegging [verdachte] 75

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 18 januari 2022, 19 januari 2022, 20 januari 2022, [2] 24 januari 2022, 1 februari 2022, 8 februari 2022, 14 februari 2022, 13 mei 2022 en 9 december 2022. Het onderzoek is op laatstgenoemde zittingsdag gesloten.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officieren van justitie mrs. E.B. Smit en M. van Oosten (hierna tezamen ook wel aangeduid als “het Openbaar Ministerie”) en van wat [verdachte] en de verdediging, mr. V.H. Hammerstein en mr. M.L. van Gessel [3] , naar voren hebben gebracht.

2.Tenlastelegging

[verdachte] wordt kort gezegd beschuldigd van:
1. deelname aan een criminele organisatie met als oogmerk het plegen van misdrijven, te weten handel in verdovende middelen (lijst I) en (gewoonte)witwassen in de periode van 1 juli 2019 tot en met 24 november 2020
en/of
deelname aan een criminele organisatie met als oogmerk de handel in verdovende middelen (lijst I) in de periode van 1 juli 2019 tot en met 24 november 2020;
2. medeplegen van handel in verdovende middelen (lijst I), te weten cocaïne, in de periode van 18 mei 2020 tot en met 24 november 2020;
3. medeplegen van gewoontewitwassen van geldbedragen in de periode van 3 april 2020 tot en met 24 november 2020.
De volledige tekst van de tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis is gehecht en maakt deel uit van dit vonnis.
3. Algemene inleiding [4]
Het onderzoek Cherokee is op 16 april 2020 gestart naar aanleiding van het vermoeden dat twee mannen uit Amsterdam Zuid-Oost, [naam 1] en [naam 2] , zich in Antwerpen schuldig maakten aan de import van cocaïne. Hierbij werd gebruik gemaakt van een Audi A3 ( [kenteken] [5] van [medeverdachte 1] , het autoverhuurbedrijf van [medeverdachte 2] . [6] Doordat er plaatsbepalingsapparatuur in dit voertuig was geplaatst, kon worden vastgesteld dat er herhaaldelijk verschillende locaties in Antwerpen werden aangedaan, waaronder een loods gevestigd aan de [locatie loods] . [7] Door de Belgische autoriteiten werd op 22 april 2020 in deze loods 4.200 kilo cocaïne onderschept (zaaksdossier Burro). Een aantal personen, waaronder [naam 1] en [naam 2] , werd hierbij op heterdaad aangehouden en is hiervoor in België strafrechtelijk vervolgd. Het onderzoek Cherokee is gericht op personen in Nederland die vermoedelijk betrokken waren bij de import van deze partij cocaïne. Tijdens het onderzoek rees het vermoeden dat een crimineel samenwerkingsverband (hierna: ‘CSV’) actief was waarvan de deelnemers betrokken waren bij de (grootschalige) import van partijen cocaïne en bij witwassen. Uit het onderzoek, waarin ook gegevens uit andere onderzoeken werden gevoegd, kwam een beeld naar voren van een samenwerkingsverband waarbinnen de verschillende betrokkenen ieder hun eigen rol hadden. Zo werden er onder meer opdrachtgevers, coördinatoren, koeriers, bewakers, uithalers en een bewaarder van geld onderscheiden. Het vermoeden is dat er door dit samenwerkingsverband in totaal meer dan 6.000 kilo cocaïne is ingevoerd en miljoenen euro’s zijn witgewassen.
Het onderzoek Cherokee bestaat uit een veelvoud aan zaaksdossiers: Burro, Breeweg, Finland, Navajos, Movano, Liza, Marilion, 15-16 september, Witwassen, Omkoping, Extern en Vormen CSV. Een deel van de vermoedelijke deelnemers aan de organisatie staat tegelijkertijd terecht in dit strafproces: [medeverdachte 3] (hierna: ‘ [medeverdachte 3] ’), [medeverdachte 2] (hierna: ‘ [medeverdachte 2] ’), [medeverdachte 4] (hierna: ‘ [medeverdachte 4] ’), [medeverdachte 5] (hierna: ‘ [medeverdachte 5] ’), [medeverdachte 6] (hierna: ‘ [medeverdachte 6] ’), [verdachte] (hierna: ‘ [verdachte] ’), [medeverdachte 7] (hierna: ‘ [medeverdachte 7] ’), [medeverdachte 8] (hierna: ‘ [medeverdachte 8] ’), [medeverdachte 9] (hierna: ‘ [medeverdachte 9] ’), [medeverdachte 10] (hierna: ‘ [medeverdachte 10] ’) en de rechtspersoon [medeverdachte 1] (hierna: ‘ [medeverdachte 1] ’).

4.Voorvragen

4.1.
Geldigheid van de dagvaarding
De rechtbank is van oordeel dat de tenlastelegging ten aanzien van de woorden “onder meer”, die in verschillende tenlastegelegde feiten worden gebruikt, partieel nietig is. In de tenlastelegging staan opsommingen van (rechts)personen die ervan worden verdacht te hebben deelgenomen aan het crimineel samenwerkingsverband en ook diverse partijen cocaïne en geldbedragen zijn in de tenlastelegging gespecificeerd. De verdenking is in zoverre helder. Voor zover het de woorden “onder meer” betreft is dat niet het geval. De tenlastelegging bevat op dit punt geen enkele inkadering of beperking en daarmee is onvoldoende duidelijk wat door het opnemen daarvan onder het bereik van de tenlastelegging wordt gebracht. Mede gelet op de omvang van het dossier, is, ten aanzien van de bewoordingen “onder meer”, onvoldoende kenbaar waartegen [verdachte] zich moet verdedigen. De dagvaarding zal in zoverre nietig worden verklaard.
Voor het overige voldoet de dagvaarding aan de vereisten van artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv). De dagvaarding is voor het overige geldig.
4.2.
Ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie
Een deel van de raadslieden van de verdachten in het onderzoek Cherokee heeft betoogd dat het Openbaar Ministerie (hierna: OM) niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vervolging van hun cliënt(en). De verweren die de verdediging in die gevallen heeft aangevoerd zien op de verkrijging en het gebruik van de aan het dossier toegevoegde Sky ECC berichten en de wijze waarop het OM de verdediging en de rechtbank hieromtrent van informatie heeft voorzien. De rechtbank bespreekt deze verweren omwille van de leesbaarheid van dit vonnis in rubriek 5.1.
Voordat de rechtbank (hierna in rubriek 5.1.7) haar beslissingen op deze verzoeken en verweren geeft, geeft de rechtbank een uiteenzetting van wat thans bekend is over de wijze waarop het OM de Sky ECC berichten in het onderzoek Cherokee heeft verkregen en het daaruit voortvloeiende juridisch kader waarin de verzoeken van de verdediging worden geplaatst en beoordeeld.

5.Overwegingen ten aanzien van het gebruik van Sky ECC berichten

5.1.
De rechtmatigheid van de verkrijging en het gebruik van Sky ECC berichten als bewijs
5.1.1.
Inleiding
In het onderzoek Cherokee hebben de raadslieden van de verdachten, met uitzondering van [medeverdachte 7] , verweren gevoerd die zien op de interceptie, de verkrijging en het gebruik van de aan het dossier toegevoegde Sky ECC berichten en de wijze waarop het OM de verdediging en de rechtbank hieromtrent van informatie heeft voorzien. Enkele raadslieden hebben geen zelfstandig verweer gevoerd, maar zich uit praktische overweging aangesloten. In de zaak van verdachte [medeverdachte 3] is in het geheel geen verweer gevoerd.
De rechtbank zal in elke zaak, behalve in de zaken van [medeverdachte 7] en [medeverdachte 3] , de verweren zoveel mogelijk gebundeld bespreken, dit omdat de verweren met elkaar samenhangen en om de leesbaarheid van elk vonnis te bevorderen. Dit brengt met zich mee dat in dit deel van het vonnis mogelijk verweren worden besproken die niet namens verdachte zijn gevoerd. Daar waar in dit deel van het vonnis “verdediging” staat, heeft dat dus niet in alle gevallen betrekking op de verdediging van verdachte.
Door de verdediging is primair om aanhouding gevraagd in afwachting van de beantwoording van prejudiciële vragen door de Hoge Raad die door de rechtbank Noord-Nederland in het onderzoek Shifter zullen worden gesteld. Tevens is om aanhouding gevraagd teneinde prejudiciële vragen te stellen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie in verband met het Unierecht. Door de verdediging is voorts om aanhouding gevraagd en om onderzoekswensen toe te wijzen die – samengevat – neerkomen op het voegen van processtukken uit andere Nederlanse strafzaken, het voegen van processtukken uit het Franse onderzoek bij het bedrijf Sky ECC, het voegen van de JIT-overeenkomst (JIT: Joint Investigation Team) en het horen van getuigen.
Het OM heeft gemotiveerd betoogd dat de verzoeken moeten worden afgewezen en de verweren moeten worden verworpen.
5.1.2.
De feitelijke gang van zaken rondom de Sky ECC hack
Op 26 november 2021 heeft de rechtbank een schriftelijke beslissing genomen op de onderzoekswensen die door de verdediging in het onderzoek Cherokee in een eerder stadium waren ingediend met betrekking tot Sky ECC berichten. [8] De onderzoekswensen zagen op het toetsen van de rechtmatigheid van de vergaring, de ontsleuteling en het gebruik van deze berichten in het onderzoek Cherokee. In deze tussenbeslissing is de rechtbank ingegaan op de feitelijke gang van zaken met betrekking tot de Sky ECC berichten die tot dan toe bekend was. Nadien is er door de verdediging en door het OM nieuwe informatie verstrekt, waardoor er meer bekend is geworden over de feitelijke gang van zaken. Deze gang van zaken is recent beschreven in een vonnis van de rechtbank Amsterdam van 21 november 2022 in het onderzoek 26Zenne. [9] De rechtbank sluit zich aan bij die beschrijving en vult deze op onderdelen aan.
‘Sky ECC’ is de naam van het bedrijf dat een versleutelde berichtendienst aanbood. Een Sky ECC toestel is een mobiele telefoon die voorgeprogrammeerd is en met een abonnement ter beschikking wordt gesteld. Sky ECC bood meerdere modules voor de telefoons aan die functionaliteiten boden voor e-mail, instant chats, instant groepchats, notities, voicemail, beelden en berichten die automatisch worden vernietigd. Ook beschikten de telefoons over verschillende kenmerken waaronder een ‘distress wachtwoord’ en een ‘remote wipe’ waarmee het mogelijk is om (op afstand) alle data op het toestel te wissen. De telefoons werden anoniem en enkel tegen contante betaling verhandeld.
Op 30 oktober 2018 is in Nederland het titel V onderzoek 13Yucca gestart. Dit onderzoek is gestart naar aanleiding van meerdere lopende strafrechtelijke onderzoeken waaruit zou blijken dat personen, die deel uitmaakten van criminele samenwerkingsverbanden die zich bezig hielden met het beramen en plegen van zware criminaliteit, in de periode vanaf augustus 2015 gebruik maakten van telefoons en software van Sky ECC om zo versleuteld te communiceren. Het onderzoek was erop gericht om de criminele samenwerkingsverbanden inzichtelijk te krijgen en zicht te krijgen op gepleegde en nog te plegen strafbare feiten.
Voorafgaand aan dit onderzoek was door Nederlandse opsporingsambtenaren reeds vastgesteld dat de servers van Sky ECC zich in Frankrijk bevonden. Nederland was ermee bekend dat ook België voornemens was om een strafrechtelijk onderzoek naar de onderneming Sky ECC te starten. Aangezien de servers van Sky ECC zich bij hostingbedrijf OVH in de Franse plaats Roubaix bevonden, hebben de Nederlandse en Belgische autoriteiten contact gezocht met Frankrijk en heeft op 9 oktober 2018 een verkennend overleg plaatsgevonden. Het doel van dit overleg was om toelichting te geven over de aanstaande Europese onderzoeksbevelen (hierna: EOB’s) van Nederland en België en helderheid te verkrijgen over de vraag of Frankrijk uitvoering zou kunnen geven aan de voorgenomen verzoeken.
De officier van justitie in het onderzoek 13Yucca heeft de rechter-commissaris een machtiging gevraagd om een vordering ex artikel 126ug lid 2 Sv (verstrekken van in een geautomatiseerd netwerk opgeslagen gegevens) te kunnen doen. De rechter-commissaris verleende die machtiging op 30 november 2018 en gaf toestemming voor het maken van een digitale kopie (image) van alle servers die werden afgenomen door Sky ECC, met de uitdrukkelijke restrictie dat de vergaarde informatie uitsluitend mocht worden aangewend voor het onderzoek naar de technische mogelijkheden voor het tappen en de ontsleuteling. De rechter-commissaris overwoog daarbij dat het te ver zou gaan op dat moment ongeclausuleerd toestemming te geven de inhoud van het berichtenverkeer te doorzoeken op bewijs van mogelijke strafbare feiten van alle gebruikers van Sky ECC. Er zou dan onvoldoende worden voldaan aan het vereiste van artikel 126ug Sv, inhoudende dat het moet gaan om gegevens die klaarblijkelijk afkomstig zijn (of gericht aan) een persoon ten aanzien van wie een redelijk vermoeden bestaat van betrokkenheid bij strafbare feiten in georganiseerd verband. Het enkele gebruik van versleutelde communicatiediensten kan dat redelijk vermoeden niet leveren, aldus de rechter-commissaris. De rechter-commissaris bepaalde dan ook dat de inhoud van de eventueel op de servers aan te treffen berichten niet zonder uitdrukkelijke voorafgaande toestemming van de rechter-commissaris mocht worden gebruikt in een strafrechtelijk onderzoek.
De officier van justitie in het onderzoek 13Yucca heeft vervolgens op 6 december 2018 een EOB naar Frankrijk verzonden met het verzoek om een image (kopie) te maken van de servers, zodat de technische inrichting van de servers kon worden onderzocht met het oog op nader onderzoek, zoals het tappen en ontsleutelen van de via die servers gevoerde communicatie, en zodat inzicht kon worden verkregen in de organisatie van Sky ECC. Verder werd verzocht om informatie te verstrekken ten aanzien van historische en toekomstige klantgegevens van Sky ECC, alsmede het verstrekken van technische gegevens van de server. Bij het EOB zijn twee processen-verbaal gevoegd met daarin informatie over de locatie van de Sky ECC infrastructuur en de kenmerken van de Sky ECC applicatie. België heeft eerder op 21 november 2018 een EOB in verband met Sky ECC naar Frankrijk gezonden.
Frankrijk heeft de architectuur van de servers geanalyseerd. Uit het onderzoek naar aanleiding van het Belgische EOB bleek dat er twee servers werden gehost bij OVH, te weten een hoofdserver die rechtstreeks met het internet verbonden was en een back-upserver. Deze twee servers communiceerden onderling met elkaar via een intranet-netwerk.
Op 13 februari 2019 besloot de Franse officier van justitie bij de rechtbank Lille een opsporingsonderzoek te starten naar Sky ECC.
Op 27 mei 2019 vond er een bespreking plaats bij Europol tussen Franse, Belgische en Nederlandse opsporingsambtenaren waarbij operationele en technische gegevens over de werking van de servers werden uitgewisseld.
De Franse officier van justitie heeft op 14 juni 2019 toestemming gevraagd aan de Franse rechter om over te gaan tot interceptie, opname en transcriptie van de communicatie tussen de Sky ECC servers, welke toestemming diezelfde datum is verleend. De rechter betrok bij deze toestemming informatie afkomstig uit het Nederlandse en het Belgische EOB en een tijdens de bespreking op 27 mei 2019 door de Nederlandse autoriteiten verstrekte computeruitdraai van ongeveer 9.000 berichten van Franse gebruikers van Sky ECC die tijdens het Nederlands opsporingsonderzoek 26Sassenheim (een onderzoek naar de versleutelde communicatiedienst PGP-safe) naar voren waren gekomen. De berichten draaiden vooral om de handel in verdovende middelen en afrekeningen tussen dealers.
Op 24 juni en 26 juni 2019 zijn IP-taps geplaatst op de twee servers. In het proces-verbaal van bevindingen van 2 juni 2022 van een rechercheur van onderzoek Werl staat dat Nederland niet aanwezig was bij het plaatsen van de IP-tap. Nederland is op 8 juli 2019 over deze tap geïnformeerd en op 11 juli 2019 zijn de data van de IP-tap beschikbaar geworden voor Nederland. De rechercheur beschrijft dat tijdens de analyse van de IP-tap data in de beginfase door België en Nederland verbeteringen zijn voorgesteld om de kwaliteit van de interceptie te verbeteren en dat die aanbevelingen door het Franse onderzoek zijn overgenomen en geïmplementeerd. De getapte IP-communicatie was grotendeels versleuteld; slechts metadata waren zichtbaar.
De officier van justitie in 13Yucca heeft op 16 juli 2019 een tweede EOB naar Frankrijk verzonden waarin stond dat was vernomen dat Frankrijk een tap heeft aangesloten en dataverkeer tussen de Sky ECC servers aftapt. Dankzij deze tap waren data verkregen over de werking van de gebruikte servers die noodzakelijk waren voor het onderzoek 13Yucca, teneinde de technische mogelijkheden voor een tap ter verkrijging van de inhoudelijke data verder te onderzoeken. Om die reden werd formeel verzocht om die verkregen data te verstrekken aan Nederland.
Voorts blijkt uit een ‘bericht van overdracht’ van 20 augustus 2019 dat de geïntercepteerde data door de rechter-commissaris van de rechtbank Lille uit eigen beweging op grond van artikel 26 van het Cybercrimeverdrag en artikel 7 van het Rechtshulpverdrag zijn overgedragen aan twee officieren van justitie van het parket Rotterdam. Daarbij is verzocht om de bevindingen naar aanleiding van de data weer terug te koppelen aan Frankrijk.
Op 1 november 2019 is in Nederland het opsporingsonderzoek Werl opgestart, waarbij de verdenking was gericht jegens het bedrijf Sky ECC. Op 13 december 2019 hebben Nederland, België en Frankrijk een JIT-overeenkomst gesloten. Onderzoek Werl maakte deel uit van het JIT. Vanaf dit moment zijn de door Frankrijk geïntercepteerde data aan het gemeenschappelijke onderzoeksteam verstrekt en op die wijze gedeeld met Nederland en België.
Een van de doelstellingen van het JIT was het gezamenlijk uitwerken, ontwikkelen en uitvoeren van de benodigde techniek om de gevoerde communicatie te kunnen ontsleutelen.
Met het doel om versleutelingselementen en/of wachtwoorden te verkrijgen die gebruikt konden worden om de verbinding tussen toestellen en de Sky ECC servers te kunnen ontsleutelen en de servers later forensisch te kunnen onderzoeken, werd door Nederlandse rechercheurs binnen het JIT een techniek ontwikkeld om een kopie te maken van het werkgeheugen van één van de servers zonder dat die offline zou gaan. Op 14 mei 2020 en 3 juni 2020 heeft Frankrijk die ontwikkelde techniek ingezet, waarbij Nederlandse rechercheurs technische bijstand verleenden.
Vervolgens heeft Nederland een zogenoemde ‘Man in the Middle-techniek’ (MITM-techniek) ontwikkeld, die het ontsleutelen van het berichtenverkeer mogelijk maakte. Deze techniek is op 18 november 2020 aangesloten en geactiveerd, nadat de Franse adviescommissie, die een oordeel moet vellen over apparatuur die inbreuk kan maken op de persoonlijke levenssfeer en het briefgeheim, hiervoor een vergunning had verleend. Binnen JIT-verband is in toerbeurt een 24/7 monitoringdienst opgezet om de stabiliteit van het MITM-systeem en de Sky ECC infrastructuur waarborgen.
Toen duidelijk werd dat het mogelijk werd het berichtenverkeer te ontsleutelen en leesbaar te maken, is op 11 december 2020 het (Nederlandse strafrechtelijk) onderzoek Argus gestart. Dit onderzoek richtte zich op vermeende criminele samenwerkingsverbanden van Nederlandse gebruikers van Sky ECC en gebruikers van Sky ECC in Nederland. Vanuit onderzoek Werl werd informatie gedeeld met onderzoek Argus. Deze informatie betrof ook de getapte en verkregen Sky ECC data.
Op 14 december 2020 heeft de officier van justitie in het onderzoek Argus bij de rechter-commissaris, onder verwijzing naar de artikelen 126t lid 1 en lid 6 Sv, gevorderd dat machtiging zou worden verleend voor het onderscheppen van Sky ECC communicatie en voor het ontsleutelen van deze en van de reeds onder Franse rechterlijke machtiging vergaarde en verkregen communicatie. Daarbij werd aangegeven dat een aanzienlijk deel van de gebruikers van Sky ECC zich in Nederland bevond. Aan de rechter-commissaris is inzage verleend in de beslissingen van de Franse rechter. Bij beschikking van 15 december 2020 is door de rechter-commissaris aansluiting gezocht bij het beoordelingskader van artikel 126t Sv en heeft de rechter-commissaris – met formulering van een aantal voorwaarden – de gevraagde machtigingen verleend. Hierna zijn door de rechter-commissaris op vorderingen van de officier van justitie meerdere machtigingen tot verlenging verleend. De vorderingen en machtigingen zagen op de toepassing van de artikelen 126t lid 1 en 126t lid 6 Sv (onderzoek communicatie door middel van een geautomatiseerd werk bij georganiseerde criminaliteit) en later ook op aanvullende, ondersteunende vorderingen op de voet van artikel 126uba Sv (hackbevoegdheid bij verdenking betrokkenheid beramen/plegen misdrijven in georganiseerd verband).
In een proces-verbaal van bevindingen van 6 mei 2021 hebben de rechters-commissarissen uit het onderzoek Argus inzicht gegeven in de gang van zaken met betrekking tot de vorderingen en machtigingen en hun afwegingen en beslissingen ten aanzien van de Sky ECC data in onderzoek Argus.
Aangezien de wet volgens de rechters-commissarissen geen procedure kent voor dit soort gevallen, hebben zij zich allereerst afgevraagd of er wel een machtiging van hen vereist was en waarop hun bevoegdheid in dat geval was gebaseerd. Zij concludeerden dat hoewel op voorhand niet vaststond dat een beslissing van de Nederlandse rechter-commissaris noodzakelijk was voor de rechtmatigheid van het gebruik van de Sky ECC data, een toetsing van de proportionaliteit door de rechter-commissaris toch was aangewezen, met het oog op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de betrokkenen. De rechters-commissarissen hebben afwegingen gemaakt en voorwaarden gesteld, om de privacy schending zoveel mogelijk in te kaderen en zogenaamde ‘fishing expeditions’ te voorkomen.
De voorwaarden die de rechters-commissarissen aan de uitvoering van de machtiging hebben gesteld luidden als volgt:
De vergaarde en ontsleutelde informatie mag slechts worden onderzocht met toepassing van vooraf aan de rechter-commissaris voorgelegde zoeksleutels, zoals:
- informatie over Sky ECC gebruikers (en hun tegencontacten en eventueel daar weer de tegencontacten van) uit lopend onderzoek naar criminele samenwerkingsverbanden;
- zoektermen (steekwoorden) en/of afbeeldingen die naar hun aard wijzen op ernstige criminele activiteiten in georganiseerd verband;
Het onderzoek met de zoeksleutels moet zo worden ingericht dat desgewenst achteraf reproduceerbaar en verifieerbaar is voor de rechtbank en verdediging welke resultaten/dataset de zoekslag heeft opgeleverd, en dus welke gegevens ter beschikking zijn gesteld voor het desbetreffende opsporingsonderzoek;
Er wordt bij het onderzoek recht gedaan aan het verschoningrecht van geheimhouders waaronder advocaten. Voor zoveel mogelijk wordt geheimhouderscommunicatie actief uitgefilterd;
De rechter-commissaris wordt inzage gegeven in de onderliggende Franse rechterlijke beslissingen;
De vergaarde informatie wordt na het onderzoek zoals hiervoor omschreven voorgelegd aan de rechter-commissaris om de inhoud en omvang te controleren, en de relatie tot concrete vermoedelijke strafbare feiten te beoordelen;
De vergaarde informatie zal pas na uitdrukkelijke toestemming van de rechter-commissaris aan het OM of de politie ter beschikking worden gesteld ten behoeve van (verder) opsporingsonderzoek. Daarbij moet (gelet op voorwaarde 2) duidelijk zijn op welke gegevens de toestemming ziet, en welke gegevens aan het onderzoeksteam worden verstrekt;
De vergaarde informatie zal slechts ter beschikking worden gesteld voor onderzoeken naar strafbare feiten die naar hun aard, in georganiseerd verband gepleegd of beraamd, een ernstige inbreuk maken op de rechtsorde, dan wel misdrijven met een terroristisch oogmerk.
Vanuit het onderzoek Argus is informatie overgedragen aan het onderzoek Auckland. In dit onderzoek wordt onderzoek gedaan naar een vermeend crimineel samenwerkingsverband uit Amsterdam Zuidoost dat zich zou richten op de handel in verdovende middelen en witwassen. In het onderzoek Auckland was gebleken dat deelnemers aan dit crimineel samenwerkingsverband middels Sky ECC met elkaar in contact stonden.
Om een goed beeld te krijgen van dit criminele samenwerkingsverband is, na verzoek van het OM, op 18 februari 2021 aanvullende toestemming verleend door de rechter-commissaris om onderzoek te mogen doen naar gespecificeerde Sky ECC communicatie, gevoerd door geïdentificeerde verdachte personen. Dit betrof ook personen die voorkomen in het onderhavige onderzoek Cherokee, waaronder (mede)verdachten [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 6] . Het betrof hierbij zowel onderzoek naar communicatie van deze verdachten met anderen als communicatie van deze verdachten met derden (kader A en kader A-B). Deze toestemming is door de rechter-commissaris bevestigd in een proces-verbaal van 17 januari 2022.
Vanuit het onderzoek Auckland is vervolgens informatie overgedragen aan het onderhavige onderzoek Cherokee, dat is gestart op 16 april 2020 en is gericht op een vermeend crimineel samenwerkingsverband dat zich bezig zou houden met grootschalige import en handel van cocaïne en witwassen. Met het onderzoek Cherokee werden naast Sky ECC data uit het onderzoek Auckland ook Encrochat data uit het onderzoek Lemont gedeeld.
Op 13 september 2021 en 6 januari 2022 heeft de rechter-commisaris vorderingen toegewezen tot (permanente) onthouding ex artikel 149b Sv met betrekking tot de zwartgemaakte passages in de aan het dossier toegevoegde machtigingen ex artikel 126uba Sv, omdat er belangen zijn (met betrekking tot de werking van de interceptietool) die aan volledige openbaarmaking van de inhoud van de machtigingen in de weg staan.
5.1.3.
Zijn de interceptie en de verkrijging van de Sky ECC data rechtmatig?
Voorbereidend onderzoek tegen verdachte?
Uit de hiervoor weergegeven feitelijke gang van zaken en de onderliggende stukken met betrekking tot de interceptie van de Sky ECC data en de uiteindelijke verkrijging van die data in het onderzoek Argus, volgt dat deze interceptie en verkrijging niet hebben plaatsgevonden in het voorbereidend onderzoek tegen een of meer van de verdachten in de zaak Cherokee. Deze verdachten noch de aan hen ten laste gelegde feiten waren destijds het voorwerp van onderzoek. Een eventueel vormverzuim ten aanzien van die interceptie en verkrijging valt dus niet rechtstreeks onder het bereik van artikel 359a Sv.
Vormverzuimen buiten het voorbereidend onderzoek
Onder omstandigheden kunnen er ook rechtsgevolgen verbonden worden aan vormverzuimen die weliswaar niet zijn begaan in het voorbereidend onderzoek tegen de verdachte, maar die wel van bepalende invloed zijn geweest op het verloop van het opsporingsonderzoek of de vervolging van de verdachte. Dat is dan ook de volgende vraag die ten aanzien van een aantal van de verdachten in het onderzoek Cherokee beantwoord dient te worden.
Toepasselijkheid vertrouwensbeginsel
Door het OM is vanaf het moment dat de Sky ECC data aan het dossier werden toegevoegd gesteld dat de interceptie van de Sky ECC data heeft plaatsgevonden in een Frans opsporingsonderzoek, met toestemming van een Franse rechter, op basis van Frans recht, met behulp van een Franse interceptietool en dat het interstatelijk vertrouwensbeginsel met zich meebrengt dat van de rechtmatigheid van die interceptie (en de daarop volgende verstrekking) moet worden uitgegaan. Toen nadien bekend werd dat de interceptie had plaatsgevonden met technische bijstand door Nederlandse opsporingsambtenaren, leidde dit niet tot een ander standpunt. Dit standpunt is inmiddels door meerdere rechtbanken in Nederland gevolgd, met de overweging dat het leveren van technische expertise en/of bijstand nog niet leidt tot een verschuiving van verantwoordelijkheid voor het opsporingsonderzoek. Dit was ook de overweging van de rechtbank in haar tussenbeslissing van 26 november 2021.
Door de verdediging is – niet alleen in het onderzoek Cherokee maar ook in andere strafzaken – vanaf het begin naar voren gebracht dat de rol van de Nederlandse opsporingsambtenaren bij de interceptie veel groter was dan uit de stukken naar voren kwam. Om deze reden bleven zij aandringen op het voegen van stukken en het horen van getuigen. Ter onderbouwing van hun stelling overlegde de verdediging (soms flarden) van stukken uit een Belgisch strafdossier, een buitenlands vonnis en mediaberichten. Ook werd door de verdediging de JIT-overeenkomst ingebracht. De verdediging verzocht in staat te kunnen worden gesteld om te onderzoeken wat de rol van de Nederlandse opsporingsambtenaren bij de interceptie was geweest en stelde dat het OM ten onrechte de blokkerende werking van het vertrouwensbeginsel inriep in reactie op de onderzoekswensen.
Het OM heeft uiteindelijk in een brief van 2 juni 2022, voorzien van tweeënveertig bijlagen, een nadere en meer gedetailleerde uiteenzetting gegeven van het verloop van de strafrechtelijke onderzoeken in Nederland, het verloop van de internationale samenwerking met Frankrijk en België, het verloop van de interceptie en de Nederlandse bijdrage aan de ontwikkeling en inzet van de interceptietool.
De rechtbank stelt voorop dat het op de weg van het OM ligt om transparant te zijn over het verloop van een opsporingsonderzoek, niet alleen in het geval van een onderzoek naar een individuele verdachte, bij uitstek ook in het geval een onderzoek leidt tot een bewijsgaring van een aard en omvang als in het geval van de Sky ECC hack. Tenminste mag worden verwacht dat inzicht wordt gegeven in de Nederlandse betrokkenheid bij dat onderzoek. Pas dan kan immers worden beoordeeld of bijvoorbeeld het vertrouwensbeginsel van toepassing is en of daarmee de kous af is. Aan die transparantie heeft het aanvankelijk ontbroken.
De rechtbank is van oordeel dat de stukken die thans deel uitmaken van het dossier voldoende inzicht geven in het bewijsgaringsproces rondom de Sky ECC data om de rol van de Nederlandse opsporingsambtenaren hierbij te kunnen duiden en de rechtsgevolgen daarvan te kunnen waarderen. Om die reden heeft de rechtbank de hiermee verband houdende onderzoekswensen van de verdediging, op de zitting van 9 december 2022 afgewezen.
De rechtbank heeft evenmin aanleiding gezien de zaak aan te houden in afwachting van de beantwoording van de Hoge Raad van prejudiciële vragen van de rechtbank Noord-Nederland in het onderzoek Shifter. De rechtbank begrijpt de grote behoefte aan een eenduidige en bij voorkeur finale beslissing over de bruikbaarheid van de Sky ECC data voor het bewijs in strafzaken. Daarmee is echter nog niet gezegd dat de beantwoording door de Hoge Raad van de prejudiciële vragen zal voorzien in die behoefte. Ook een vergelijking met de gang van zaken bij lopende cassatieprocedures dringt op; zolang de Hoge Raad nog niet gesproken heeft, plegen de rechtbanken de zaken voort te zetten en zeker niet een inhoudelijke behandeling aan te houden. Bij de huidige stand van zaken vindt de rechtbank het niet noodzakelijk om de behandeling van deze zaak aan te houden in afwachting van de uitkomst van dit traject. Doorslaggevend daarbij is dat de rechtbank, nu zij kennis heeft genomen van alle aan het dossier toegevoegde stukken en standpunten, van oordeel is dat zij voldoende in staat is, zelf tot een afgewogen oordeel te komen over de in de zaken in het onderzoek Cherokee opgeworpen ontvankelijkheids- en rechtmatigheidsvragen. Dat dit oordeel op onderdelen zal afwijken van oordelen van andere rechtbanken die zich reeds hebben uitgelaten over de Sky ECC data, is inherent aan een rechterlijke procedure in eerste aanleg.
De rechtbank maakt uit de stukken op dat het inderdaad zo is dat de IP-tap in Frankrijk is gezet in het kader van een Frans onderzoek met machtiging van een Franse rechter. In zoverre is het vertrouwensbeginsel naar het oordeel van de rechtbank onverkort van kracht. De rechtbank gaat er nog steeds vanuit dat de interceptie in Frankrijk op basis van een toereikende wettelijke grondslag en in overeenstemming met artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (hierna: EVRM) heeft plaatsgevonden en het recht op privacy dus bij de opsporingshandelingen in acht is genomen. De rechtbank betrekt daarbij dat het feit dat de Franse rechter zich mede heeft gebaseerd op informatie afkomstig van Nederlandse opsporingsambtenaren geen afbreuk doet aan dit uitgangspunt, te meer nu niet is gebleken van enige onregelmatigheid of onjuistheid ten aanzien van deze informatie. Ook ten aanzien van de op deze interceptie volgende verstrekking van de Sky ECC data aan Nederland geldt dat er op mag worden vertrouwd dat deze heeft plaatsgevonden met inachtneming van op Frankrijk rustende wettelijke en verdragsrechtelijke verplichtingen.
Medeverantwoordelijkheid Nederland?
Bij de rechtbank dringt zich de vraag op of de Nederlandse opsporingsambtenaren niet een mate van medeverantwoordelijkheid dragen voor de interceptie. Uit de stukken blijkt immers van een actieve en toenemende betrokkenheid van Nederlandse opsporingsambtenaren bij de (voorbereiding van de) interceptie.
Weliswaar is de rechtbank met de officier van justitie van oordeel dat het verstrekken van informatie, zoals in dit geval informatie over de locatie en de werking van de servers en de criminele aard van 9.000 Sky ECC berichten, nog niet leidt tot een medeverantwoordelijkheid voor de daarop volgende interceptie. Echter, toen de interceptie in het Franse onderzoek eenmaal gaande was, ging de betrokkenheid van Nederlandse opsporingsambtenaren verder. Zoals hiervoor weergegeven, deden zij voorstellen voor verbetering van de kwaliteit van de IP-tap. Ook heeft de Nederlandse officier van justitie verzocht om formele verstrekking van de aldus afgevangen data om de technische mogelijkheden voor een tap ter verkrijging van de inhoudelijke data verder te onderzoeken. Eén van de doelstellingen van het JIT was het gezamenlijk uitwerken, ontwikkelen en uitvoeren van de benodigde techniek om de gevoerde communicatie te kunnen ontsleutelen. Nederlandse rechercheurs hebben een techniek ontwikkeld om een kopie van het werkgeheugen van de servers te maken om versleutelingselementen en wachtwoorden te verkrijgen en hebben bijstand verleend bij de inzet van die techniek. Ook hebben zij de MITM-techniek ontwikkeld die het ontsleutelen mogelijk maakte en zij hebben per toerbeurt meegedraaid in de 24/7 monitoringsdienst om de stabiliteit van het MITM-systeem en de Sky ECC infrastructuur te waarborgen. De rechtbank ziet in deze Nederlandse betrokkenheid een toenemende mate van bepalende invloed. De Nederlandse inbreng, die speciaal voor dit doel werd ontwikkeld, lijkt cruciaal te zijn geweest voor het welslagen van de interceptie, in die zin dat uiteindelijk ook van de inhoud van de berichten kennis kon worden genomen.
Deze betrokkenheid van de Nederlandse opsporingsambtenaren roept zoals gezegd de vraag op of zij niet medeverantwoordelijk moeten worden gehouden voor de interceptie. Dat leidt tot de vraag of de Nederlandse officier van justitie zich in dat verband niet had moeten wenden tot de rechter-commissaris teneinde een machtiging te verkrijgen voor deze interceptie. Bij de officier van justitie was immers bekend dat een aanzienlijk deel van de gebruikers van Sky ECC zich in Nederland bevond.
Daarbij komt de vraag of ingevolge artikel 5.4.18 Sv een eerdere gang naar de rechter-commissaris niet aangewezen was geweest. Dit artikel schrijft voor dat de officier van justitie de rechter-commissaris kennisgeeft van een interceptie op Nederlands grondgebied, nadat hij daarover middels een daartoe strekkend formulier is geïnformeerd door een lidstaat, waarna de rechter-commissaris aangeeft of met de interceptie kan worden ingestemd. Weliswaar blijkt in geval van de Sky ECC hack niet van een dergelijk formulier, maar dat de Nederlandse officier van justitie op de hoogte was van de interceptie die ook vele gebruikers in Nederland trof, is evident.
Een positieve beantwoording van ieder van deze twee vragen zou kunnen betekenen dat een vormverzuim moet worden vastgesteld. De rechtbank laat de beantwoording van deze vragen echter in het midden en wel om de reden dat – zo er al sprake is van een vormverzuim – dit verzuim niet van bepalende aard is geweest in het onderzoek naar de verdachten in het onderzoek Cherokee en derhalve zonder consequenties kan blijven. De rechtbank licht dat hieronder toe.
Enig vormverzuim in het niet betrekken van de rechter-commissaris bij de Nederlandse inbreng in de interceptie, raakt de rechtmatigheid van de interceptie door Frankrijk niet. Uit de stukken blijkt immers dat de interceptie (mede) heeft plaatsgevonden in een Frans onderzoek met toestemming van een Franse rechter, zonder dat aan deze toestemming enig gebrek lijkt te kleven. Er bestond dus een geldige rechterlijke titel voor de interceptie.
Daarnaast dient de bepaling van artikel 5.4.18 Sv primair de bescherming van de soevereiniteit van de lidstaten. Een eventuele schending van die soevereiniteit is in beginsel in het kader van de strafzaken tegen de verdachten niet relevant. Bovendien is van belang dat een dienstverlening als Sky ECC, waarbij digitale diensten worden aangeboden, over traditionele landsgrenzen heen gaat. Een strafrechtelijk onderzoek kan niet zonder meer volgens de traditionele landsgrenzen worden begrensd. Het is daarnaast ook de vraag of het überhaupt mogelijk zou zijn geweest in de interceptie een onderscheid te maken tussen de Nederlandse Sky ECC gebruikers en andere gebruikers.
Bovendien heeft de rechter-commissaris, die blijkens de machtiging van 30 november 2018 reeds rekening hield met de mogelijkheid dat berichten zouden worden onderschept, achteraf toestemming verleend voor het gebruik van de Sky ECC berichten in de zaken van de verdachten, zodat een mogelijk vormverzuim ook in die zin gedekt is geweest.
Ten slotte is er geen begin van aannemelijk dat het OM, zoals door een deel van de verdediging is gesuggereerd, bewust de rechtsmacht van de rechter-commissaris heeft omzeild en voor een U-bochtconstructie heeft gekozen. Het OM heeft de rechter-commissaris immers op meerdere momenten juist wel betrokken, zowel bij het verzoek een image (kopie) te mogen maken als bij het verzoek de ontsleutelde berichten te mogen gebruiken. De gang van zaken rondom de interceptie en daaropvolgende ontsleuteling blijkt bovendien voor een groot deel uit de door het OM verstrekte stukken, wat zich moeizaam met een bewuste misleiding verhoudt. Dat de stukken eerder niet duidelijk waren over de betrokkenheid bij de ontwikkeling en inzet van de interceptietool en dat de informatievoorziening aanvankelijk te summier was, rechtvaardigt nog niet de conclusie dat het OM de rechter-commissaris, de verdediging en de rechtbank bewust verkeerd of onvolledig heeft geïnformeerd.
Conclusie
De rechtbank concludeert dat wordt uitgegaan van de rechtmatigheid van de interceptie van en de verstrekking van de Sky ECC data aan Nederland.
5.1.4.
Heeft het bewaren en het gebruik van Sky ECC data in Nederland rechtmatig plaatsgevonden?
Ten aanzien van de fase van verwerking van de Sky ECC data in Nederland geldt dit interstatelijk vertrouwensbeginsel uiteraard niet en dient de Nederlandse rechter te waarborgen dat de wijze waarop van deze data gebruik wordt gemaakt geen inbreuk maakt op het recht van verdachte op een eerlijk proces als bedoeld in artikel 6 EVRM. Daar waar de Sky ECC data van bepalende invloed kunnen zijn bij het opsporingsonderzoek of de vervolging van verdachte, dient de rechtbank tevens te toetsen of bij de verwerking van die data de waarborgen van artikel 8 EVRM tegen onrechtmatige inmenging van het openbaar gezag in het privéleven van verdachte in acht zijn genomen.
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat het verwerken, bewaren en gebruiken van de Sky ECC data valt onder de werkingssfeer van de EU-richtlijnen 2002/58 en 2016/680 en dus het Unierecht. Er is sprake van een inbreuk op artikelen 7 en 8 (en daarmee ook op artikel 11) van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (hierna: Handvest), omdat er met de verwerking inbreuk is gemaakt op de in die artikelen vervatte grondrechten, terwijl die inbreuk gelet op het bepaalde in artikel 52 van het Handvest niet gerechtvaardigd was. Ook is het gebruik van de data in strijd met de artikelen 6 en 8 EVRM. Als de rechtbank daar niet in meegaat, dient de rechtbank hierover prejudiciële vragen te stelen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie, aldus de verdediging.
Toepasselijkheid Unierecht
Richtlijn 2002/58
Richtlijn 2002/58 heeft blijkens artikel 1 lid 1 betrekking op “de verwerking van persoonsgegevens in de sector elektronische communicatie”. Deze richtlijn is van toepassing in gevallen waarin een lidstaat maatregelen treft met betrekking tot het verwerken van dergelijke gegevens door aanbieders van elektronische-communicatiediensten en het verlenen van toegang van overheidsinstanties tot die gegevens. Zoals ook de Hoge Raad in een arrest van 5 april 2022 [10] heeft bevestigd, vallen maatregelen die inbreuk maken op het beginsel van vertrouwelijkheid van elektronische communicatie zonder dat daarbij verwerkingsverplichtingen worden opgelegd aan aanbieders van elektronische- communicatiediensten buiten het bereik van deze richtlijn. Nu bij de interceptie van de Sky ECC data geen sprake is geweest van een verwerking van persoonsgegevens door een elektronische-communicatiedienst (Sky ECC heeft immers zelf geen data van gebruikers aan de Franse of Nederlandse autoriteiten verstrekt), maar van rechtstreekse interceptie van data door de Franse staat (buiten medeweten van het bedrijf om) en verwerking van die gegevens door de Nederlandse autoriteiten, is de rechtbank van oordeel dat deze activiteiten niet vallen onder de werkingssfeer van de richtlijn 2002/58.
Richtlijn 2016/680
Richtlijn 2016/680 beoogt te waarborgen dat gegevens die door rechtshandhavingsautoriteiten worden verzameld op een wettige en eerlijke wijze worden verwerkt, voor bepaalde legitieme doelen worden verzameld en verwerkt en op passende wijze worden beschermd tegen ongeoorloofde en onrechtmatige verwerking. [11] Naar het oordeel van de rechtbank vallen het vergaren en verstrekken van de Sky ECC data door de Franse autoriteiten en het bewaren en het verwerken van deze data door de Nederlandse autoriteiten evident onder het toepassingsbereik van deze richtlijn. De rechtbank acht het dan ook niet nodig hierover prejudiciële vragen te stellen.
In Nederland is de richtlijn – voor zover nodig – geïmplementeerd in de Wet politiegegevens, de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens en daaronder vallende besluiten. De verdediging heeft gesteld noch onderbouwd dat de Nederlandse wet- en regelgeving en de toepassing daarvan in strijd zijn met de Europese richtlijnen of dat de Nederlandse wettelijke bepalingen zijn geschonden. De rechtbank ziet reeds hierom geen reden prejudiciële vragen te stellen.
De rechtbank ziet evenmin aanleiding prejudiciële vragen te stellen over het verwerken van de Sky ECC data door de Nederlandse opsporingsautoriteiten in relatie tot de waarborgen die het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie biedt. De rechtbank acht zich op basis van de stukken daarover voldoende voorgelicht, zoals ook uit het hierna volgende zal blijken.
Is inbreuk gemaakt op grondrechten?
In artikel 7 Handvest is het grondrecht van burgers op eerbiediging van zijn privéleven, zijn familie- en gezinsleven, zijn woning en zijn communicatie neergelegd. In artikel 8 Handvest is het grondrecht op – kort gezegd – privacy van burgers neergelegd. Uit artikel 52 lid 1 Handvest volgt dat beperkingen op die grondrechten zijn toegelaten, mits die bij wet zijn gesteld en de wezenlijke inhoud van die rechten en vrijheden eerbiedigen. Met inachtneming van het evenredigheidsbeginsel kunnen slechts beperkingen worden gesteld, indien zij noodzakelijk zijn en daadwerkelijk beantwoorden aan door de Unie erkende doelstellingen van algemeen belang of aan de eisen van de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen.
Niet ter discussie staat dat het EVRM ook van toepassing is. Het recht op privacy is neergelegd in artikel 8 EVRM. Uit artikel 8 lid 2 EVRM volgt dat beperkingen op dit recht zijn toegestaan, mits die bij wet zijn voorzien en in een democratische samenleving noodzakelijk zijn in het belang van de nationale veiligheid, de openbare veiligheid of het economisch welzijn van het land, het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen.
De verdediging stelt dat er sprake is geweest van het bewaren en verwerken van bulkdata, in de zin dat er sprake is geweest van een algemene en ongedifferentieerde hoeveelheid gegevens, waartoe een wettelijke grondslag ontbreekt en die zich niet verhoudt met de bescherming die het Handvest en het EVRM bieden. Er is volgens de verdediging ongerechtvaardigd inbreuk gemaakt op het recht op privéleven, het recht van de vertrouwelijkheid van communicatie en het recht van vrijheid van meningsuiting.
Dat er sprake is geweest van het bewaren van een grote hoeveelheid data is voor de rechtbank evident. Van een algemene en ongedifferentieerde verzameling data in de zin van bulkdata, zoals de verdediging stelt, kan echter niet worden gesproken. Het gaat om de data van een afgebakende groep, namelijk de gebruikers van Sky ECC, en om een concrete verdenking dat Sky ECC gebruikt werd door criminele samenwerkingsverbanden. Dat is een essentieel andere situatie dan bijvoorbeeld het bewaren van alle metadata van alle abonnees van een (willekeurige) telecomprovider ten behoeve van toekomstige strafrechtelijke onderzoeken. De rechtbank verwijst hierbij ook naar een vonnis van de Rechtbank Amsterdam waarin ten aanzien van het bewaren van Encrochat-data hetzelfde werd overwogen. [12]
Op de stelling van de verdediging dat met het bewaren van de Sky ECC data een inbreuk is gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van verdachten valt wat af te dingen. Voor zover verdachten al hebben erkend de gebruiker te zijn geweest van een aan hen toegeschreven Sky ECC account, hebben zij slechts in algemene bewoordingen gesteld dat sprake zou zijn geweest van een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer, zonder dit nader te onderbouwen. In het verlengde daarvan is het ook nog maar de vraag of met de inhoud van de data een behoorlijk beeld kon worden verkregen van het privéleven van die gebruikers. Desalniettemin staat voor de rechtbank vast dat er reeds bij het bewaren van de Sky ECC data enige inbreuk is gemaakt op de privacy van de betrokkenen. Dat hierbij zou zijn gehandeld in strijd met wet- en regelgeving is door de verdediging echter niet aannemelijk gemaakt en is de rechtbank ook anderszins niet gebleken. De rechtbank verwijst in dit verband naar het hiervoor overwogene ten aanzien van de implementatie van richtlijn 2016/680.
Wettelijke grondslag
Vervolgens rijst de vraag naar de wettelijke grondslag voor het daaropvolgende verwerken en gebruiken van de Sky ECCdata. De verdediging stelt dat de artikelen 126uba en 126t Sv daartoe onvoldoende grondslag bieden.
Omdat het OM voorzag dat met het inzien en het gebruiken van de inhoud van de Sky ECC data inbreuk zou worden gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van de betrokkenen, heeft het OM aan de rechter-commissaris machtigingen (en aanvullende toestemming) op grond van de artikelen 126t en 126uba Sv gevraagd. De rechter-commissaris heeft deze machtigingen (en aanvullende toestemming) vervolgens verleend.
Artikel 126uba Sv omvat de rechterlijke toets voor het binnendringen in een geautomatiseerd werk, het onderzoek van dat geautomatiseerd werk, inclusief de vastlegging en verwerking van de daarbij aangetroffen gegevens. Naar het oordeel van de rechtbank biedt dit artikel daarmee een adequate grondslag voor het doorzoeken en analyseren van Sky ECC data. Zoals de Rechtbank Rotterdam overwoog op 11 april 2022 [13] heeft de officier van justitie als het ware ‘het meerdere’ gevraagd om ‘het mindere’ te kunnen laten toetsen. Door middel van deze toets is de rechterlijke afweging ingebouwd om de verwerking van de data met inachtneming van de relevante belangen te doen plaatsvinden.
In het al eerder aangehaalde vonnis van de rechtbank Amsterdam van 21 november 2022 [14] werd overwogen dat de artikelen 126uba en 126t Sv geen wettelijke grondslag bieden voor gebruik van data die zijn verkregen in het kader van een buitenlands opsporingsonderzoek. De rechtbank was in die zaak van oordeel dat in het Wetboek van Strafvordering niet expliciet wordt voorzien in wetgeving voor deze bijzondere gevallen, waarbij dergelijke gegevens zijn verkregen uit het buitenland, en dat de wet in die gevallen geen voorafgaande toestemming van een rechter-commissaris vereist. De rechtbank overwoog echter dat de algemene taakomschrijving van de rechter-commissaris zoals neergelegd in artikel 170 Sv, de opdracht behelst te waken over de rechtmatigheid en volledigheid van het opsporingsonderzoek. Daarbij kan de rol van de rechter-commissaris onder omstandigheden worden beschouwd als een aanvullende waarborg voor de evenwichtigheid en volledigheid van het onderzoek. De mogelijkheid om toestemming van de rechter-commissaris te vorderen buiten situaties waarin de wet dit eist, vloeit daarmee voort uit het systeem van de wet.
De rechtbank is met de rechter-commissaris van oordeel dat – gelet op de te maken inbreuk – een onafhankelijke rechterlijke toets was aangewezen. Voor zover artikel 126uba Sv daartoe niet de juiste wettelijke grondslag bood, ziet ook deze rechtbank in de algemene taakomschrijving van de rechter-commissaris een grondslag voor de voor de door hem gegeven machtigingen en toestemmingen.
De rechtbank concludeert op grond van het voorgaande dat beperkingen op de grondrechten als bedoeld in de artikelen 7 en 8 van het Handvest alsmede artikel 8 EVRM bij wet zijn voorzien dan wel volgen uit het systeem van de wet.
De rechtbank is voorts van oordeel dat de rechter-commissaris in redelijkheid tot de gevraagde machtiging en toestemming heeft kunnen beslissen. De rechter-commissaris heeft steeds getoetst of aan het (verzwaarde) verdenkingsvereiste werd voldaan, heeft een proportionaliteits- en een subsidiariteitstoets uitgevoerd en heeft de zoeksleutels en kaders waarbinnen de Sky ECCdata mochten worden onderzocht, bepaald. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de rechter-commissaris hierbij inhoudelijk steeds een zorgvuldige afweging gemaakt. Dit geldt ook voor de toestemming om onderzoek te mogen doen naar de Sky ECC data van verdachten die (tevens) voorkomen binnen het onderzoek Cherokee. Tegen die inhoudelijke afwegingen is ook niet specifiek verweer gevoerd.
Uit de beschikbare stukken blijkt immers dat er sprake was van verdenkingen van ernstige strafbare feiten, gepleegd in georganiseerd verband, waarbij gebruik werd gemaakt van cryptocommunicatie via Sky ECC. Naar het oordeel van de rechtbank rechtvaardigde het belang van de opsporing een inbreuk op de privacy van betrokkenen. Daar waar het gaat om de afweging van de belangen sluit de rechtbank zich aan bij de rechters-commissarissen in hun proces-verbaal van 6 mei 2021, waarin zij aangeven dat en waarom op voorhand te verwachten was dat Sky ECC hoofdzakelijk werd gebruikt voor zakelijke, criminele activiteiten, waardoor de potentiële inbreuk op het privé-, familie- en gezinsleven zoals beschermd door artikel 8 EVRM bovendien wordt genuanceerd.
5.1.5.
Conclusie met betrekking tot rechtmatigheid van de bewijsgaring
Concluderend is de rechtbank dan ook van oordeel dat, hoewel zij de vraag opwerpt of Nederland niet op enig moment medeverantwoordelijk voor de interceptie is geworden, dit niet raakt aan de rechtmatigheid van de interceptie en de verstrekking van de Sky ECC data door Frankrijk. Het vertrouwensbeginsel staat er aan in de weg verder onderzoek te doen naar het optreden en naar de beslissingen van de Franse autoriteiten.
Voor zover Nederland op enig moment medeverantwoordelijk is geworden voor de interceptie, levert het niet betrekken van de rechter-commissaris bij dat deel van de interceptie dan ook niet een vormverzuim op dat van bepalende invloed is geweest in de zaken tegen de verdachten. Bovendien heeft de rechter-commissaris achteraf machtiging/toestemming verleend voor het gebruik van de Sky ECC data. Door de rechter-commissaris is daarbij gekeken naar de wettelijke basis voor de inbreuk op de privacy, is gekeken of deze inbreuk in een proportionele verhouding stond tot het doel dat daarmee werd gediend, zijn voorwaarden gesteld aan het gebruik van de Sky ECC data en is aan deze voorwaarden getoetst. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de rechter-commissaris daarbij de juiste legitimiteits-, proportionaliteits- en subsidiariteitstoets aangelegd en zijn daarbij (in ieder geval) de waarborgen toegepast waar het Handvest en het EVRM op zien.
Er zijn dan ook geen redenen om het OM niet-ontvankelijk te verklaren in de vervolging of de Sky ECC berichten uit te sluiten van het bewijs.
5.1.6.
Informatievoorziening door het Openbaar Ministerie
Zoals hiervoor overwogen is de rechtbank van oordeel dat het OM aanvankelijk te summier is geweest in de informatieverstrekking over de Sky ECC interceptie en de Nederlandse betrokkenheid daarbij. Deze informatie was aanvankelijk onjuist, voor zover daarin werd gesproken over een Franse interceptietool. Ook was de rol van de Nederlandse opsporingsambtenaren bij de interceptie groter dan aanvankelijk werd gezegd. Deze onjuiste en onvolledige informatieverstrekking door het OM heeft geleid tot een gevoel van wantrouwen bij de verdediging. Het heeft ook geleid tot onnodige ruis en tot een vertraging van het strafproces. Zo kon het belang van stukken en verzoeken die door de verdediging werden ingebracht niet altijd goed worden gewaardeerd en kon de geplande uitspraakdatum op 13 mei 2022 geen doorgang vinden. Op de onderzoekwensen die de verdediging voorafgaand aan die zitting had ingediend, kon evenmin worden beslist, omdat het OM aangaf dat er nog een brief van het Landelijk Parket over de Sky ECC interceptie op handen was.
De brief van 2 juni 2022 (voorzien van 500 pagina’s bijlagen) is opgesteld, zo leest de rechtbank, omdat het OM meent dat het risico ontstaat de rechtbanken onjuist of onvolledig worden geïnformeerd doordat de verdediging in verschillende strafzaken “vrij willekeurig” enkele vertaalde stukken uit Belgische strafrechtelijke procedures, aan de rechtbanken overlegden.
De rechtbank spreekt haar zorg uit over het feit dat het OM niet inziet dat juist zij de rechtbank aanvankelijk onvolledig heeft geïnformeerd. Het oordeel of het vertrouwensbeginsel van toepassing is en over de rechtmatigheid van het opsporingsonderzoek kan immers pas worden gegeven nadat bekend is hoe dit opsporingsonderzoek is verlopen. Dat oordeel is ook niet aan het OM maar aan de rechtbank.
Het is ook vooral aan de niet aflatende inspanningen van de verdediging te danken dat het OM uiteindelijk voor de informatie heeft gezorgd die nodig is voor een goede beoordeling van de rechtmatigheid van het bewijsvergaringsproces.
Zoals hiervoor overwogen, ziet de rechtbank in de moeizame informatieverstrekking echter geen begin van aannemelijk dat het OM de procesdeelnemers bewust heeft misleid. Gelet op het feit dat de benodigde transparantie thans wel is gegeven, is er ook geen sprake (meer) van een schending van verdedigingsrechten, waaronder het recht op een eerlijk proces van deze verdachten. Van een zeer fundamentele inbreuk op de beginselen van een behoorlijk procesorde waardoor het wettelijk systeem in de kern is geraakt, is evenmin sprake.
5.1.7.
Conclusie met betrekking tot de voorvragen
De dagvaarding is partieel nietig en voor het overige geldig. De rechtbank is bevoegd tot kennisneming van de ten laste gelegde feiten en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.
6. Waardering van het bewijs [15]
6.1.
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
Het OM heeft – onder verwijzing naar het schriftelijk requisitoir – gerekwireerd dat [verdachte] als drugs- en geldkoerier heeft deelgenomen aan het CSV dat zich bezig hield met cocaïnehandel en witwassen (feit 1). Verdachte heeft zich volgens het OM schuldig gemaakt aan het vervoeren en invoeren van meer dan 700 kilo cocaïne en het witwassen van meer dan € 7.500.000,-.
Het OM heeft partiële vrijspraak gevorderd van de 432 kilo cocaïne zoals ten laste gelegd onder het vierde gedachtestreepje onder feit 2 (zaaksdossier Liza 7.2) en van de 111 kilo cocaïne zoals ten laste gelegd onder het zesde gedachtestreepje onder feit 2 (zaaksdossier Liza 7.2). Laatstgenoemde hoeveelheid is ook ten laste gelegd onder het vierde gedachtestreepje (75 en 36 kilo cocaïne tezamen).
Tot slot heeft het OM partiële vrijspraak gevorderd van het witwassen van € 90.000,-, zoals ten laste gelegd onder het vierde gedachtestreepje onder feit 3.
6.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich – onder verwijzing naar haar pleitnota – met betrekking tot de onder 1 ten laste gelegde criminele organisatie gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Verdachte heeft toegegeven geld en cocaïne voor anderen te hebben vervoerd. Zij heeft de rechtbank wel verzocht in de bewezenverklaring rekening te houden met een kortere pleegperiode van acht maanden (vanaf 3 april 2020, de eerste overdracht genoemd in Chatgroep [account 1] tot 24 november 2020, de dag van aanhouding).
Daarnaast heeft de raadsvrouw partiële vrijspraak bepleit van betrokkenheid bij de invoer van 432 kilo cocaïne (zaaksdossier Liza 7.2) zoals ten laste gelegd onder het vierde gedachtestreepje van feit 2.
Tot slot heeft de raadsvrouw partiële vrijspraak bepleit van het witwassen van € 90.000,- (zaaksdossier Liza 7.2), zoals ten laste gelegd onder het vierde gedachtestreepje onder feit 3. Niet is gebleken dat dit bedrag daadwerkelijk is overgemaakt en/of overgedragen. Het geldbedrag is niet door [verdachte] opgehaald.
6.3.
Het oordeel van de rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank kan wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte als koerier van grote partijen cocaïne en geld heeft deelgenomen aan het CSV dat als oogmerk had de (internationale) handel in cocaïne en witwassen (feit 1) en dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan het vervoeren en invoeren van cocaïne (feit 2) en gewoontewitwassen van geldbedragen (feit 3). Dit oordeel is gebaseerd op de bewijsmiddelen, waarvan de vindplaatsen in de voetnoten zijn opgenomen.
6.3.1.
Sky ECC
Het bewijs in deze zaak bestaat voor een groot deel uit onderschepte Sky ECC berichten. Om die reden zal de rechtbank beginnen met het koppelen van de in het dossier voorkomende Sky ECC accounts aan de verschillende verdachten, voor zover de gebruikers van de desbetreffende accounts, aan de hand van het dossier of afgelegde verklaringen ter terechtzitting, kunnen worden geïdentificeerd.
Account dat wordt toegeschreven aan [verdachte]
[account 2] , met de gebruikte bijnaam ‘ [bijnaam 1] ’ is het Sky ECC account dat door de politie aan [verdachte] wordt toegeschreven naar aanleiding van IMSI-scans op 16 april 2020, 22 april 2020 en 7 mei 2020. Hierbij kwam imei-nummer # [nummer] naar voren als nummer dat bij een PGP-toestel hoort. [verdachte] is bij observaties op dezelfde data ook herkend. Daarnaast is geconstateerd dat dit imei-nummer op verschillende data gelijktijdig meebewoog of op een locatie was met het telefoonnummer # [nummer] dat bij [verdachte] in gebruik was. [16]
Uit Sky-gesprekken gevoerd met het account, volgt dat de gebruiker in een grijze Grandis rijdt. [verdachte] was bezitter en gebruiker van een grijze Mitsubishi Grandis ( [kenteken] ). Uit een Sky ECC gesprek, bakengegevens van de Mitsubishi Grandis en OVC-opnames, blijkt dat [verdachte] op 16 mei 2020 in de Grandis reed. [17] Ditzelfde geldt voor 6 juni 2020. [18]
De rechtbank neemt de conclusies van de politie over en is, mede gelet op de ter terechtzitting afgelegde bekennende verklaring van [verdachte] dat dit account en de bijnaam ‘ [bijnaam 1] ’ door hem werden gebruikt [19] , van oordeel dat de berichten via het account [account 2] door [verdachte] zijn verzonden, dan wel dat deze aan hem waren gericht.
Accounts die kunnen worden toegeschreven aan [medeverdachte 3]
Het Sky ECC account [account 3] , waarvan de gebruiker ook wel ‘ [bijnaam 2] ’, ‘ [bijnaam 3] ’, ‘ [bijnaam 4] ’ of ‘ [bijnaam 5] ’ wordt genoemd, wordt door de politie toegeschreven aan [medeverdachte 3] , die in de periode 8 november 2019 tot en met 28 april 2020 van dit account gebruik zou hebben gemaakt. [20] De politie baseert deze conclusie op de imei-nummers (eindigend op # [nummer] en later # [nummer] ) van de toestellen waaraan het account gekoppeld is geweest, gecombineerd met de historische verkeersgegevens, vluchtgegevens en beslaggegevens. Zo is ten aanzien van het imei-nummer # [nummer] gebleken dat het toestel in de nachtelijke en vroege ochtenduren regelmatig gebruik maakte van Cell-ID’s gevestigd op de [locatie Cell-ID] , een zendmast in de buurt van de [GBA adres] , het GBA-adres van de vrouw en kinderen van [medeverdachte 3] . [21] Gebleken is dat het toestel (imei-nummer eindigend met # [nummer] ) op 4 februari 2020 omstreeks 15.27 uur gebruik maakte van een Cell-ID aan het Rotterdam Airportplein te Rotterdam en om 17.57 uur van Cell-ID’s te Marokko. Verder is gebleken dat [medeverdachte 3] één van de passagiers was op vlucht [nummer] op 4 februari om 15.28 uur van Rotterdam naar Tangier (Marokko). [22] Ook is dit toestel op 26 maart 2020 bij een verkeerscontrole onder [medeverdachte 3] in beslag genomen. [23] Nadat [medeverdachte 3] op 29 maart 2020 door de politie was heengezonden, werd het account [account 3] aan het andere imei-nummer gekoppeld (# [nummer] ). [24]
Het Sky ECC account [account 4] , waarvan de gebruiker eveneens ‘ [bijnaam 2] ’, ‘ [bijnaam 3] ’ of ‘ [bijnaam 4] ’ wordt genoemd, wordt door de politie toegeschreven aan [medeverdachte 3] voor de periode 10 juli 2020 tot en met 7 september 2020. [25] De politie komt tot deze conclusie, omdat de bijnamen overeenkomen met die van de gebruiker van het bovengenoemde account [account 3] . [26] Daarnaast volgt uit de inhoud van een Sky ECC gesprek op 27 en 28 juli 2020 en uit plaatsbepalingsapparatuur in een Volkswagen Golf ( [kenteken] ), een voertuig van [medeverdachte 1] dat bij [medeverdachte 3] in gebruik was, dat de gebruiker van het account [account 4] zich naar de McDonalds te Merksem (België) begaf voor een ontmoeting en dat hij, ‘ [bijnaam 4] ’, onderweg was met 120.000. [27] Het toestel met imei-nummer # [nummer] [28] , vermoedelijk bij [medeverdachte 3] in gebruik, reisde mee. [29]
Het Sky ECC account [account 5] wordt op basis van chatgesprekken door de politie toegeschreven aan [medeverdachte 3] voor de periode van 16 november 2020 tot en met 26 februari 2021. [30] Zo wordt er op 27 november 2020, vlak na de aanhouding op heterdaad in zaaksdossier Breeweg op 23 november 2020, door de gebruiker van het account [account 5] gezegd dat hij zijn ‘brada’ en ‘3 topwerkers’ binnen heeft, ‘en verlies van dat alles’. [medeverdachte 2] , de halfbroer van [medeverdachte 3] , is op 23 november 2020 aangehouden, waarbij tevens 285 kilo cocaïne is aangetroffen en in beslag is genomen. [31] De gebruiker van [account 5] noemt zichzelf in een chat op 25 februari 2021 ‘ [bijnaam 2] ’. In deze chat wordt gesproken over ‘ [bijnaam 6] ’, een bijnaam die wordt toegeschreven aan [medeverdachte 6] , die niet mag praten, en dat er een potje voor hem is als hij buiten komt. ‘ [bijnaam 2] ’ zou 20K afgooien voor het gezin van [bijnaam 6] . [32]
De rechtbank neemt de conclusies van de politie over en gaat ervan uit de berichten via de accounts [account 3] , [account 4] en [account 5] door [medeverdachte 3] zijn verzonden en dat de berichten die naar deze accounts zijn verstuurd aan hem waren gericht.
Account dat wordt toegeschreven aan [medeverdachte 2]
Het Sky ECC account [account 6] wordt door de politie toegeschreven aan [medeverdachte 2] en werd door hem gebruikt in de periode van 4 december 2019 t/m 4 juni 2020. Dit wordt mede gebaseerd op de historische gegevens van het imei-nummer dat aan het account gekoppeld is (# [nummer] ) [33] , in combinatie met aangestraalde Cell-ID’s met MCC-codes in het buitenland en verschillende vluchtgegevens van vluchten waarop [medeverdachte 2] passagier was (vlucht [nummer] van Amsterdam naar Barcelona (Spanje) op 18 december 2019, vlucht [nummer] van Barcelona naar Amsterdam op 19 december 2019, vlucht [nummer] van Schiphol naar Istanbul (Turkije) op 22 februari 2020 en vlucht [nummer] van Istanbul naar Amsterdam op 24 februari 2022). [34] Daarnaast straalde het toestel dat gebruik maakte van voornoemd imei-nummer regelmatig Cell-ID’s aan op de [locatie Cell-ID] . [35] Dit adres bevindt zich – zo constateert de rechtbank – dicht in de buurt van het woonadres van [medeverdachte 2] aan de [woonadres] .
De rechtbank neemt de conclusies van de politie over en is van oordeel het account [account 6] door [medeverdachte 2] werd gebruikt.
Account dat wordt toegeschreven aan [medeverdachte 5]
Het Sky ECC account [account 7] , met bijnaam ‘ [bijnaam 7] ’, wordt door de politie toegeschreven aan [medeverdachte 5] op basis van twee imei-nummers (# [nummer] en # [nummer] ). De telefoon met imei-nummer # [nummer] is, hoewel gewist en teruggezet in fabrieksinstellingen, na de aanhouding van [medeverdachte 5] bij de doorzoeking in zijn woning aan de [woonadres] aangetroffen en in beslag genomen. [36] Het Sky ECC account is vanaf 9 april 2020 in het toestel met imei-nummer # [nummer] actief geweest. [37]
Het account [account 7] komt voor in zestien chatgroepen, waaronder [account 8] met [medeverdachte 3] (‘ [bijnaam 8] ’, [account 3] ) en een persoon met de bijnaam ‘ [bijnaam 9] ’ (Sky ECC account [account 8] ), waarin de gebruiker van het account [account 7] ‘ [gebruiker 1] ’ wordt genoemd en waarin op 7 april 2020 aan hem wordt gevraagd of hij updates kan zien van terminal posities. De gebruiker van het account [account 7] reageert dat hij nog geen autorisaties van ECT heeft gekregen en dat dat ‘mrg ofso’ wel rond moet zijn, waarna hij een foto van een door Gregory [medeverdachte 5] ondertekende mail stuurt waarin wordt verzocht om uitbreiding van de autorisaties voor het account ‘Telggr’. Er wordt door het account dat aan [medeverdachte 3] wordt toegeschreven gereageerd dat ‘hys vndg door zn proeftyd’, dat het ‘bslletje’ nu pas loopt en dat de gebruiker van het account [account 7] een weekje heeft om essentiële dingen te leren. [38] In de chatgroep [account 8] :791, wederom met [medeverdachte 3] (‘ [bijnaam 8] ’, [account 3] ) en ‘ [bijnaam 9] ’ ( [account 8] ), wordt de gebruiker van het account [account 7] ‘Gregske’ genoemd. Op 22 april 2020 wordt er een foto van een container gestuurd door het account [account 8] . [39] Hierop wordt door de gebruiker van het account [account 7] gereageerd met de tekst: ‘goedemorgen, on it’. [40] [medeverdachte 5] werkt sinds 9 maart 2020 bij rederij Hapag Lloyd Rotterdam. [41]
De rechtbank neemt de conclusies van de politie over en is van oordeel dat de berichten via het account [account 7] door [medeverdachte 5] zijn verzonden, dan wel dat deze aan hem waren gericht.
Accounts die worden toegeschreven aan [medeverdachte 4]
De Sky ECC accounts [account 9] , [account 10] , [account 11] en [account 12] worden door de politie toegeschreven aan [medeverdachte 4] op basis van overeenkomende bijnamen (waaronder ‘ [bijnaam 10] ’, ‘ [bijnaam 11] ’, ‘ [bijnaam 12] ’ en ‘ [bijnaam 13] .’) ten aanzien van de periode 20 december 2019 tot en met 4 juni 2020 met betrekking tot alle accounts. [42] Verder is onderzoek verricht naar de historische gegevens van de aan de accounts gekoppelde imei-nummers en is er een IMSI-catcher ingezet, waarbij is gebleken dat het IMSI-nummer eindigend op # [nummer] vanaf 25 januari 2020 gekoppeld is aan een telefoon met imei-nummer eindigend op # [nummer] en daarvoor # [nummer] (verbonden aan Sky ECC ID [account 9] ). Bij de wisseling van imei-nummers werd door het Sky-toestel dezelfde Cell-ID aangestraald als door het telefoonnummer eindigend op # [nummer] , dat op basis van stemherkenningen aan [medeverdachte 4] wordt toegeschreven. [43] De toestellen maken gebruik van dezelfde Cell-ID’s, voornamelijk in Amsterdam-Zuidoost en Almere. Met behulp van een imsi-catcher is de locatie op 14 april 2020 nauwkeurig vastgesteld op het adres [adres tante] , de woning van de tante van [naam vriendin] , de vriendin van [medeverdachte 4] . Verder is gebleken dat de gebruiker van het toestel met imei-nummer # [nummer] naar Portugal is gevlogen. [medeverdachte 4] staat op de passagierslijst van vlucht [nummer] van Amsterdam naar Portugal. Ten aanzien van het toestel met imei-nummer # [nummer] geldt dat voor vluchten van Amsterdam naar Paramaribo op 31 december 2019 ( [nummer] ) en van Paramaribo naar Amsterdam ( [nummer] ) op 21 januari 2020. [medeverdachte 4] komt opnieuw voor op desbetreffende passagierslijsten. [44]
Aan het Sky ECC account [account 10] was een toestel gekoppeld met een imei-nummer eindigend op # [nummer] en een telefoonnummer eindigend op # [nummer] . In onderzoek Wettin is [medeverdachte 4] als de gebruikers van voornoemd imei-nummer geïdentificeerd. [45] In onderzoek Waldeck bleek dat dit imeinummer op dezelfde retourvluchten naar Helsinki en Paramaribo reisde als [medeverdachte 4] . [46]
Aan het account [account 12] bleek een toestel met imei-nummer # [nummer] te zijn gekoppeld. In de nachtelijke uren straalde deze voornamelijk Cell-ID’s aan de [locatie Cell-ID] aan. Inzet van een imsi-catcher heeft de locatie van het toestel op 13 juli 2020 nauwkeurig vastgesteld, wederom op het adres [adres tante] . Daarnaast is vastgesteld dat het toestel meereist met het telefoonnummer # [nummer] (reeds hierboven genoemd). [47]
Tot slot wordt ook het Sky ECC account [account 13] door de politie aan [medeverdachte 4] toegeschreven. De gebruiker van dit account, dat op 22 juni 2020 in gebruik is genomen, wordt wederom [bijnaam 12] genoemd. Daarnaast is uit onderzoek gebleken dat deze Sky ID veel overeenkomstige contacten heeft met het account [account 12] , dat aan [medeverdachte 4] wordt toegeschreven. [48]
De rechtbank neemt de conclusies van de politie over en is van oordeel dat de berichten via de accounts [account 9] , [account 10] , [account 11] , [account 12] en [account 14] door [medeverdachte 4] zijn verzonden en dat de berichten die naar deze accounts zijn verstuurd aan hem waren gericht.
Account dat wordt toegeschreven aan [medeverdachte 6]
Het Sky ECC account [account 15] , bijnaam ‘ [bijnaam 14] ’, wordt door de politie toegeschreven aan [medeverdachte 6] op basis van een koppeling aan het toestel met imei-nummer # [nummer] , dat van 25 april 2020 tot en met 18 juli 2020 werd gebruikt. [49] Onder [medeverdachte 6] werd dit toestel in beslag genomen. [50] Uit onderzoek is gebleken dat voornoemd imei-nummer voornamelijk een Cell-ID aanstraalt op de locatie Plein 1953 te Rotterdam, in de nabijheid van de [verblijfadres] , het verblijfadres van [medeverdachte 6] . [51] De gebruiker van het account [account 15] stuurt op verzoek van [medeverdachte 3] (zie hierboven) een foto van een brief die gericht is aan [naam bedrijf] , het bedrijf van [medeverdachte 6] . [52]
De rechtbank neemt de conclusie dat het account [account 15] bij [medeverdachte 6] in gebruik was over.
Account dat wordt toegeschreven aan [medeverdachte 10]
Het Sky ECC account [account 16] , met bijnaam ‘ [bijnaam 15] ’, wordt door de politie toegeschreven aan [medeverdachte 10] op basis van het imeinummer # [nummer] , welk toestel na zijn aanhouding op 24 november 2020 bij de doorzoeking van zijn verblijfadres ( [verblijfadres] ) in de slaapkamer werd aangetroffen en in beslag werd genomen. [53] Dit imei-nummer is in de nachtelijke uren in de periode van 17 mei 2020 tot en met 24 november 2020 op 127 dagen (van in totaal 186) in de directe omgeving van [medeverdachte 10] verblijfadres gelokaliseerd. [54] De Sky-telefoon is op 16 mei 2020 via [verdachte] door [medeverdachte 3] aan [medeverdachte 10] (‘ [bijnaam 15] ’) geleverd, wat volgt uit Skygesprek [account 3] :468. [55]
De rechtbank neemt de conclusie dat het account [account 16] bij [medeverdachte 10] in gebruik was over.
‘ [bijnaam 9] ’
De Sky ECC accounts [account 8] en [account 17] worden op basis van bijnamen, contacten en historische verkeersgegevens door de politie toegeschreven aan één persoon. [56] Zoals hiervoor in de toeschrijving van een Sky ECC account aan [medeverdachte 5] bleek, wordt de gebruiker van deze accounts o.a. ‘ [bijnaam 9] ’ genoemd.
Om de leesbaarheid van het vonnis te vergroten worden hierna – voor zover mogelijk – de accounts waarmee de berichten zijn verstuurd of waarop berichten zijn ontvangen, vervangen door de namen van de de hierboven geïdentificeerde gebruikers van de accounts.
6.3.2.
Zaaksdossiers Liza
[verdachte] wordt ervan verdacht zich in het onderzoek Liza – dat is gevoegd in het onderzoek Cherokee – over een langere periode, op meerdere dagen, samen met anderen, waaronder [medeverdachte 3] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 10] en [medeverdachte 8] , schuldig te hebben gemaakt aan de handel in verdovende middelen (cocaïne) en het (gewoonte)witwassen van geldbedragen. Binnen het onderzoek Liza is er vanaf 30 april 2020 een baken geplaatst in de Mitsubishi Grandis ( [kenteken] ) die bij [verdachte] in gebruik was om de reisbewegingen van het voertuig te registreren. [57] In de periode van 7 mei 2020 tot en met 14 september 2020 en 22 september 2020 tot en met 24 november 2020 zijn er ook OVC-opnames gemaakt (eerst alleen geluidsopnames, daarna ook beeldopnames). [58] Door de inzet van deze technische hulpmiddelen, observaties en de inhoud van vele Sky ECC gesprekken ontstond het beeld dat dit voertuig over een verborgen ruimte beschikte, waarin geld en cocaïne werden vervoerd. Dat er in de Mitsubishi Grandis daadwerkelijk een verborgen ruimte heeft gezeten is door de forensische opsporing vastgesteld. [59] In verschillende van de opgenomen OVC-gesprekken zijn geluiden te horen die door de politie na onderzoek zijn geïnterpreteerd als het gebruikmaken van de verborgen ruimte. [60] [verdachte] heeft ter terechtzitting verklaard dat hij deze auto in het najaar van 2019 op verzoek van anderen op zijn naam heeft gekregen, dat hij toen al vermoedde dat het niet klopte, en dat er in maart 2020 een verborgen ruimte in is aangebracht. [61]
Het zaaksdossier Liza is onderverdeeld in verschillende deeldossiers en uiteindelijk aan [verdachte] onder feit 2 als handel in verdovende middelen en onder feit 3 als witwassen tenlastegelegd.
Juridisch kader medeplegen
Voor zowel feit 2 als feit 3 geldt dat [verdachte] zich als medepleger aan die feiten schuldig zou hebben gemaakt. Per afzonderlijk ten laste gelegde feit zal worden ingegaan op het medeplegen, waarvoor de rechtbank telkens het volgende juridische kader voor het medeplegen heeft gehanteerd.
De kwalificatie medeplegen vereist dat sprake is van nauwe en bewuste samenwerking, gericht op het voltooien van het delict. Hiervoor moet sprake zijn van een intellectuele en/of materiële bijdrage van de verdachte aan het delict, die van voldoende gewicht is. De vraag of aan deze eis is voldaan, laat zich niet in algemene zin beantwoorden, maar vergt een beoordeling van het concrete geval. Bij de beoordeling of daaraan is voldaan, kan de rechtbank rekening houden met de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een daartoe geëigend tijdstip. [62] Verdachte moet een wezenlijke bijdrage hebben geleverd aan het delict.
Het opzet van de medepleger moet zijn gericht op de eigen gedraging(en) en op de samenwerking. Hierbij is het niet nodig dat komt vast te staan dat de medepleger wetenschap heeft van de precieze gedragingen die zijn mededaders hebben verricht. Voorwaardelijk opzet is hierbij voldoende.
6.3.2.1. Handel in verdovende middelen (feit 2)
Blokken cocaïne
In de navolgende afzonderlijke zaaksdossiers wordt er in versluierde taal gesproken over blokken dan wel stuks. De rechtbank stelt vast dat er in die gevallen steeds gesproken wordt over blokken cocaïne en dat één blok cocaïne ongeveer 1 kilo weegt. [verdachte] heeft verklaard dat hij blokken cocaïne transporteerde. [63] Daarnaast concludeert de rechtbank dit op grond van de camerabeelden waarop blokken te zien zijn, het feit dat er in het onderzoek Cherokee daadwerkelijk blokken cocaïne van (tenminste) 1 kilo in beslag zijn genomen [64] en de algemene ervaring die leert dat cocaïne in blokken van één kilo wordt verpakt.
Onderhavige zaak – feiten en omstandigheden
Liza 1.1: 18 mei 2020
Op 18 mei 2020 hebben [verdachte] en [medeverdachte 10] omstreeks 18.39 uur contact met elkaar en spreken af dat ze elkaar ontmoeten op het adres dat [verdachte] eerder aan [medeverdachte 10] heeft gestuurd. [65] Uit de bakengegevens van de Mitsubishi Grandis blijkt dat deze van 19.43 uur tot 20.50 uur stil staat ter hoogte van de [adres] . [66] Uit historische telecomgegevens van het telefoonnummer # [nummer] , dat bij [medeverdachte 10] in gebruik is, blijkt dat deze tussen 19.00 uur en 20.00 uur van Amsterdam naar Rotterdam verplaatst. [67] Om ongeveer 19.52 uur zijn het geluid van een luikje en een schuivend metalen geluid te horen, gevolgd door geluid van knisperend papier of plastic en een rits. [68] Dit geluid past bij het openen van de verborgen ruimte in de Mitsubishi Grandis. [69] Om 20.06 uur ontmoet [verdachte] een onbekende man (NN1). Er is wat gerommel te horen en een gesprek, waarin [verdachte] tegen de onbekende man zegt: ‘Zet hem maar op die ander’. [verdachte] en de onbekende man nemen vervolgens weer afscheid van elkaar. Er is weer gerommel en getyp van berichten te horen, gevolgd door geluiden die passen bij het openen of sluiten van de verborgen ruimte. [70] Even na 21.00 uur vertrekt de Mitsubishi weer richting Amsterdam, waar hij om 21.56 uur tot stilstand komt op de kruising van de Van Speijkstraat met de Baarsjesweg. [71] Er volgt een gesprek in de Engelse taal tussen [verdachte] en een onbekende man, waarin er om een token wordt gevraagd. Verder wordt er gesproken over het vinden van een rustige plek om ‘het’ uit ‘de geheime opbergplaats/stash’ te halen en tassen om het in te doen, zegt [verdachte] dat hij een lege verhuisdoos in de andere auto heeft en het aantal vijfenzeventig wordt genoemd. [72] Om 22.02 uur is wederom het geluid te horen dat past bij het openen van de verborgen ruimte. [73] De auto verplaatst vervolgens naar de Chasséstraat. [74] [verdachte] en een onbekende man (NN3) spreken vervolgens over dat het te veel is en dat de doos moet worden gebruikt. [75] NN3 geeft aan er twee te nemen, waarna [verdachte] ook in gesprek gaat met NN4, waartegen [verdachte] zegt ‘gaat lopen, gaat lopen’, NN4 vraagt of [verdachte] een dingetje heeft voor eroverheen, waarop [verdachte] een zakje aan hem geeft. [76] Om 22.25 spreekt [verdachte] met NN3 over het gebruiken van handschoenen en opnieuw wordt het aantal
vijfenzeventiggenoemd. Er klinkt veel gerommel en geritsel in het voertuig. [77]
Uit de historische telecomgegevens van de telefoon van [medeverdachte 10] (# [nummer] ) volgt dat deze om 21.49 uur een zendmast aanstraalt op het Andreasplein te Amsterdam (langs de A10) en om 22.02 uur op de Witte de Withstraat te Amsterdam. [78] [verdachte] rijdt vervolgens om 22.34 uur samen met [medeverdachte 10] [79] via de Kinkerstraat naar de Marnixstraat te Amsterdam. [80]
Op 20 mei 2020 komt [verdachte] erachter dat er nog één blok in de verborgen ruimte is achter gebleven. [81] Dit bespreekt [verdachte] met [medeverdachte 2] die bij hem in de auto is gestapt. [82] Dit blok wordt vervolgens door [medeverdachte 2] meegenomen. [83] Vervolgens vertelt [verdachte] hierover aan [medeverdachte 10] : [84]
[verdachte] : He hoor dan! Die ene gozer, hij was gewoon eentje vergeten he bro.
[medeverdachte 10] : Owwjo.
[verdachte] : Ik vond hem gewoon net los in de auto. (lacht)
[medeverdachte 10] : Je lult!
[verdachte] : Ik zweer het!
[medeverdachte 10] : Bro ..
[verdachte] : Kankerstress!
[medeverdachte 10] : Shitt!!
[verdachte] : Maar ze hadden, maar ze hadden niet eens gemerkt he.
[medeverdachte 10] : Oww yo ouwe!
[verdachte] : Dus als ik wilde, ik zeg je eerlijk, als ik wil had ik hem nu gewoon voor mezelf kunnen houden en had ik niets gezegd maar ik had die ander getekst
[medeverdachte 10] : (onderbreekt) Yow moetje niet doen ouwe!
[verdachte] : Nee tuurlijk niet! Ben je gek! ( [medeverdachte 10] NTV tussendoor) Ik had hem gelijk getekst. Ik zeg: "Bra, ik heb eentje gevonden, dit dat" Hij zeg: "Oké, geen stress, zet hem maar daar". Dus had ie die andere gast getekst. Hij zegt: "Ja het is al weg, als die gasten het merken ja dan sturen we hem na, merken ze het niet dan eh pech". ( [verdachte] lacht)
[medeverdachte 10] : Neeeee …
Aandeel [verdachte]
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat [verdachte] op 18 mei 2020 blokken cocaïne heeft opgehaald in Rotterdam en heeft afgeleverd in Amsterdam, waarbij er één blok achter is gebleven. Dat het om 75 blokken ging leidt de rechtbank af uit het gesprek dat [verdachte] om 22:25 uur had, zoals hiervoor genoemd, en waarin het aantal 75 wordt genoemd. Dit heeft hij ook ter terechtzitting van 24 januari 2022 bekend. [85] Het achtergebleven blok cocaïne heeft [verdachte] twee dagen later, op 20 mei 2020 aan [medeverdachte 2] gegeven. De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] op 18 mei 2020 75 blokken cocaïne heeft afgeleverd, vervoerd, althans opzettelijk aanwezig heeft gehad.
Betrokkenheid van medeverdachten bij zaaksdossier Liza 1.1
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat [medeverdachte 10] en [verdachte] op 18 mei 2022 met elkaar hebben afgesproken en dat [medeverdachte 10] zich die dag vervolgens voortdurend in de directe omgeving van de Mitsubishi Grandis bevond. Met het OM is de rechtbank van oordeel dat dit erop duidt dat [medeverdachte 10] als beveiliger van het transport fungeerde, hetgeen ook uit de hiernavolgende bespreking van zaaksdossier Liza 2 blijkt. De rol van [medeverdachte 10] is belangrijk: een partij cocaïne van een dergelijke omvang is immers van grote waarde en er dient te worden gewaakt voor mogelijke diefstal/ripdeals of voor ontdekking door de politie. Uit het weergegeven gesprek volgt dat [medeverdachte 10] ook wist wat er vervoerd werd. Bovendien had hij in dit geval – gelet op de inhoud van de afgeluisterde gesprekken – kennelijk een lege doos in zijn auto, bestemd voor het verpakken en overdragen van de partij cocaïne. Tevens werd hij ervan op de hoogte gehouden dat er een blok bij [verdachte] in de auto was achtergebleven en wat daarmee vervolgens gebeurde. Dat [medeverdachte 10] met [verdachte] meereed om hem eventueel te kunnen helpen als er autopech zou optreden, zoals [medeverdachte 10] heeft verklaard, wordt door de rechtbank ongeloofwaardig gevonden. De rechtbank gaat uit van een bewuste en nauwe samenwerking tussen [verdachte] en [medeverdachte 10] , gericht op het vervoer en het afleveren van de cocaïne, en acht de rol van [medeverdachte 10] in deze samenwerking van voldoende gewicht om te kunnen spreken van medeplegen.
Ook heeft [verdachte] een deel van het tenlastegelegde het feit medegepleegd met [medeverdachte 2] . Nadat er een blok is achtergebleven in de Mitsubishi Grandis, heeft [verdachte] hierover contact met [medeverdachte 2] , aan wie het blok vervolgens, op 20 mei 2020, ook is overgedragen. Hiermee heeft ook [medeverdachte 2] een materiële bijdrage van voldoende gewicht geleverd aan het delict, door het achtergebleven blok van [verdachte] over te nemen en zorg te dragen voor de verdere distributie. Ten aanzien van [medeverdachte 2] komt de rechtbank tot bewezenverklaring van het aanwezig hebben van 1 blok cocaïne.
Liza 2: 8 juni 2020
Op 8 juni 2020 wordt er via Sky ECC tussen 14.15 uur en 16.05 uur door [medeverdachte 3] ( [account 3] ) met de gebruiker van het account VSV3PE gesproken over de levering van 148 stuks. De levering komt ‘straks, veilig met stash, in drie keer’, waarvan de eerste ‘na 6’. [86] De Mitsubishi Grandis van [verdachte] , bevindt zich van 18.35 uur tot 18.49 uur op het adres [adres] . [87] Op dit adres is [medeverdachte 1] gevestigd. [88] [verdachte] voert hier een gesprek met een onbekende man (NN2):
NN1: 74 toch?
[verdachte] : Ja toch, heb je het klaargelegd?
[verdachte] : Kun je ze aangeven aan me? Oh top. Top top.
[verdachte] : Oh ze zitten aan elkaar.
[verdachte] : Oeh ze moeten wel los man anders ga ik ze er niet inkrijgen.
Intussen zijn er geluiden te horen van gekraak en geritsel van van twee metalen delen die over elkaar rollen. [89] Tussen 18.26 uur en 18.31 uur straalt de telefoon van [medeverdachte 10] een zendmast aan in de omgeving van [adres] . [90]
Om 19.32 uur, wanneer de Mitsubishi Grandis zich op de Hamdijk te Breda bevindt, [91] heeft [verdachte] opnieuw een ontmoeting met een onbekende man (NN2). Zij voeren het volgende gesprek:
[verdachte] : Als je zo klaar bent, rij ik een klein stukje naar voren, dan zet ik ze erin. Dan maken we in ieder geval stapeltjes van 10. Rij ik zo klein stukje naar voren.
NN2: is goed, maar gewoon dat de deur nog dicht blijft hé?
[verdachte] : Ja, ja, ja.
NN2: Hoeveel heb je bij je?
[verdachte] : Vierenzeventig.
NN2: Vierenzeventig?
[verdachte] : Ja man.
[…]
NN2: Kom aan die kant staan.
[verdachte] : Ja. Ik geef ze per vijf wel aan, ja?
NN2: Ja is goed.
NN2: Moest je van ver komen?
[verdachte] : Uh, Rotterdam.
Opnieuw zijn krakende en ritselende geluiden te horen en geluiden van metalen delen die over elkaar rollen. [92] De telefoon van [medeverdachte 10] peilt omstreeks 19.37 uur uit in de omgeving van de [locatie Cell-ID] . [93] Tijdens de terugweg naar Barendrecht, spreken [verdachte] en [medeverdachte 10] elkaar vanaf 19.49 uur. Zij voeren onder meer het volgende gesprek:
[medeverdachte 10] : Je bent nu klaar toch?
[…]
[verdachte] : Nee, nee nee nog één keer, dan klaar. [94]
[…]
[verdachte] : Hij kwam ineens achter me rijden en hij ging best wel langzaam rijden, en ik dacht: 'Hé, what the fock?’
Maar was een beetje kleine negertje die er naast zat.
[medeverdachte 10] : ja.
[verdachte] : Ja, ja. Maar die Skoda was niks trouwens?
[medeverdachte 10] : Nee man want jij komt aanrijden.
[verdachte] : Ja want dinges tekste mij en zei: "Check die Skoda, die is niet van ons". [95]
[…]
[verdachte] : Ik ga je hangen. We zijn er bijna.
[…]
[medeverdachte 10] : bij parkeerplaats.
[verdachte] : Oh . Ja oke is goed. Ciao. [96]
Om 20.10 uur wordt het gesprek beëindigd. De Mitsubishi Grandis bevindt zich op dit moment opnieuw in de omgeving van de [adres] . [97] Ook de telefoon van [medeverdachte 10] peilt dan uit in die omgeving. [98] Tussen 20.15 uur en 20.22 uur is te horen dat [verdachte] vraagt of iets aan deze kant kan worden aangegeven. Ook vraagt hij of de camera’s zijn afgeplakt. Er zijn bonkende geluiden hoorbaar van voorwerpen die in een holle ruimte worden neergelegd. [verdachte] vraagt hoeveel het was. Er wordt geteld tot vijfenzestig, waarna [verdachte] vraagt: ‘nog negen toch?’. Hierna zijn er opnieuw bonkende en knisperende geluiden hoorbaar, gevolgd door geluiden van het schuiven van metaal en een klap. Om 20.39 uur wordt de motor gestart. [99] De Mitsubishi Grandis rijdt hierop opnieuw naar de [locatie Cell-ID] , waar hij van 20.49 uur tot 20.58 uur stilstaat. [100] De telefoon van [medeverdachte 10] peilt dan ook weer uit in Breda. [101] Hier heeft [verdachte] om 20.57 uur opnieuw een gesprek met een onbekende man:
[verdachte] : Zijn we weer.
[…]
[verdachte] : Gaan we snel werken.
NN2: Ja.
[…]
[verdachte] : een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven, acht, negen, tien, tien, twintig, dertig,[…]
veertig, vijftig,[…]
zeventig.
Er zijn wederom geluiden te horen van dichtslaande portieren, alsmede krakende geluiden en geluiden van het over elkaar schuiven van metalen delen. Om 21.06 uur gaat de Mitsubishi Grandis weer rijden. [102]
Aandeel [verdachte]
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat [verdachte] 8 juni 2020 in totaal 148 blokken cocaïne (twee keer 74) heeft opgehaald in Barendrecht en heeft afgeleverd in Breda. Hiervoor heeft hij twee ritten gemaakt. Dit heeft hij ook ter terechtzitting van 24 januari 2022 bekend. [103] De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] op 8 juni 2020 148 blokken cocaïne heeft afgeleverd, vervoerd, althans opzettelijk aanwezig heeft gehad.
Betrokkenheid van medeverdachten bij zaaksdossier Liza 2
Uit het aangehaalde Sky ECC gesprek volgt dat [medeverdachte 3] contact had met de afnemer van de partij cocaïne, voordat deze door [verdachte] in twee delen bij [medeverdachte 1] werd opgehaald en werd geleverd. Hoewel niet is vastgesteld dat [medeverdachte 3] zelf handelingen heeft verricht met betrekking tot de daadwerkelijke levering, blijkt hieruit wel zijn coördinerende rol: [medeverdachte 3] laat – net als in zaaksdossier Burro – de uitvoerende taken aan anderen over en blijft zelf ‘veilig’ op afstand. Deze coördinerende rol is gericht op de succesvolle distributie van de partij cocaïne en is van voldoende gewicht om te spreken van medeplegen.
[medeverdachte 10] bevond zich op 8 juni 2020 wederom steeds in de directe omgeving van de Mitsubishi Grandis. [medeverdachte 10] reed mee van Hoofddorp naar Barendrecht, naar Breda, naar Barendrecht en weer naar Breda. Uit dit alles leidt de rechtbank af dat ook in dit zaaksdossier [medeverdachte 10] de rol van beveiliger van de transporten vervulde, wat ook blijkt uit de gesprekken over mogelijke auto’s die hen volgen en waarbij [verdachte] aan [medeverdachte 10] vroeg of ‘die Skoda’ niks was. Het is gangbaar dat bij transporten van dergelijke grote partijen cocaïne beveiligers meegaan, gelet op de grote waarde ervan. De rol van beveiliger is dan ook belangrijk. Zoals bij de bespreking bij zaaksdossier Liza 1.1. al werd overwogen, wist [medeverdachte 10] wat voor transporten [verdachte] verrichtte. Het ligt – gelet op de rol die hij vervulde – ook voor de hand dat hij hiervan op de hoogte was. Net als het geval is bij zaaksdossier Liza 1.1, acht de rechtbank ook de rol van [medeverdachte 10] daarmee van voldoende gewicht om te kunnen spreken van medeplegen.
De rechtbank acht de betrokkenheid van andere medeverdachten bij dit zaaksdossier niet bewezen.
Liza 4: 6 juli 2020
Op 6 juli 2020 wordt gezien dat [verdachte] in zijn Mitsubishi Grandis om 18.55 uur de grens van Nederland naar België bij Hazeldonk passeert. Om 19.25 uur wordt gezien dat hij de Waterdreef te Gooreind in België oprijdt, waarna hij even uit het oog wordt verloren en verbalisanten hem om 19:50 uur uit een ondergrondse parkeergarage aan de Waterdreef zien rijden. [104] Uit de OVC-opnames blijkt dat [verdachte] vanaf 19.20 uur een gesprek heeft met een onbekende man (NN2), waarin onder meer het volgende wordt besproken, terwijl er gekraak, geritsel en bonkelende geluiden op de achtergrond hoorbaar zijn:
NN2: 56.
[verdachte] : Wat zeg je?
NN2: Sowieso 56
[verdachte] : Ja…. Tellen toch?
NN2: Effe kijken… [105]
Om 19.28 uur is er een schuivend geluid te horen, gevolgd door een klikgeluid, gevolgd door portieren die openen en sluiten. Op camerabeelden van de Mitsubishi Grandis is te zien dat [verdachte] met witte latex handschoenen de verborgen ruimte in de Mitsubishi Grandis opent en blokken met daarop een afbeelding van een olifant uit een bigshopper tas haalt en in de verborgen ruimte plaatst, voordat hij de verborgen ruimte weer sluit, de auto instapt en wegrijdt. [106] Voordat [verdachte] wegrijdt, neemt hij om 19.48 uur afscheid van NN2. [107] Om 19.50 uur wordt gezien dat [verdachte] de ondergrondse parkeergarage verlaat. Om 20.08 uur passeert [verdachte] wederom de grensovergang bij Hazeldonk en rijdt hij Nederland in. [108] Tussen 20.22 uur en 20.33 uur peilt de telefoon van [verdachte] uit in de directe omgeving van de garagebox aan de Hamdijk 34 te Breda, [109] om de hoek van de Waterloostraat, waar de Mitsubishi Grandis om 20.29 uur geparkeerd staat, met direct daarnaast een onbekende man die om zich heen kijkt. [110] Op de camerabeelden van de Mitsubishi Grandis is te zien dat de verborgen ruimte om 20.26 uur naar voren wordt geklapt, dat [verdachte] witte latex handschoenen aantrekt en vervolgens blokken – met afdruk van een olifant – uit de verborgen ruimte en in twee bigshopper tassen stopt. Achter de Mitsubishi Grandis staat een onbekend persoon, die de met blokken gevulde tassen uit de kofferbak van de Mitsubishi Grandis pakt en in de kofferbank van een voertuig plaatst die achter de Mitsubishi Grandis staat. [111]
Aandeel [verdachte]
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat [verdachte] 6 juli 2020 56 blokken cocaïne heeft opgehaald in Gooreind (België) en deze vervolgens in Breda heeft afgeleverd aan een onbekende man. Dit heeft [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022 ook bekend. [112] De rechtbank acht daarmee wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] op 6 juli 2020 56 blokken cocaïne heeft ingevoerd, afgeleverd, vervoerd, althans opzettelijk aanwezig heeft gehad.
Betrokkenheid van anderen bij zaaksdossier Liza 4
Hoewel er geen concrete betrokkenheid van één van de medeverdachten uit het onderzoek Cherokee kan worden vastgesteld op basis van het dossier, volgt uit bovengenoemde feiten en omstandigheden genoegzaam dat dit transport met behulp van anderen is gerealiseerd. Op basis van de zaaksdossiers waarin [verdachte] voorkomt, ontstaat er een beeld dat hij telkens als koerier opdrachten uitvoert voor een ander. [verdachte] is nooit degene die transporten coördineert, of zeggenschap heeft over de wijze waarop de transporten worden uitgevoerd. Hierin ligt besloten dat er sprake is geweest van medeplegen.
Liza 7.2: 3 t/m 6 juni 2020
Een Sky ECC chatgroep [account 8] :1118, die actief is van 1 juni 2020 tot en met 3 juni 2020, heeft de volgende vijf deelnemers:
  • [account 8] met als bijnaam [bijnaam 16] ;
  • [account 3] met als bijnaam [bijnaam 5] en geïdentificeerd als [medeverdachte 3] ;
  • [account 18] met als bijnaam [bijnaam 15] en geïdentificeerd als [medeverdachte 10] ;
  • [account 19] met als bijnaam [bijnaam 17] ;
  • [account 20] met als bijnaam [bijnaam 18] ’/‘ [bijnaam 19] .
In de chatgroep wordt besproken wanneer een boot zal aankomen en wie er dan naar binnen zal gaan. [115] Uit de chat blijkt dat het schip de [naam schip] op 2 juni 2020 in de Antwerpse haven is gearriveerd. [116] Op 2 juni 2020 zegt [medeverdachte 3] :
‘Okee is goed broer succes wachten even tot onze bak eraf is gaan we binnen’. [bijnaam 16] / [account 8] zegt:
‘zijn 42 balen van 10 st en 1 baal van 13 st’. [117] Uiteindelijk blijkt dat de bak op 3 juni 2020 om 7.12 uur is gelost. [medeverdachte 10] geeft in de chat aan dat hij weet wat zijn instructies zijn:
“Moet parkeren waar ik gisteren in die auto zak loop ik naar de ingang pak ik de meest rechter draaideur loop ik erdoorheen en dan moet ik [bijnaam 17] ergens zien staan met een auto”. [bijnaam 17] reageert hier bevestigend op en zegt dat ze dan doorrijden naar de camionet (bestelbus). [118] [medeverdachte 3] geeft aan dat hij een voor- en achterrijder klaar heeft staan en geeft [medeverdachte 10] , ‘ [bijnaam 17] ’ en ‘ [bijnaam 18] ’ de opdracht om met z’n drieën alles dubbel na te tellen in de bus en verder te zoeken als het niet klopt. De bak mag pas met een zegel worden afgesloten als alles klopt. [119] Om 18.41 uur wordt er door ‘ [bijnaam 17] ’ een foto gestuurd van de blokken. Er worden er 432 geteld. [120] Om18.50 uur laat [medeverdachte 3] weten dat de partij naar de loods aan de [adres loods] moet worden gebracht. Om 19.09 uur laat [medeverdachte 3] op de chat weten dat voorrijder 1 en 2 hebben bevestigd dat ze onderweg zijn. [121] [medeverdachte 3] laat aan ‘ [bijnaam 17] ’ weten dat er op de [adres loods] een Mercedes B klasse klaar staat die hem 599.500 meegeeft en dat hij de rest (€ 149.180,-) morgen laat brengen. [122]
Op 5 juni 2020 ontmoeten [verdachte] en [medeverdachte 8] elkaar om 18.41 uur. [medeverdachte 8] stapt in de Mitsubishi Grandis. [medeverdachte 8] en [verdachte] bespreken onder meer het volgende:
[verdachte] : Nee, ik mag even 3x op en neer naar ehh ....
[medeverdachte 8] : Onze grote vriend .. BE?
[verdachte] : Ja, maar dan wel vanuit Breda.
[verdachte] : Effe 186 doen.
[medeverdachte 8] : Ey .... da's goed ...
[verdachte] : Jahaa ..
[medeverdachte 8] : goeiemorgen! [123]
Later die avond, om 22.14 uur, is op de OVC-opname te horen dat [verdachte] belt met [medeverdachte 8] en hem vertelt dat door ‘ [bijnaam 20] ’ zijn daden gisteren ‘ons dingetje’ is gekomen. Het waren er ‘430 of zo’. En even later zegt [verdachte] :
‘Dus hij zat in zo'n busje zat ie alles te tellen. En toen kwam hij eentje te kort. Het moesten er 433 zijn en het waren .. het was er 432.’Als [verdachte] vervolgens zegt dat ‘ [bijnaam 20] ’ belt, wordt door de politie de stem van [medeverdachte 10] herkend. [124]
[verdachte] bevindt zich op 5 juni 2020 vanaf 20.32 uur in Gooreind (België). [125] Uit een chatgroep waaraan onder andere [medeverdachte 3] en [verdachte] deelnemen blijkt dat er tussen hen op 5 en 6 juni 2020 contact is dat gaat over het transporteren van 186 stuks. Via Sky ECC schrijft [medeverdachte 3] op 5 juni 2020
‘75 st avengers meenemen 1e ronde’en
‘ [bijnaam 21] kan je denk je voor hem rijden naar Breda’. [126] [verdachte] vraagt [medeverdachte 3] om het adres. [medeverdachte 3] antwoordt:
‘Rij richting breda. Doe Waterloo’.De andere deelnemer aan de chat, gebruiker van het account [account 21] , zegt dat [verdachte] hem gewoon moet volgen. [verdachte] antwoordt:
‘ja toch. Grens over…Zie je zo weer’.Nadat [verdachte] een tijd heeft gewacht zegt hij dat hij denkt dat de rest morgen wordt. Om 23.56 uur vraagt [medeverdachte 3] aan ‘ [bijnaam 22] ’ het adres voor morgen te sturen en zegt
‘Komt con weer met 75 komt en restant om 186 te maken’. [verdachte] en [medeverdachte 3] spreken af dat [verdachte] in de ochtend ‘36’ zal doen en ‘dan meteen 75 naar adam’, gelijk achter elkaar’. [127] Op 6 juni 2020 om 11.07 uur zegt [verdachte] tegen de gebruiker van Sky ECC account [account 22] ‘zal rond 12.45 uur worden met die 36 stuks’. Om 13.09 uur zegt [verdachte] dat en dat de twee zakken gelijk van de achterbank moeten worden gepakt. Om 13.18 uur laat [verdachte] weten dat 36 zijn afgeleverd en vraagt hij [medeverdachte 3] naar het adres in Amsterdam. [medeverdachte 3] zegt dat hij denkt dat het bekende adres is en zegt ‘maak even nieuwe chat’. [128]
Partiële vrijspraak [verdachte]
Uit de OVC-opnames blijkt dat [verdachte] wist van de partij cocaïne (432 kilo) die op 3 juni 2020 in Antwerpen werd uitgehaald en vervolgens naar Wuustwezel werd gebracht. Dit maakt echter nog niet dat hij zich ook heeft schuldig gemaakt aan het medeplegen van dat transport. De enkele wetenschap van het bestaan van het transport, en de omstandigheid dat [verdachte] met [medeverdachte 8] over deze partij spreekt, is daarvoor onvoldoende. De grens van medeplegen wordt op basis van de in het dossier beschikbare informatie niet gehaald. De rechtbank neemt hierbij ook in overweging dat verdachte geen deel nam aan de chatgroep [account 8] :1118. [verdachte] wordt van dit deel van de tenlastelegging vrijgesproken.
Aandeel [verdachte]
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt wel dat [verdachte] op 5 en 6 juni in totaaal 186 (twee keer 75 en één keer 36) blokken cocaïne heeft opgehaald in België (Gooreind) en deze heeft afgeleverd in Breda en Amsterdam. Dit heeft hij ook ter terechtzitting van 24 januari 2022 bekend. [verdachte] heeft verklaard dat hij in totaal 186 kilo cocaïne van Gooreind (België) naar Nederland heeft vervoerd, verspreid over drie ritten: twee keer 75 kilo en één keer 36 kilo. [129]
Betrokkenheid van anderen bij zaaksdossier Liza 7.2
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden, volgt dat [verdachte] op 5 en 6 juni 2020 de cocaïne in opdracht van [medeverdachte 3] ophaalt in Gooreind (België) en aflevert in respectievelijk Breda en Amsterdam. De transporten worden dus onder leiding van anderen gerealiseerd; [verdachte] wordt ingezet als koerier. Uit de chatberichten blijkt ook dat er meerdere personen betrokken zijn bij de invoer van de cocaïne en vervolgens de distributie daarvan. Er is veelvuldig contact tussen de verschillende betrokkenen over wie wat moet doen, waar het transport naartoe moet en hoe het met de betaling zal gaan. Uit dit alles blijkt dat er sprake is van medeplegen.
De rechtbank acht niet bewezen dat [medeverdachte 8] zich heeft schuldig gemaakt aan de handel in verdovende middelen. Dat [medeverdachte 8] weet van de werkzaamheden die [verdachte] verricht met betrekking tot het transporteren van cocaïne, haalt de grens van het medeplegen niet.
Liza 8: 28 september 2020
Op 27 september 2020 wordt gezien dat [verdachte] om 4.56 uur in zijn Mitsubishi Grandis vertrekt vanaf de Marnixkade in Amsterdam. Van 6.48 uur tot 7.35 uur bevindt hij zich op de Emiel Verrellenlaan ter hoogte van perceel [nummer] te Gooreind (België). [130] Op de camerabeelden van de Mitsubishi Grandis is te zien dat er om 6.52 uur twee gevulde tassen uit het voertuig gehaald worden. Er komt een derde tas, een big shopper, in beeld, waarin iets zit met een logo van een leeuwenkop. Deze wordt uit het voertuig gehaald, waarna de verborgen ruimte wordt gesloten. [131] Uit de OVC-opnames volgt dat [verdachte] om 7.31 uur uit de auto stapt. Er is wat gerommel en geschuif hoorbaar. Vanaf 7.37 uur voeren [verdachte] en de onbekende man (NN3) het volgende gesprek, terwijl de doffe, bonkende geluiden hoorbaar zijn: [132]
NN3: Alles ontspannen?
[verdachte] : Ja toch, bij jou?
NN3: Ja relaxed.
[verdachte] : Je hebt 16 per zak gedaan zeker hé?
NN3: Oh, ik weet niet eens man.
[…]
NN3: Maar is wel 90, ik heb wel geteld.
[…]
[verdachte] : Ik ga 45 zetten, de rest breng ik in die taxi.
NN3: Oh, dat heeft … gezegd?
[verdachte] : Eh ja.
NN3: Waarom zegt ie dat niet meteen dan?
[…]
[verdachte] : 90 Past er niet in. [133]
Om 7.40 uur stapt [verdachte] in en gaat hij rijden. [verdachte] belt om 7.41 uur met een onbekende man (NN2):
[verdachte] : Yo
NN2: Yo Bro
[verdachte] : Waar ben je?
[…]
[verdachte] : Sta je op die hoek?.
NN2: … geparkeerd man.
[verdachte] : Mercedes heb je toch? Ja ik zie je. Ik rij nu langs je. Effe kijken eh. Ik heb 2tassen voor jou die moet ik effe bij jou ergens zetten. Ik moet effe een rustig plekje zoeken.
NN2: Is goed.
[verdachte] : Volg me anders maar ja?
[…]
NN2: Is goed man.
[verdachte] : Stoppen we zo effe zijkant van de weg ofzo en dan gooien we ze heel snel over.
NN2:Is goed. [134]
Om 7.43 uur stopt het voertuig op de Bredabaan te Gooreind, ter hoogte van perceel [nummer] , [135] en stapt [verdachte] uit. De kofferbak wordt open gedaan. [verdachte] en NN2 raken in gesprek:
NN2: 3. Of 2?
[verdachte] : Die alle drie.
De kofferbak wordt dichtgegooid, [verdachte] stapt in en het voertuig gaat om 7.45 uur weer rijden. [136] [verdachte] komt om 8.40 uur aan bij een tankstation gevestigd op de Spoorlaan te Drunen, [137] met direct achter hem een zwarte Mercedes met blauwe kentekenplaten. [138] De taxi en de Mitsubishi Grandis parkeren achter elkaar aan de achterzijde van het tankstation. [verdachte] en de bestuurder van de taxi, beiden uit hun voertuigen gestapt, lijken met elkaar in gesprek te zijn. [139] Vier minuten later rijden beide mannen in hun eigen voertuigen weer weg. [140]
Vervolgens stoppen [verdachte] en de bestuurder van de taxi om 8.51 uur bij de Kasteellaan in Nieuwkuijk, waar zij zes minuten blijven. [141] De verborgen ruimte wordt geopend. [verdachte] , die zwarte handschoenen draagt, pakt een bigshopper tas uit de verborgen ruimte en vult deze met donkerkleurige, rechthoekige blokken met de afbeelding van een leeuwenkop met kroon. Vervolgens worden er nog twee gevulde bigshopper tassen uit de verborgen ruimte gepakt. [142] In de tussentijd zijn er geluiden hoorbaar van metalen delen die over elkaar schuiven, alsmede gekraak en zachte bonkgeluiden. [verdachte] heeft het volgende gesprek:
NN2: Helemaal ingepakt
[verdachte] : Nee, bijna, bijna. [143]
Aandeel [verdachte]
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat [verdachte] 28 september 2020 90 (twee keer 45) blokken cocaïne heeft opgehaald in België en in de verborgen ruimte van zijn Mitsubishi Grandis naar Nederland heeft vervoerd, waarbij de overdracht heeft plaatsgevonden in Nieuwkuijk. Dit heeft [verdachte] ook ter terechtzitting van 24 januari 2022 bekend. Hij heeft verklaard dat hem was gevraagd om naar België te rijden met een andere auto die hij niet kende, een taxi. Toen ze daar aankwamen, bleek dat er negentig blokken opgehaald moesten worden. Omdat deze niet allemaal in de verborgen ruimte van [verdachte] pasten, zijn de blokken verdeeld. Omdat [verdachte] weer tijdig terug moest zijn in Amsterdam voor zijn werk, heeft [verdachte] de pakketten in de buurt van Eindhoven overgedragen aan de chauffeur van de taxi en kon hij weg. [144] De rechtbank acht daarmee wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] op 28 september 2020 90 pakketten cocaïne heeft ingevoerd, afgeleverd, vervoerd, althans opzettelijk aanwezig heeft gehad.
Betrokkenheid van anderen bij zaaksdossier Liza 8
Hoewel er geen concrete betrokkenheid van één van de medeverdachten uit het onderzoek Cherokee kan worden vastgesteld op basis van het dossier, volgt uit bovengenoemde feiten en omstandigheden genoegzaam dat dit transport met behulp van de chauffeur van de taxi is verricht. Daarnaast geldt dat [verdachte] steeds als koerier opdrachten uitvoert voor een ander. [verdachte] is nooit degene die transporten coördineert, of zeggenschap heeft over de wijze waarop de transporten worden uitgevoerd. Hierin ligt besloten dat er sprake is van medeplegen.
6.3.2.2. Witwassen (feit 3)
Juridisch kader
Om tot een bewezenverklaring van witwassen te komen, is het volgens vaste jurisprudentie vereist dat het betreffende voorwerp of geldbedrag middellijk of onmiddellijk afkomstig is uit enig misdrijf. Het is aan verdachte om een witwasvermoeden (de feiten en omstandigheden die door het OM zijn aangedragen die een witwasvermoeden rechtvaardigen) aan de hand van een concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring te weerleggen. [145] Wanneer een verdachte een dergelijke verklaring niet geeft, kan de rechtbank tot de conclusie komen dat met voldoende mate van zekerheid kan worden uitgesloten dat het voorwerp of geldbedrag een legale herkomst heeft, en dat een criminele herkomst dus als enige aanvaardbare verklaring geldt.
Wanneer het gaat om verwerven of voorhanden hebben van voorwerpen of geldbedragen die onmiddellijk afkomstig zijn uit eigen misdrijf, wordt van de verdachte een handeling gevergd die erop gericht is om zijn eigen criminele opbrengsten veilig te stellen. De gedragingen dient er dan ook op gericht te zijn om de criminele herkomst van het voorwerp of geldbedrag te verbergen of verhullen.
Onderhavige zaak
Onder feit 3 zijn verschillende zaaksdossiers opgenomen en voor al die dossiers geldt dat het vermoeden van witwassen volgens het OM gebaseerd is op het volgende:
  • er werd meermalen een groot contant geldbedrag overgedragen;
  • de overdracht vond regelmatig plaats op de openbare weg;
  • het overgedragen geld bestond uit een omvangrijke hoeveelheid bankbiljetten en was verpakt in boodschappentassen, sporttassen of vuilniszakken;
  • er werd gebruik gemaakt van een ‘token’ o.a. een bankbiljet van vijf euro;
  • de verdachten waren in het bezit van PGP-telefoons en in de telefoons werd een foto van het ‘token’ aangetroffen;
  • er werd geld overgedragen door koeriers;
  • er werd (veelvuldig) gebruik gemaakt van een verborgen ruimte in een voertuig.
Op grond van de hierna te bespreken afzonderlijke zaaksdossiers concludeert de rechtbank dat er inderdaad sprake was van een witwasvermoeden, zoals door het OM geschetst, dat dit vermoeden niet wordt weerlegd en dat [verdachte] zich op grote schaal schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van (gewoonte-)witwassen. Dat dit geld afkomstig zou zijn van een door [verdachte] zelf gepleegd misdrijf is gesteld noch aannemelijk geworden, zodat hierin geen beletsel ligt voor een veroordeling voor witwassen. Afgezien daarvan heeft [verdachte] het geld niet alleen voorhanden gehad, maar dit tevens overgedragen. Door het geld op de geschetste wijze te vervoeren, heeft hij tevens de herkomst, de vindplaats en de verplaatsing van het geld verborgen en verhuld.
Zaaksdossier witwassen [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] (eerste gedachtestreepje)
Chatgroep [account 1] :95 (€ 3.001.000,-)
In chatgroep [account 1] :95 wordt door [medeverdachte 3] ( [account 3] ), [verdachte] ( [account 2] ) en de gebruiker van account [account 23] (bijnaam [bijnaam 23] ) gesproken over het leveren van geldbedragen door [verdachte] , in opdracht van [medeverdachte 3] , aan ‘ [bijnaam 23] ’, vermoedeljk een onddergronds bankier in criminele geldstromen. Het totaalbedrag van € 3.001.000,- werd in verschillende etappes door [verdachte] gebracht in de periode van 3 april 2020 tot en met 16 april 2020. Hierbij werd telkens gebruik gemaakt van een zogenaamde ‘token’, [nummer] , gedrukt op een bankbiljet van € 5,-. De opbouw van het geldbedrag is volgens de politie als volgt: [146]
In verband met privacy afbeelding niet weergegeven.
De opbouw van dit bedrag is gevolgd uit meerdere Sky-gesprekken.
Op 3 april 2020 werd via Sky ECC het volgende gesprek gevoerd:
[verdachte] : Eta 20.10 met 700k
[bijnaam 23] : Ok
[medeverdachte 3] : 700 k op de token [bijnaam 23]
[medeverdachte 3] : Morgen meer
[medeverdachte 3] : Maken we die 3 M compleet op zelfde token
[medeverdachte 3] : Na volledig bedrag graag token afgeven.
[…]
[verdachte] : Ben er grijze mitsibuyai grandis
* [verdachte] stuurt een foto van een € 5,- biljet met daarop het serienummer [nummer] *
[verdachte] : Dese gebruiken we
[verdachte] : 700 is nu afgehegen
[bijnaam 23] : Geluk thnx
[medeverdachte 3] : Top
* [bijnaam 23] stuurt foto’s van gebundelde geldbiljetten *
[medeverdachte 3] : Dus 6175 tekort?
[medeverdachte 3] : Okee broer krijg je morgen dan bij [147]
Op 4 april 2020 werd via Sky ECC het volgende gesprek gevoerd:
[medeverdachte 3] : [bijnaam 23] kon die 6175 nu gebrscht worden snel om te beginnen
[verdachte] : Binnen uurtje ben ik bij jou oke met die 6175
[medeverdachte 3] : Heb je het adres
[verdachte] : Eta 13.25
[verdachte] : Ben er
[verdachte] : Zelfde auto
[verdachte] : 6175 afgegeven [148]
Later die dag (4 april 2020) gaat het gesprek via Sky ECC verder:
[verdachte] : In 2 uurtjes 500k droppen lukt dat?
[bijnaam 23] : Moment ff vragen aan main of ik nog kan ontvangen
[…]
[medeverdachte 3] : Moest 3 M geven
[medeverdachte 3] : 500 nu komt eraan en morgen de rest uit antwerpen hierheen krijg je die
[…]
[medeverdachte 3] : Amaan heb net confirmed heb je prive gestuurd
[bijnaam 23] : Laat me ff weten als je vertrekt hoe laat je ongeveer aankomt
[verdachte] : Yes ik geef je zo eta
[verdachte] : 50 min ben ik er
[medeverdachte 3] : 460 k begreep k
[verdachte] : Ben er
[verdachte] : 460 indd
* [verdachte] stuurt een foto van een biljet met daarop het serienummer [nummer] *
[medeverdachte 3] : Top
[medeverdachte 3] : Morgen meer [149]
Op 6 april 2020 werd via Sky ECC het volgende gesprek gevoerd:
[medeverdachte 3] : Goedemorgen broers
[medeverdachte 3] : [bijnaam 23] vandaag ontvang je de rest
[bijnaam 23] : ok bro
[verdachte] : [bijnaam 23] er komt straks 1.840.000 jou kant op. Geef je zo een tijd
[verdachte] : Dan is de 3M compleet
[bijnaam 23] : Ok is goed
[…]
Ga je toevallig 1M afgeven?
[bijnaam 23] : Ja klopt. Moet dat naar jou?
[verdachte] : Haha ja
[verdachte] : En die moet daarna naar jou weer
[verdachte] : Kom nu jou kant op
[bijnaam 23] : Ahh oke anders rij langs dan geef je me die token
[bijnaam 23] : Geef ik door dat het betaald is
[bijnaam 23] : Dan komt de boekhouding niet in de war
[verdachte] : Ja
[…]
[medeverdachte 3] : [bijnaam 1] geeft enkel de token af dan haha
[verdachte] : Juistem
[bijnaam 23] : Yes en dan geef ik door ontvangen op token die ik al had ontvangen van oude bedragen
[medeverdachte 3] : Okee top heb het ook doorgegeven
[verdachte] : Ben er bro
[bijnaam 23] : Ok
* [verdachte] stuurt een foto van een € 5,- biljet met daarop het serienummer [nummer] *
[verdachte] : 1M afgegeven dus
[verdachte] : Dus nu nog 840.000
[verdachte] : Dan is de token compleet
[medeverdachte 3] : Yes doen we morgen [150]
Op 7 april 2020 werd via Sky ECC het volgende gesprek gevoerd:
[verdachte] : Goedemiddag [bijnaam 23]
[verdachte] : Lukt voor jou 19.30? Heb ik 600k voor je
[medeverdachte 3] : Nee wscht even met die 600 geven hem vanavond volledig bedrag
[medeverdachte 3] : Breng die 600 naar rotterdam
[verdachte] : Okee [151]
Op 15 april 2020 werd via Sky ECC het volgende gesprek gevoerd:
[medeverdachte 3] : [bijnaam 23] wat stond nog open van de 3M?
[medeverdachte 3] : 840 klopt?
[medeverdachte 3] : Okee broer was even ontgaan komt straks 400 en morgen de rest
[medeverdachte 3] : [bijnaam 1] komt zo 400 afgeven
[verdachte] : [bijnaam 23] lukt 19.45?
[verdachte] : Sorry iets tussengekomen, 20.15 doen?
[bijnaam 23] : Ja isgoed
* [verdachte] stuurt een foto van een € 5,- biljet met daarop het serienummer [nummer] *
[…]
[medeverdachte 3] : [bijnaam 23] kan je een 350 ontvangen vanavond nog?
[verdachte] : Eta is 23.40 bro
[bijnaam 23] : Ok
[medeverdachte 3] : Komt bu 350 k nr jou [bijnaam 23]
[medeverdachte 3] : Dan heb je 749 gehad vandaag
[verdachte] : dan nog 91 morgen
[medeverdachte 3] : Krijg je morgen 91.000 zijn we rond
[verdachte] : Beh er
* [verdachte] stuurt een foto van een biljet met daarop het serienummer [nummer] * [152]
Op 16 april 2020 werd via Sky ECC het volgende gesprek gevoerd:
[verdachte] : [bijnaam 23]
[verdachte] : Klopte alles van gister?
[verdachte] : En kan je zometeen die laatste 91k ontvangen?
[verdachte] : Topp kom er aan
[verdachte] : Ben er
* [verdachte] stuurt een foto van een € 5,- biljet met daarop het serienummer [nummer] *
[verdachte] : Token is afgerond [bijnaam 3] . 3M compleet
[medeverdachte 3] : Top [153]
Tussenconclusie ten aanzien van het geldbedrag van € 3.001.000,-
De rechtbank is van oordeel dat [medeverdachte 3] in het onderzoek Cherokee meerdere malen opdracht heeft gegeven tot het vervoeren en afleveren van geldbedragen door [verdachte] aan ‘ [bijnaam 23] ’. In totaal werd er een geldbedrag van € 3.001.000,- in verschillende etappes afgeleverd. Hiermee hebben [verdachte] , [medeverdachte 3] en ‘ [bijnaam 23] ’ zich schuldig maakt aan het medeplegen van witwassen.
Chatgroep [account 1] :101 (€ 1.129.000,-)
Ook in chatgroep [account 1] :101, waar naast [medeverdachte 3] ( [account 3] ) onder anderen ook [verdachte] ( [account 2] ) en [medeverdachte 2] ( [account 6] ) aan deelnemen, wordt veelvuldig gesproken over het vervoeren, in ontvangst nemen en overdragen van grote sommen geld in de periode van 4 april 2020 tot en met 5 mei 2020. En worden veelvuldig foto’s van bundels contant geld gestuurd.
Op 7 april vindt het volgende gesprek plaats via Sky ECC tussen [medeverdachte 3] , [verdachte] en de gebruiker van account [account 24] (‘ [bijnaam 24] ’):
[bijnaam 24] : [adres] . 600k € ready there bro
[verdachte] : Will be there 18.30
[bijnaam 24] : ok bro
[bijnaam 24] : [adres] is better place he is saying its better coz the other place there was some police
[verdachte] : Okee
[…]
[verdachte] : Im there
[bijnaam 24] : Ok mate one sec
[verdachte] : Gave him the token, he is going to take the amount now
[verdachte] : I will send when I received it
[bijnaam 24] : Ok mate
[medeverdachte 3] : What was the amount?
[bijnaam 24] : 600k €
[verdachte] : 600
[verdachte] : received it [154]
Op 15 april 2020 spreken [medeverdachte 3] , [verdachte] en de gebruiker van het account [account 24] (‘ [bijnaam 24] ’) met elkaar via Sky ECC:
[bijnaam 24] : hello guys can I have a token for 400 amesterdma pleasr
[verdachte] : Yes
* [verdachte] stuurt een foto van een biljet met daarop het serienummer [nummer] *
[bijnaam 24] : [adres]
[verdachte] : Can be there in 50 min?
[bijnaam 24] : Ok mate
[…]
[bijnaam 24] : Some ome will come to u
[verdachte] : Oke great
[bijnaam 24] : all good?
[verdachte] : Got it
[…]
[medeverdachte 3] : The 00 from today was 399. [155]
Op 20 april 2020 spreken [medeverdachte 3] , [verdachte] en de gebruiker van het account [account 24] (‘ [bijnaam 24] ’) met elkaar via Sky ECC:
[medeverdachte 3] : Hoe are you my brother
[bijnaam 24] : im sorting some € in holland for u bro
[verdachte] : So what do we do with the 130 [bijnaam 24] ?
[bijnaam 24] : please give me token for the 13.
[verdachte] : New one?
[bijnaam 24] : Please mate
* [verdachte] stuurt een foto van een biljet met daarop het serienummer [nummer] * [156]
Op 21 april 2020 wordt het gesprek via Sky ECC hervat:
* [verdachte] stuurt een foto van een biljet met daarop het serienummer [nummer] *
[verdachte] : This token right
[bijnaam 24] : yes bro
[verdachte] : [adres] right?
[bijnaam 24] : Yeah mate amestelveen
[verdachte] : Eta 18.18
[verdachte] : Im there
[verdachte] : Got it
[bijnaam 24] : glok mate 130€
[bijnaam 24] : he saying its 131 but please count mate
[bijnaam 24] : firsst time I take off him
[verdachte] : I know there guys. But we will count it later. Let you know. [157]
Oordeel van de rechtbank ten aanzien van het geldbedrag van € 1.129.000,-
De rechtbank is met het OM van oordeel dat op basis van de Sky ECC gesprekken kan worden gekomen tot bewezenverklaring van het medeplegen van witwassen van een geldbedrag van € 1.129.000,- (€ 600.000,- op 7 april 2020, € 399.000,- op 15 april 2020 en € 130.000,- op 21 april 2020), tezamen en in vereniging gepleegd door [verdachte] met [medeverdachte 3] en ‘ [bijnaam 24] ’.
Conclusie
[verdachte] heeft zich samen met zich samen met anderen schuldig gemaakt aan het medeplegen van witwassen van geldbedragen van in totaal € 3.001.000,- en € 1.129.000,-. Hoewel de Sky ECC gesprekken het enige directe bewijsmiddel vormen, kan op basis van de algehele samenhang en de gedragingen van [verdachte] en in het licht van de overige bewijsmiddelen worden gekomen tot een bewezenverklaring van dit feit. Verdachte heeft ter terechtzitting, geconfronteerd met deze bedragen, toegegeven in een korte periode meerdere malen geld te hebben gevoerd. [158]
Liza 1.2: 20 mei 2020 – feiten en omstandigheden
Op 20 mei 2020 wordt er tussen 13.34 uur en 13.50 uur via Sky ECC onderstaand gesprek gevoerd tussen de [medeverdachte 3] ( [account 3] ), [medeverdachte 2] ( [account 6] ) en [verdachte] ( [account 2] ). [159]
In verband met privacy afbeelding niet weergegeven.
Vervolgens wordt tijdens een observatie die dag op om 14.29 uur gezien dat de Mitsubishi Grandis op de Westzeedijk te Rotterdam rijdt en om 14.55 uur op de Brede Hilledijk geparkeerd staat ter hoogte van perceel 645. [160] De telefoon van [verdachte] (met telefoonnummer # [nummer] ) straalt tussen 14.45 uur en 15.15 uur zendmasten in Rotterdam aan, waaronder een zendmast op de [locatie Cell-ID] . [161] Er vindt een ontmoeting plaats tussen [verdachte] en een onbekende man, waarin [verdachte] vraagt of de 75 en 300 van elkaar apart zijn gezet. De onbekende man beantwoordt de vraag bevestigend en zegt dat die 100 allemaal geseald zijn en die 75 gewoon open. [162] De Mitsubishi Grandis gaat weer rijden, waarna er op 14.47 uur een gesprek tussen [medeverdachte 2] (stemherkenning door verbalisanten) en [verdachte] plaatsvindt over aantallen:
[verdachte] : Ok, dus dit is 64
[medeverdachte 2] : 64?61.
[verdachte] : 61 sorry.
[medeverdachte 2] : Ja toch? Die 2,2, dan nog 2.
[verdachte] : Jaja en die ander is dan die 25. [163]
[…]
[medeverdachte 2] : Het zijn 3 gesealde pakketten denk ik.
[verdachte] : Ja hij zei hij heb die uh heeft die eergisteren ntv gesealed, 1-tje heeft ie gesealed en 1-tje was open, die van 75.
[medeverdachte 2] : allemaal gesealed.
[medeverdachte 2] : Stap ik hier uit, ga ik lopend naar huis. [164]
Op de achtergrond zijn geritsel en gerommel te horen en geluiden die passen bij het dichtklikken van de verborgen ruimte.
Vervolgens vindt er om 16.07 uur een ontmoeting plaats tussen [verdachte] en een onbekende man (NN2) en het volgende gesprek wordt gevoerd:
NN2: Heb je de tas meegenomen?
[verdachte] : Ja, ja, ik heb de tas meegenomen, laten we gaan eegghh ergens ...
NN2: Oké.
[verdachte] : Oké ja!
NN2: Ik ben achter je ...
[verdachte] : Oké.
[…]
[verdachte] : Hey man, heb je token voor me?
NN2: Jaaaaaaaaaa!!!
[…]
NN2: Ik moet het nemen van eegghhh .... Het is een groot tas?
[verdachte] : Ja.
NN2: Kan ik het hier doen/zetten? [165]
Opnieuw zijn er op de achtergrond geluiden te horen van opengaande portieren en geluiden die horen bij het openen van de verborgen ruimte (geritsel en de schuivende en klikkende geluiden van metaal). Deze ontmoeting is geobserveerd door de politie. De Mitsubishi Grandis bevond zich op dat moment Op de Nieuwe Teertuinen te Amsterdam, ter hoogte van perceel [nummer] . [166] Nadat [verdachte] en NN2 afscheid hebben genomen, gaat de Mitsubishi Grandis om 16.11 uur weer rijden. [167]
Aandeel [verdachte] Liza 1.2
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat [verdachte] op 20 mei 2020 in totaal € 383.600,- heeft opgehaald in Rotterdam, dit heeft vervoerd in de verborgen ruimte in zijn Mitsubishi Grandis en dit geldbedrag vervolgens in Amsterdam heeft overgedragen, hetgeen hij ook ter terechtzitting van 24 januari 2022 heeft bekend. Ter terechtzitting heeft [verdachte] tevens verklaard dat ‘K’ achter een getal voor duizend staat, waarmee € 1.000,- wordt bedoeld. [168] De hierboven aangehaalde gesprekken sluiten aan bij de ten laste gelegde geldbedragen. De rechtbank stelt vast dat in dit zaaksdossier verschillende witwastypologieën aan de orde zijn. Zo is er sprake van overdracht van een groot geldbedrag, de overdracht vindt plaats op de openbare weg, bij de overdracht wordt er gebruik gemaakt van een zogeheten ‘token’, er wordt gecommuniceerd via Sky ECC door middel van PGP-telefoons, er wordt gebruik gemaakt van een verborgen ruimte voor het vervoer en de overdracht wordt door een koerier verricht. Dit duidt erop dat er geen sprake is van een overdracht van legaal geld, maar van geld dat van misdrijf – naar alle waarschijnlijk de handel in cocaïne – afkomstig is en dat [verdachte] dit moet hebben geweten.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] zich op 20 mei 2020 heeft schuldig gemaakt aan witwassen van € 375.000,-, € 6.100,- en € 2.500,- euro.
Betrokkenheid van medeverdachten bij zaaksdossier Liza 1.2
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat zowel [medeverdachte 2] als [medeverdachte 3] aan de Sky ECC gesprekken deelnemen waarin de overdracht van de geldbedragen wordt besproken, evenals de samenstelling van de bedragen en de herkomst ervan. [medeverdachte 2] stapt die dag ook bij [verdachte] in de auto en zij spreken met elkaar over de aantallen en gesealde pakketten. [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] weten van de hoed en de rand. Het witwassen van deze geldbedragen is naar het oordeel van de rechtbank in vereniging gepleegd.
Liza 2: 8 juni 2020 – feiten en omstandigheden
Zoals de rechtbank hierboven onder feit 2 heeft vastgesteld, heeft [verdachte] op 8 juni 2020 twee partijen van 74 blokken cocaïne in Breda afgeleverd. Vanaf 19.49 uur, tussen de eerste en de tweede levering van cocaïne door, spreekt [verdachte] met [medeverdachte 10] over een levering van ‘25’, die [verdachte] mee terug zou moeten nemen:
[verdachte] : Die nigger zegt nu trouwens: "Straks ff 25 mee terug K". Ja.
[medeverdachte 10] : Je bent nu klaar toch?
[…]
[verdachte] : Nee, nee nee nog één keer, dan klaar. [169]
Na de twee leveringen van in totaal 148 kilo cocaïne in Breda, gaat de Mitsubishi Grandis van [verdachte] om 21.06 uur weer rijden. [170] In de auto voert [verdachte] vanaf 21.07 uur een telefoongesprek met [medeverdachte 8] . Zij bespreken ondermeer het volgende:
[verdachte] : Ik moet vijfentwintig even eh... betalen, zegt ie:
[…]
[verdachte] : "Ja, kom maar ophalen bij mij." Ik zeg: "Ten eerste waarom heb jij zoveel in huis? En ten tweede, ik wil eigenlijk echt niet bij jou thuis komen."
[medeverdachte 8] : Ja.
[verdachte] : Ik zeg: " Ga iemand anders dat maar laten doen'.
[medeverdachte 8] : Ja
[verdachte] : Jij bent heet.
[medeverdachte 8] : Daar is ook niets meer van gekomen he
[…]
[verdachte] : Nee, gaat nog wel komen denk ik. Maar ik hoop wel dat het een beetje opschiet. Reageer dan homo. Ik wil liever niet naar z'n huis man.
[medeverdachte 8] :Nee
[verdachte] : Normaal thuis oke. Ik ga even kijken of ik [bijnaam 20] even zo ver kan krijgen om het op te pakken.
[medeverdachte 8] : Ja.
[…]
[verdachte] : Kanker ik moet het bij zijn huis ophalen.
[…]
[medeverdachte 8] : Dat is mooi.
[verdachte] : Hij zegt: 'Jij moet komen, jij moet komen'.
[…]
[verdachte] : Ah volste vertrouwen. Dat wordt heel ver weg parkeren kan ik je wel vertellen.
[medeverdachte 8] : Dus nu moetje toch zelf?
[verdachte] : Ja.
[verdachte] : Hij zegt: "broer er is niks, kom pakken". [171]
[…]
[verdachte] : effe kijken…
[verdachte] : Hij zegt: “rij maar door.”
[…]
[verdachte] : Als in “hoeft niet meer”, denk ik. Mar ik parkeer wel effe en ik wacht wel tot meneer weer in de gelegenheid is te reageren. [172]
Tijdens bovenstaand gesprek zijn er geluiden hoorbaar van inkomende berichten op een mobiele telefoon. Vanaf 21.38 uur gaat het gesprek verder:
[verdachte] : Ik zeg: “ik ben in je straat lullo!”
[verdachte] : Oh, ja, zegt ie, kom. Oké.
[verdachte] : Parkeer ‘m voor de vorm maar klein stukje verder.. misschien is hier plek.
[verdachte] : Ik bel je zo.
[medeverdachte 8] : Joe. [173]
Te horen is dat [verdachte] uit de auto stapt, een gesprek voert buiten het voertuig en opnieuw in het voertuig stapt om 21.43 uur. [verdachte] voert tot 21.59 uur opnieuw een gesprek met [medeverdachte 8] , terwijl er geritsel in de auto klinkt:
[verdachte] : Ja wat moet ik zeggen? Precies zoals verwacht. Even kijken waar ik heen moet. Het is ook echt letterlijk, vier minuten vandaan ofzo. [adres] . 950 meter. Broer.
[medeverdachte 8] : Dus op zich, diegene ..
[verdachte] : Je kan toch ook gewoon even lopen!?
[…]
[verdachte] : Serieus. Ik zeg: "Broer, 900 meter ben je serieus?" Wat een gozer ouwe. Deze man. Laat me echt helemaal voor dit komen? Onge-fucking-lofelijk.
[medeverdachte 8] : 900 meter. [174]
[…]
[medeverdachte 8] : Hoe is het met [naam 3] ?
[verdachte] : Echt jongen.[…]
Ik weet niet hoe die gozer eruit ziet.
[…]
[verdachte] : Wacht hij is er! [175]
Om 21.59 uur is te horen dat de portier van de Mitsubishi open gaat. [verdachte] heeft het volgende gesprek met een onbekende man. Tijdens het gesprek is geritsel en gekraak te horen: [176]
[verdachte] : Hey!
NN4: Hey!
[verdachte] : Jou moet ik hebben!
NN4: Daar is twee zes en zestig.
[verdachte] : Er was geen parkeerplek daarom.
NN4: Ik dacht 'zie je niet staan man.waar ben je nou?
NN: Vijfentwintig hé?
[verdachte] : Ja vijfentwintig.
NN4: Thanks man
[verdachte] : Oke is goed man. Hoi hoi.
Vanaf 21.28 uur uur bevindt de Mitsubishi Grandis zich op de kruising van de Frits Touwstraat met de Dordtselaan te Rotterdam. [177] Een Skygesprek tussen [medeverdachte 3] ( [account 3] ) en de gebruiker van het account [account 25] op 8 juni 2020 wordt het volgende besproken: [178]
In verband met privacy afbeelding niet weergegeven.
Aandeel [verdachte] Liza 2
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat [verdachte] op 8 juni 2020 in totaal € 25.000,- heeft opgehaald en vervolgens – slechts op korte afstand – weer heeft afgeleverd aan een persoon die [naam 3] wordt genoemd. Dit heeft [verdachte] ook ter terechtzitting van 24 januari 2022 bekend. [179] De hierboven aangehaalde OVC-gesprekken en de Sky ECC chat sluiten naadloos aan bij het ten laste gelegde geldbedrag. De rechtbank stelt vast dat in dit zaaksdossier verschillende witwastypologieën aan de orde zijn. Zo is er sprake van overdracht van een groot geldbedrag, de overdracht vindt plaats op de openbare weg, er wordt gecommuniceerd via Sky ECC door middel van PGP-telefoons en de overdracht wordt door een koerier verricht. Dit duidt erop dat er geen sprake is van een overdracht van legaal geld, maar van geld dat van misdrijf – naar alle waarschijnlijkheid de handel in cocaïne – afkomstig is en dat [verdachte] dit wist.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] zich op 8 juni 2020 aan witwassen van € 25.000,- heeft schuldig gemaakt.
Betrokkenheid van medeverdachten bij zaaksdossier Liza 2
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden, volgt dat [medeverdachte 3] de overdracht van de € 25.000,- coördineert en opdracht geeft aan [verdachte] om de overdracht te verrichten. Het geldbedrag wordt in de buurt van de woning waar [medeverdachte 3] verbleef ( [GBA adres] ) opgehaald en vervolgens om de hoek afgeleverd. Hiermee heeft [medeverdachte 3] een wezenlijke bijdrage geleverd aan het witwassen van het desbetreffende geldbedrag. Het witwassen is naar het oordeel van de rechtbank in vereniging gepleegd.
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen dat [medeverdachte 10] betrokken is geweest bij de overdracht van dit geldbedrag. Hoewel het aangehaalde gesprek met [medeverdachte 10] duidt op wetenschap van de overdracht, is niet gebleken dat [medeverdachte 10] ten tijde van de overdracht in de buurt van [verdachte] was en hij een strafbare bijdrage heeft geleverd.
Liza 7.2: 3 t/m 6 juni 2020
Op 4 juni 2020 om 18.56 uur voert [verdachte] in de Mitsubishi Grandis een gesprek waarbij [medeverdachte 2] via de speaker van een telefoon is te horen:
[medeverdachte 2] : 49 en 56 rug
[verdachte] : oh oke is niet zo spannend;
[medeverdachte 2] : Totaal is het 2..
[verdachte] : Oh oke, geen stress. Zet het gewoon even in een zakje dan eh.. stap gewoon even bij mij in. Dan fixen we het wel. [180]
Om 21.18 uur spreekt [verdachte] met een onbekende man (NN2) en hebben zij het volgende gesprek:
NN2: Alles goed?
[verdachte] : Hey jongen!
[verdachte] :[…]
Ik moet … even pakken.
NN2: Ok.
NN2: 56 500 toch?
[verdachte] : Ja toch?
NN2: Ja.
[verdachte] : Yes, effe kijken...
NN2: Alle twee?
[verdachte] : Nee, even kijken welke welke is ... Die andere jongen moet ik ook zo.
NN2: Die ander is er ook al dan?
[verdachte] : Jij hebt die 149 toch?
NN2: Nee, 56 500.
[…]
[verdachte] : Even kijken wat het is. Nou, dit is ehmm ... niet 650.
NN2: En dit? Beetje te groot!
[verdachte] : Dit zit er niet... kijken ...
[verdachte] : 15 ..... 20 .... Ja, dit ziet. .. 56 ok ...
[…]
[verdachte] : 149 [bijnaam 17] .
NN2: Ik denk dat die achter je staat man.
[verdachte] : Ah, dan ben jij ... Ik ben achter, ja toch? Ok, is goed, dan is deze voor jou.
NN2: Ok man. Thanks! [181]
Op 4 juni 2020 om 21:12 uur wordt gezien dat [verdachte] zijn auto tot stilstand brengt op de Bosduinstraat te Wuustwezel (België), waar een onbekende man (NN2) naar hem toegelopen komt. [182]
Op 5 juni 2020 heeft [verdachte] om 18.21 uur telefonisch contact met [medeverdachte 8] . [verdachte] zegt tegen [medeverdachte 8] dat hij ‘effe bankoe’ klaar moet zetten, waarop [medeverdachte 8] reageert dat het al klaar staat en dat hij de helft door de machine heeft gehaald. Vervolgens telt [medeverdachte 8] op tot 50 en zegt [verdachte] ‘oke akkoord’. [183] Om 18.41 uur treffen [verdachte] en [medeverdachte 8] elkaar. [medeverdachte 8] stapt in de Mitsubishi Grandis. Op aanwijzen van [verdachte] wordt de verborgen ruimte geopend. [184] [verdachte] rijdt vervolgens naar Leiden, naar een parkeerterrein op de Leidatoweg. [185] Hier treft hij om 19.21 uur een onbekende man (NN), tegen wie hij zegt ‘Kijk eens aan’, waarop de onbekende man hem bedankt. In de tussentijd is er geritsel van plastic te horen. Vervolgens nemen [verdachte] en de onbekende man afscheid. [186]
Op 6 juni 2020 rijdt [verdachte] in de Mitisbishi Grandis naar Rotterdam en voert een telefoongesprek met [medeverdachte 2] :
[verdachte] : Ik heb geld nodig( .. ) ik heb geld nodig( .. ) 68 ( .. ) Ha hey eh, je broer is weer
echt op geintjes. Ik moet naar ehhh Wuust ( .. ) ik moet naar [bijnaam 21] . Ik moet
daar spullen ophalen.( .. ) naja ik had nog 21 liggen, 21900 zoiets. Die heb ik
meegenomen. Hij zei pak de rest in Rotterdam en rijdt door naar België ...
[medeverdachte 2] : Dus wat wordt het?
[verdachte] : heb jij die papieren liggen of niet?
[medeverdachte 2] : ff kijken
[verdachte] : ( .. ) ik heb 21.900 al bij me .. ff kijken wat zei die .. ik moet hebben .. 25, 20, 14
en half en 30.405 ( .. ) wacht ik stuur het je door
[medeverdachte 2] : ( .. ) 180 euro
[verdachte] : ja .. nee .. dat tel ik ni j elkaar op ... wacht ik typ het naar je
[medeverdachte 2] : Ik denk dat ik het wel heb( .. ) 50 ruggen
[verdachte] : wat zeg je nou
[medeverdachte 2] : misschien is het net 50 K
[verdachte] : hoe gaan we deze pipo wakker krijgen?
[medeverdachte 2] : (niet te verstaan)
[verdachte] : ja, is goed ik bel je zo wel ciao
Vervolgens zijn geluiden van het verzenden van berichten op een mobiele telefoon en stapt [verdachte] even uit de auto. Als [verdachte] weer in de auto is belt hij met vermoedelijk [medeverdachte 8] en zegt:
‘reageert ie eindelijk is het opgelost zie ie je zit nog wel in die twee groepen toch met die zeg maar voor wat ik moet doen. Ik zeg ja, daar zit ik in dus ik zeg ga maar weer met een gerust hart weer slapen want hier had ik je alleen voor nodig. Zegt ie ja fuck man nu
heb je me al wakker gemaakt.” [187]
Aandeel [verdachte]
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat [verdachte] op 4 juni 2020 contant geld heeft opgehaald bij [medeverdachte 2] en vervolgens eerst € 56.500,- heeft afgeleverd aan een onbekende man en daarna € 149.000,- heeft afgeleverd aan ‘ [bijnaam 17] ’ in Wuustwezel (België). Dit heeft [verdachte] ook ter terechtzitting van 24 januari 2022 bekend. [verdachte] heeft verklaard dat hij niet wist of dit geldtransport verband hield met het transport cocaïne dat een dag eerder, op 3 juni 2020, van de Antwerpse haven naar Gooreind was gebracht. [verdachte] had wel gehoord over voornoemd cocaïnetransport, daarom sprak hij erover. Ten aanzien van het geldbedrag voerde hij simpelweg een opdracht uit. Er waren twee bedragen, die voor twee verschillende personen bestemd waren. [188] Verdachte heeft tevens bekend dat hij op 5 juni 2020 € 50.000,- heeft afgegeven aan iemand in Leiden. Hiervoor had hij het geld opgehaald bij [medeverdachte 8] in Amsterdam. De rechtbank acht dan ook wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] zich op 4 en 5 juni 2020 heeft schuldig gemaakt aan het witwassen van de tenlastegelegde bedragen van € 205.500,- en € 50.000,-.
Partiële vrijspraak
Ten aanzien van het witwassen van de ten laste gelegde € 90.000,- wordt [verdachte] vrijgesproken. Hoewel er – opgeteld - over een bedrag van € 90.000,- wordt gesproken, kan niet worden vastgesteld dat dit bedrag is overgedragen aan [verdachte] en dat dit bedrag door hem is vervoerd. [verdachte] heeft dit ter terechtzitting ook ontkend. Het voorhanden hebben van dit bedrag en eventuele opvolgende witwasgedragingen kan dan ook niet worden bewezen.
Betrokkenheid van medeverdachten bij zaaksdossier Liza 7.2
Het witwassen van de geldbedragen is naar het oordeel van de rechtbank in vereniging gepleegd. [verdachte] verrichtte de geldtransporten telkens in opdracht. Hij haalde het geld op bij [medeverdachte 2] of [medeverdachte 8] en leverde het vervolgens af aan andere personen.
Liza 9: geldtransporten tussen 16 mei 2020 en 1 juli 2020
Liza 9.2: 16 mei 2020
Op 16 mei 2020 om 3.22 uur begint [verdachte] met rijden in zijn Mitsubishi Grandis vanaf de Marnixstraat te Amsterdam. Er worden verschillende ritjes gemaakt en meerdere mensen ontmoet, voordat [verdachte] om 14.18 uur [medeverdachte 2] ontmoet. [medeverdachte 2] stapt bij [verdachte] in. [189] Na enige tijd te hebben gereden en te hebben gesproken, brengt [verdachte] de auto om 14.42 uur tot stilstand op de Rechthuislaan, ter hoogte van perceel [nummer] . [190]
[verdachte] en [medeverdachte 2] voeren een gesprek en dat luidt om 14.55 uur als volgt:
[verdachte] : Yo, whats what.
[medeverdachte 2] : Eh ga nog even doezoe boven pakken en dan .. dit is alvast voor jou
[verdachte] : Wat is dit.
[medeverdachte 2] : Dit is .. bovenste is 11, dit is 20.
[verdachte] : Dit is 11 en 20?
[medeverdachte 2] : Ja, dit is die 311, ga nu die 280 pakken hier om de hoek en die 5 pak ik van boven, die moet je aan [bijnaam 20] geven voor ze ....
[verdachte] : Is goed
[medeverdachte 2] : Yo!
Terwijl er getallen worden genoemd, zijn er geluiden te horen van ritselend papier. [191]
Om 15.01 uur opent de portier opnieuw en wordt het gesprek hervat:
[verdachte] : Dus hoeveel was dit nou?
[medeverdachte 2] : 31.
[verdachte] : dit is 31
[medeverdachte 2] : We gaan 280 halen.
[verdachte] : 280 .. Tweehonderdtachtig .. plus 31. Nee maar ik moet nog 5K erbij hebben.
[medeverdachte 2] : Ja, dat ga ik daar pakken
[verdachte] : Ooh oke,
[medeverdachte 2] : Anders geef je zo aan [bijnaam 20] , zo en dan die 311.
[verdachte] : Ja exact.. waar moeten we heen?
[medeverdachte 2] : Hier om de hoek. [192]
De Mitsubishi Grandis komt weer in beweging en staat tussen 15.01 uur en 15.04 uur stil op de Bellefleurhof te Rotterdam, ter hoogte van perceel 24. [193] Om 16.15 uur komt de Mitsubishi Grandis aan op de Hemonylaan te Amsterdam. [194] Hier zijn geluiden te horen van metaal over een rails schuift, alsmede van opengaande en sluitende portieren en gefrommel en geritsel. [195]
Om 18.30 stapt er een onbekende man (NN4) in de auto op de Van Suchtelen van de Haarestraat te Amsterdam, ter hoogte van de kruising met de Martini van Geffenstraat. [196] [verdachte] en hij hebben het volgende gesprek, terwijl er geluid van papiergeritsel te horen is, alsmede gerommel met luikjes:
[verdachte] : Hi man.
[…]
NN4: Tweehonderdvijfentwintig, ja?!
[verdachte] : Sorry/alstublieft. Hoeveel?
NN4: Twee .. honderd ... twin ... vijfentwintig.
[verdachte] : Oh oké. Aggghhh ... Ik dacht dat het vijfhonderd was, maar. Twee ... twee .. vijf, toch?
NN4: Twee ... twee ... vijf, ja. [197]
Aandeel [verdachte] Liza 9.2 t.a.v. 16 mei 2020
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat [verdachte] op 16 mei 2020 € 316.000,- van Rotterdam naar Amsterdam heeft gebracht en vervolgens € 225.000,- in Amsterdam in ontvangst heeft genomen en overgedragen. [verdachte] heeft dit ter terechtzitting van 24 januari 2022 ook bekend. [198] De hierboven aangehaalde OVC-gesprekken ondersteunen de ten laste gelegde geldbedragen. De rechtbank stelt vast dat ook in dit zaaksdossier verschillende witwastypologieën aan de orde zijn. Zo is er sprake van overdracht van een grote geldbedragen, de overdracht vindt plaats op de openbare weg en de overdracht wordt door een koerier verricht. Dit duidt erop dat er geen sprake is van een overdracht van legaal geld, maar van geld dat van misdrijf – naar alle waarschijnlijkheid de handel in cocaïne – afkomstig is en dat [verdachte] dit wist.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] zich op 16 juni 2020 aan witwassen van in totaal € 541.000,- heeft schuldig gemaakt.
Betrokkenheid van medeverdachten bij zaaksdossier Liza 9.2
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden, volgt dat [medeverdachte 2] nauw betrokken was bij de overdracht van de € 316.000,-. Het witwassen van dat geldbedrag is naar het oordeel van de rechtbank in vereniging gepleegd. [medeverdachte 2] was degene die het geld op de Rechthuislaan ophaalde en informatie kon geven over de samenstelling en waar het naartoe moest. Naar het oordeel van de rechtbank geldt dat echter niet voor de aan hem ten laste gelegde € 225.000,-.
Liza 9.3: 11 juni 2020
Op 11 juni 2020 stapt [medeverdachte 8] om 12.24 uur bij [verdachte] in de auto. Zij bevinden zich dan op de Graftermeerstraat ter hoogte van perceel [nummer] in Hoofddorp. [199] [medeverdachte 8] en [verdachte] hebben dan het volgende gesprek:
[verdachte] : Je gooi ze erin toch?
[medeverdachte 8] : Wacht effe hoor ..
[…]
[medeverdachte 8] : ik moet het even overpakken anders zitten er allemaal plastic tasjes.
[verdachte] : Je mag het ook los doen en dan gewoon dat plastic tasje erbij leggen. Alleen als je die 30 maar effe dan .. dan mag je het los doen.
[medeverdachte 8] : Ja wat denk jij. Weet je wat gek is.
[verdachte] : Nou?
[medeverdachte 8] : Dat ik dit minder kut vind, dan het zo naar jou brengen dan als jij het bij mij komt halen.
[verdachte] : Ja. En dat is omdat?
[medeverdachte 8] : Omdat het toch je huis is ofzo.
[verdachte] : Volgens mij is ie zo open. Hoorde iets klikken.
Vervolgens is er een doffe klap en een klikkend geluid te horen, alsmede geritsel van voorwerpen die in een galmende ruimte vallen en worden verschoven.
[verdachte] : Zit alles er al in? [200]
Om 19.25 uur spreken [medeverdachte 8] en [verdachte] elkaar aan de telefoon terwijl [medeverdachte 8] met een geldtelmachine bezig is. Ze bespreken onder meer het volgende:
[medeverdachte 8] : voor wat ik jou straks nog moet geven, die 60 .. die zit nog in die plastic ..
[verdachte] : oh ja is heel makkelijk, die ene is 64 half. Ik ga je zo precies zeggen wat je moet geven.
[medeverdachte 8] : ja 35 van deze af, dan 20 erbij en dan 500
[verdachte] : wacht effe .. ja wacht effe .. zeg ik dat goed .. je hebt 425 500 heb ik, dus 500 erbij maakt 426 .. eh .. 4 erbij is 30 .. dus 74 en half moet je pakken.
[medeverdachte 8] : wat zeg je nou?
[verdachte] : 74 half moet je pakken. Met andere woorden, een zo'n stapel van 20 moet je erbij pakken.
[medeverdachte 8] : ik dacht ik tel het voor de secuurigheid even na.
[verdachte] : ja precies, maar dat zit wel goed denk ik. [201]
Om 19.50 uur ontmoeten [verdachte] en [medeverdachte 8] elkaar ter hoogte van de Zaanstraat 88 te Amsterdam. [202] Ze hebben het volgende gesprek, terwijl er geluiden hoorbaar zijn die duiden op het openen van de verborgen ruimte:
[verdachte] : die bank even naar voren als je wilt.
[medeverdachte 8] : is nu 74 half heb ik nu bij me, dat zei je.
[verdachte] : 74 half plus en 425 .. 500 .. ja klopt dus .. 450 .. 500 .. ja klopt.
[…]
[medeverdachte 8] : het is .. 4000 vierhonderd tachtig.. want bij die andere een twintigje .. Ik ga niet heel…
[verdachte] : nee .. dan zit ernu nog 140 bij jou.
[medeverdachte 8] : dat heb ik niet geteld
[verdachte] : je hebt alleen 1 bundel van die andere gepakt en die andere tas is niet geteld dus er ligt nog 140. [203]
Aandeel [verdachte] Liza 9.3 t.a.v. 11 juni 2020
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat [verdachte] op 11 juni 2020 in totaal € 500.000,- in ontvangst heeft genomen van [medeverdachte 8] en dat dit in de verborgen ruimte is gestopt. [verdachte] heeft dit ter terechtzitting van 24 januari 2022 ook bekend. [verdachte] heeft verklaard dat er ergens een ‘stash’ met geld was waar hij geld ophaalde voordat hij het wegbracht. [verdachte] had geen zeggenschap over hoe het geld werd bewaard of waar het naartoe ging. Dat werd hem opgedragen. [204] De hierboven aangehaalde OVC-gesprekken ondersteunen het ten laste gelegde geldbedrag. De rechtbank stelt vast dat ook in dit zaaksdossier verschillende witwastypologieën aan de orde zijn. Zo is er sprake van overdracht van een grote geldbedragen, de overdracht vindt plaats op de openbare weg en de overdracht wordt door een koerier verricht. Dit duidt erop dat er geen sprake is van een overdracht van legaal geld, maar van geld dat van misdrijf – naar alle waarschijnlijkheid de handel in cocaïne – afkomstig is en dat [verdachte] dit wist.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] zich op 11 juni 2020 aan witwassen van in totaal € 500.000,- heeft schuldig gemaakt op gelijke wijze als hiervoor in de bespreking van zaaksdossier Liza 1.2. werd overwogen.
Betrokkenheid van andere verdachten bij zaaksdossier Liza 9.3
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden, volgt dat [medeverdachte 8] nauw betrokken was bij de overdracht van de € 500.000,- aan [verdachte] , nu hij het geld uit de stash heeft gehaald, heeft geteld en in de verborgen ruimte van de Mitsubishi Grandis heeft gestopt. Daarnaast lag er nog € 140.000,- in de ‘stash’ bij [medeverdachte 8] thuis. Het witwassen is naar het oordeel van de rechtbank in vereniging gepleegd.
Liza 9.4: 30 juni 2020
Op 30 juni 2020 om 11.24 uur stapt er een onbekende man (NN1) bij [verdachte] in de Mitsubishi Grandis. Zij bevinden zich dan op de Noordmeerstraat te Hoofddorp. [205] De onbekende man en [verdachte] voeren het volgende gesprek:
[verdachte] : Hey man hoe is het?
NN1: Goed man met jou? Thanks thanks
[verdachte] : Lekker lekker 14 he?
NN1: Yes 14 topper!
[verdachte] : Is goed man rustig aan he.
NN1: Yo! [206]
Op de camerabeelden van de Mitsubishi Grandis is omstreeks 15.16 uur te zien dat er een persoon in de Mitsubishi Grandis stapt met een rode bigshopper tas. De verborgen ruimte wordt geopend, waarna er spullen vanuit de Bigshopper, waaronder een donkerkleurige tas, in de verborgen ruimte worden geplaatst, waarna deze wordt gesloten. Omstreeks 15.54 uur wordt de verborgen ruimte geopend. Vervolgens wordt er een donkerkleurige vuilniszak uit de verborgen ruimte gehaald, waarna deze wordt gesloten en de persoon het voertuig met de tas verlaat. [207]
Om 17.55 uur stapt [medeverdachte 8] in bij [verdachte] en hebben zij het volgende gesprek:
[verdachte] : Nou is de erfenis verdeeld?
[medeverdachte 8] : Wat?
[verdachte] : Is de ergernis verdeeld?
[medeverdachte 8] : Niet zo groot hoor ... over erfenis gesproken is het veel?
[verdachte] : Vijf en een half
[medeverdachte 8] : Jezus Christus
[verdachte] : Dus valt wel mee
[medeverdachte 8] : Moet het vandaag geteld?
[verdachte] : Ja maar het is he ... het valt best mee, het viel me nog mee hoeveel het was.
[…]
[verdachte] : Het zit in 1 vuilniszak. [208]
Aandeel [verdachte] Liza 9.4 t.a.v. 30 juni 2020
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat [verdachte] op 30 juni 2020 eerst € 14.000,- aan een onbekende man in Hoofddorp heeft overgedragen en hij vervolgens € 550.000,- in ontvangst heeft genomen van een onbekende man, welk bedrag hij vervolgens aan [medeverdachte 8] overdraagt om het te tellen en te stashen. [verdachte] heeft dit ter terechtzitting van 24 januari 2022 ook bekend. Hij heeft verklaard dat hij meerdere keren geld in vuilniszakken heeft vervoerd. [209] De hierboven aangehaalde OVC-gesprekken ondersteunen de ten laste gelegde geldbedragen. De rechtbank stelt vast dat ook in dit zaaksdossier verschillende witwastypologieën aan de orde zijn. Zo is er sprake van overdracht van een grote geldbedragen, de overdracht vindt plaats op de openbare weg en de overdracht wordt door een koerier verricht. Dit duidt erop dat er geen sprake is van een overdracht van legaal geld, maar van geld dat van misdrijf – naar alle waarschijnlijkheid de handel in cocaïne – afkomstig is en dat [verdachte] dit wist.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] zich op 30 juni 2020 aan witwassen van in totaal € 564.000,- heeft schuldig gemaakt.
Betrokkenheid van anderen bij zaaksdossier Liza 9.4
Uit de genoemde bewijsmiddelen is niet op te maken in wiens opdracht [verdachte] de € 14.000,- heeft overgedragen aan de onbekende man. [verdachte] heeft verklaard dat hij in opdracht van anderen de geldtransporten verrichtte. Dit blijkt ook uit andere zaaksdossiers. Daarmee staat voor de rechtbank ook in deze zaak het medeplegen vast.
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden, volgt verder dat [medeverdachte 8] nauw betrokken was bij het witwassen van € 550.000,-, nu hij het geld kennelijk in ontvangst neemt om te stashen, hij het moet tellen en er ook een deel van apart moet leggen. De criminele herkomst van het geld is ook voor [medeverdachte 8] bekend. Het witwassen is naar het oordeel van de rechtbank in vereniging gepleegd.
Liza 9.5: 1 juli 2020
Op 1 juli 2020 staat de Mitsubishi Grandis om 7.33 uur geparkeerd op de [adres] . [210] [verdachte] voert vanaf 7.36 uur het volgende gesprek met [medeverdachte 8] :
[verdachte] : Je bent een topper!
[medeverdachte 8] : Voor jou zit, zat...
[medeverdachte 8] : Ja?
[verdachte] : Vijfenveertig (45).
[medeverdachte 8] : Ja dat klopt.
[verdachte] : Exclusief. Dus nu zit er nog vijfenveertig min twaalfvijftig ... Nu zit er vijfenveertig in?
[medeverdachte 8] : Nee … moet je drieendertig afhalen twaalfvijftig ... ja
[medeverdachte 8] : Losse plastic zakjes.
[verdachte] : Ja dat is goed.
[…]
[verdachte] :Vier zes zeven hè?
[medeverdachte 8] : Vier zes zeven, ik heb nog één zes zeven, vier.
[verdachte] : Ja dat zal wel. Ja dat is goed. Ik mag gaan trainen nu zo meteen. Weer naar de gym.
[medeverdachte 8] : inderdaad, makkelijk geteld
[verdachte] : Ja?
[medeverdachte 8] : Er zaten heel veel barki's bij
[verdachte] : Oh dat is wel top. Ja dacht ik al, was natuurlijk maar één zak, één vulleszak. [211]
Om 18.15 uur stapt een onbekende man (NN2) bij [verdachte] in de Mitsubishi Grandis [212] , die zich op dat moment op de Boylestraat te Oosterhout bevindt. [213] Zij bespreken met elkaar het volgende:
[verdachte] : Even kijken, ik heb nu eh ... vier zevenenzestig.
NN: vierzevenenzestig is goed. [214]
Aandeel [verdachte] Liza 9.5 t.a.v. 30 juni 2020
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden volgt dat [verdachte] op 1 juli 2020 in de ochtend € 467.000,- van [medeverdachte 8] in ontvangst heeft genomen, welk bedrag hij later aan een onbekende man heeft overgedragen. [verdachte] heeft dit ter terechtzitting van 24 januari 2022 ook bekend. [215] De hierboven aangehaalde OVC-gesprekken ondersteunen het ten laste gelegde geldbedrag. De rechtbank stelt vast dat ook in dit zaaksdossier verschillende witwastypologieën aan de orde zijn. Zo is er sprake van overdracht van een grote geldbedragen, de overdracht vindt plaats op de openbare weg en de overdracht wordt door een koerier verricht. Dit duidt erop dat er geen sprake is van een overdracht van legaal geld, maar van geld dat van misdrijf – naar alle waarschijnlijkheid de handel in cocaïne – afkomstig is en dat [verdachte] dit wist.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] zich op 1 juli 2020 aan witwassen van € 467.000,- heeft schuldig gemaakt.
Betrokkenheid van medeverdachten bij zaaksdossier Liza 9.5
Uit bovengenoemde feiten en omstandigheden, volgt dat [medeverdachte 8] nauw betrokken was bij het witwassen van € 467.000,-, nu hij het geld uit de stash heeft gehaald, het geldbedrag heeft geteld en het aan [verdachte] heeft gegeven zodat hij het kon overdragen. De criminele herkomst van het geld is ook voor [medeverdachte 8] bekend. Het witwassen is naar het oordeel van de rechtbank in vereniging gepleegd.
Gewoonte
De rechtbank is van oordeel dat er sprake is geweest van een zodanige duur en frequentie van de door verdachte en zijn mededaders gepleegde witwashandelingen dat er sprake is geweest van gewoontewitwassen.
6.3.2.3. De organisatie (feit 1)
Inleiding
In het onderzoek Cherokee is aan elk van de verdachten naast een aantal concrete delicten, overtreding van artikel 140 Sr en/of artikel 11b van de Opiumwet ten laste gelegd: de deelneming aan een criminele organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven (al dan niet uit de Opiumwet), waarbij de organisatie wordt gevormd door de elf verdachten die in dit onderzoek terecht staan. Om tot bewezenverklaring van dit feit te komen, dient de rechtbank te beoordelen of er sprake was van een criminele organisatie en, zo ja, of bewezen kan worden dat verdachte aan deze organisatie heeft deelgenomen.
De rechtbank vindt bewezen dat verdachte heeft deelgenomen aan een criminele organisatie die tot doel had het plegen van misdrijven, te weten de invoer en handel in cocaïne en witwassen. De rechtbank verwijst naar de reeds aangehaalde bewijsmiddelen ten behoeve van de intensieve samenwerking, de werkwijze en de gevoerde communicatie. De rechtbank is van oordeel dat verdachte als koerier een uitvoerende rol vervulde binnen de organisatie. Ook gaf hij zo nu en dan instructies aan anderen, zoals [medeverdachte 10] en [medeverdachte 8] . In die hoedanigheid heeft hij deelgenomen aan het CSV, zoals hieronder uiteengezet. Na het bespreken van het juridisch kader, worden de organisatie, zijn rol en die van de medeverdachten besproken.
De rechtbank stelt voorop dat zij zich bij de bewijswaardering van het tenlastegelegde deelnemen aan een criminele organisatie beperkt tot de inhoud van zaaksdossier CSV, de daarin specifiek genoemde zaaksdossiers die niet zien op de tenlastelegging en de zaaksdossiers die zien op de overige in de tenlastelegging genoemde feiten. Daarvoor is van belang dat het OM heeft aangegeven dat de verdediging zich bij de uitleg van de tenlastelegging bij dit feit moest concentreren op het zaaksdossier CSV en de rolbeschrijving per deelnemer in het relaas van dit zaaksdossier. De behandeling op zitting en het voorhouden van de inhoud van het dossier heeft ook in lijn met deze uitleg van de tenlastelegging plaatsgevonden.
Juridisch kader
Aan deelneming van een criminele organisatie, als bedoeld in artikel 140 Sr, kan slechts sprake zijn in het geval verdachte behoort tot het samenwerkingsverband en een aandeel heeft in de gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het in dat artikel bedoelde oogmerk. [216]
Bij de beoordeling of er sprake is van een crimineel samenwerkingsverband, moet worden vastgesteld dat er sprake is van een gestructureerd en duurzaam samenwerkingsverband van twee of meer personen met een bepaalde organisatiegraad, zoals een hiërarchische structuur en een duidelijke rolverdeling die aansluit bij de specifieke expertise van de verschillende personen. Hierbij is niet vereist dat de verdachte heeft samengewerkt of bekend was met alle andere personen die deel uitmaken van de organisatie of dat het samenwerkingsverband steeds hetzelfde is. Van deelneming aan het samenwerkingsverband is sprake indien de verdachte daartoe behoort en een aandeel heeft in gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het oogmerk van de organisatie. Daarbij dient de verdachte in zijn algemeenheid te weten dat de organisatie tot oogmerk heeft het plegen van de betreffende misdrijven van de Opiumwet en (gewoonte)witwassen. Hierbij moet sprake zijn van onvoorwaardelijk opzet. Als uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte heeft bijgedragen aan de verwezenlijking van het doel van de organisatie of een aan die organisatie ondersteunende handeling heeft verricht, dan volgt daaruit zijn wetenschap van dat doel.
Het oogmerk van de organisatie
Uit de onder feiten 2 en 3 aangehaalde feiten en omstandigheden volgt genoegzaam dat meerdere verdachten zich bezig hielden met de import en handel in cocaïne en witwassen. Handel in cocaïne op deze schaal kan ook alleen bestaan als daar een succesvol crimineel samenwerkingsverband achter zit. Deze handel is zeer lucratief en er gaat veel geld in om. Dit blijkt ook uit de vele witwasactiviteiten die in dit onderzoek aan het licht zijn gekomen. [217]
De zaaksdossiers Liza 1, Liza 2, Liza 4, Liza 7.2, Liza 8 en Liza 9 en het zaaksdossier witwassen, zijn in dit vonnis – ten aanzien van [verdachte] strafrechtelijke betrokkenheid – al uitgebreid besproken. Ook de zaaksdossiers Liza 3 en 5 en een elftal overige transporten en overdrachten zijn ter zitting bij bespreking van het zaaksdossier CSV [218] aan bod gekomen. Weliswaar is verdachte voor deze zaken niet specifiek vervolgd, maar uit de feitenrelazen komt wel de rol van [verdachte] binnen de criminele organisatie naar voren. Om het oogmerk van de organisatie verder te onderschrijven, zal de rechtbank in deze rubriek enkel de zaaksdossiers bespreken die naast de overige hiervoor besproken zaakdsossiers in het kader van het CSV in zaaksdossier CSV zijn opgenomen.
De mate van professionaliteit en georganiseerdheid van het CSV
Voor het realiseren van succesvolle, grootschalige drugshandel is een intensieve samenwerking tussen verschillende personen noodzakelijk, vanaf de productie tot het moment dat het bij de eindgebruiker terecht komt. Voor bepaalde werkzaamheden zijn specialistische kennis en vaardigheden vereist. Een intensieve samenwerking draagt bij aan het duurzame karakter van een CSV, evenals aan de vereiste vertrouwensband. Zo ook in het onderzoek Cherokee.
Van die specialistische kennis was in dit onderzoek sprake, doordat het CSV over leden beschikte die dienstbaar waren aan de organisatie uit hoofde van hun beroep of bedrijf. Zo was [medeverdachte 5] het contact bij havenbedrijf Hapag Lloyd, kon [medeverdachte 6] transporten verrichten met zijn bedrijf [naam bedrijf] en werd [medeverdachte 1] ingezet om verdiensten wit te wassen, dan wel het wagenpark aan te wenden bij criminele activiteiten.
Binnen de organisatie zijn er ook verschillende aspecten die duiden op afscherming van de verrichtte activiteiten. Ze onderschrijven het professionele niveau waarop de organisatie opereerde. Zo werd er veelvuldig gebruikt gemaakt van PGP-telefoons om afgeschermd te kunnen communiceren. Dit blijkt uit de vele Sky ECC gesprekken die ten aanzien van diverse zaaksdossiers zijn gebruikt als bewijs. Leden van de organisatie werden zelden bij hun eigen namen genoemd. Bijnamen (‘ [bijnaam 2] ’ of ‘( [bijnaam 3] ) [bijnaam 4] ’ voor [medeverdachte 3] [219] , ‘ [bijnaam 6] ’ voor [medeverdachte 6] [220] , ‘ [bijnaam 25] ’ voor [medeverdachte 9] [221] , ‘ [bijnaam 26] voor [verdachte] [222] en ‘ [bijnaam 27] ’ voor [medeverdachte 4] ) zijn hier enkele voorbeelden van. Bij de geld- en drugstransporten werd gebruik gemaakt van voertuigen waarin verborgen ruimtes (‘stash’) waren aangebracht: in de zaaksdossier Liza werd veelvuldig gebruik gemaakt van de Mitsubishi Grandis die bij [verdachte] in gebruik was. In zaaksdossier Movano ging het om een Opel Movano, die daarnaast was voorzien van valse nummerplaten. Tot slot werden er ten behoeve van de cocaïnetransporten containers gekloond en werden er lege containers in de haven gebruikt voor het overladen van partijen. [223] [224]
De organisatie is lange tijd actief geweest. Vanaf de start van de handelingen die hebben geleid tot het zaaksdossier Burro werden in wisselende samenstelling criminele activiteiten gepleegd. De rechtbank acht het aannemelijk dat het CSV al langere tijd actief was, gelet op de intensieve voorbereiding die gepaard gaat met de planning van de invoer van 4.200 kilo cocaïne. Ook is het bedrijf [medeverdachte 1] , dat werd gebruikt voor het witwassen van de verdiensten uit de cocaïnehandel, al in januari 2018 opgericht met behulp van een frauduleuze lening door [medeverdachte 3] .
Binnen de organisatie was er sprake van een bepaalde structuur en werden er verschillende rollen vervuld. Er was sprake van een hiërarchie. De hiërarchische verhouding wordt ook duidelijk door dat er binnen het CSV over promotiekansen werd gesproken: [medeverdachte 4] spreekt op 1 augustus 2020 binnen een Sky-chatgroep over militaire rangen en geeft aan wat zijn verwachtingen zijn van de personen onder hem. [225]
Rol van [verdachte]
was een van de koeriers binnen het CSV die grote hoeveelheden verdovende middelen en geldbedragen vervoerde in zijn Mitsubishi Grandis met verborgen ruimte. Verdachte heeft deze auto niet zelf aangeschaft maar van anderen gekregen, waarbij hij toen al vermoedde dat het niet klopte. De rechtbank gaat er – in het licht van de rest van het dossier – vanuit dat [verdachte] de auto heeft gekregen – en in ontvangst heeft genomen – om daar geld en drugs mee te vervoeren. Uit de stukken blijkt dat deze auto op 28 augustus 2019 op zijn naam is komen te staan. De rechtbank neemt die datum aan als startdatum voor zijn deelname aan de criminele organisatie. [226] werkte veelal in opdracht van [medeverdachte 3] en gaf zelf instructies aan [medeverdachte 8] over bedragen die geteld en/of klaargelegd moesten worden. Ook heeft hij als recruiter voor het CSV gefungeerd, door [medeverdachte 10] te vragen zijn collega te worden. [227] Hij stond middels zijn PGP-telefoon in contact met leden van het CSV, waaronder [medeverdachte 3] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 10] en [medeverdachte 8] . Ook verstrekte hij een PGP-toestel aan [medeverdachte 10] en [medeverdachte 8] . [228]
Het CSV bestaat echter uit meerdere personen, van wie uit het dossier niet zonder meer is gebleken dat [verdachte] ook met hen direct contact had. Dit betreffen [medeverdachte 9] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 5] en [medeverdachte 1] . Deze verdachten hadden wel weer direct contact met [medeverdachte 3] dan wel [medeverdachte 2] en kunnen ook worden aangemerkt als deelnemers van het CSV. De verschillende rollen zullen hieronder aan bod komen.
[medeverdachte 3]
De organisatie werd geleid door [medeverdachte 3] , onder wiens vleugels verschillende personen, in wisselende samenstellingen, samenwerkten en zich inzetten voor de handel in cocaïne en het witwassen van de geldbedragen die daarmee gemoeid gaan. [medeverdachte 3] vormt een constante factor in het CSV en wordt gezien als de spil van de organisatie. Uit de verschillende zaaksdossiers blijkt dat hij bepaalde wie er met de criminele activiteiten meededen en gaf hij opdrachten aan de verschillende deelnemers van het CSV. [medeverdachte 3] beschikte over de specifieke informatie over de schepen waarmee de containers met cocaïne werden vervoerd en alwaar er moest worden uitgehaald. Ook ging [medeverdachte 3] over de betalingen en was hij feitelijk leidinggever van [medeverdachte 1] via welk bedrijf geld werd witgewassen. [229]
[medeverdachte 2]
, de halfbroer van [medeverdachte 3] , fungeerde als zijn rechterhand. Hij vervulde – al dan niet in opdracht van [medeverdachte 3] – een rol van coördinator en facilitator binnen het CSV: hij gaf opdrachten aan uithalers en voorzag hen van de nodige informatie. Doordat [medeverdachte 2] een opleiding Havenlogistiek heeft gevolgd, beschikte hij over de nodige kennis over de haven en de logistieke processen. Ook beheerde hij in opdracht van [medeverdachte 3] het geld; op die manier kwam hem ook de taak van penningmeester toe. Hij hield de balans bij en zorgde ervoor dat de leden van het CSV allen hun geld kregen. [medeverdachte 2] is formeel eigenaar van [medeverdachte 1] , het bedrijf dat werd ingezet om contante inkomsten uit de cocaïnehandel wit te wassen. Ook werd het bedrijfspand meermaals gebruikt voor het (over)laden van cocaïne of het stallen van voertuigen (Movano). In de Movano werden naderhand 652 blokken cocaïne in sporttassen aangetroffen [230] , met een totaalgewicht van 676,9 kilo. [231] [232] .Door verschillende leden van het het CSV werden auto’s van [medeverdachte 1] gebruikt, ook bij criminele activiteiten van het CSV. [233]
[medeverdachte 1]
De rechtspersoon [medeverdachte 1] werd gebruikt om contante geldbedragen wit te wassen. Het bedrijf werd gerund door mensen die zich bezig houden met handel in cocaïne ( [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] ). Het geld dat met de handel in cocaïne werd verdiend, werden door het bedrijf als huuropbrengsten gepresenteerd. De auto’s van [medeverdachte 1] werden door verschillende leden van het CSV gebruikt. In het bedrijfspand van [medeverdachte 1] werd tot slot een voertuig gestald met verborgen ruimte (Movano).
[medeverdachte 5]
vervulde een cruciale rol binnen het CSV, nu hij als medewerker van een rederij in de Rotterdamse haven (Hapag Lloyd) de organisatie van informatie over containers kon voorzien. Hij was het corrupte contact in de haven dat containers kon traceren en vrijgeven vanwege de autorisaties die hij uit hoofde van zijn functie bezat. [medeverdachte 5] heeft dezelfde opleiding genoten als [medeverdachte 2] : Havenlogistiek. [medeverdachte 2] en [medeverdachte 5] zaten bij elkaar in de klas. Ook werd een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) op zijn naam aangetroffen in de woning van [medeverdachte 2] . [234] had met verschillende mensen binnen het CSV contact. Hij werd onder meer aangestuurd door [medeverdachte 3] en ‘ [bijnaam 9] ’. Ook beschikte hij over een groot contant geldbedrag. [medeverdachte 5] moet wetenschap hebben gehad van de criminele activiteiten waar hij aan bijdroeg. [235]
[medeverdachte 9]
Alhoewel [medeverdachte 9] van een aantal aan hem verweten feiten is vrijgesproken, blijkt uit het geheel wel dat hij voor het CSV werkzaamheden verrichtte. Zo regelde hij een busje voor de organisatie: de Opel Movano (zaaksdossier Movano) stond op zijn naam. Blijkens het zaaksdossier Breeweg verrichtte hij uitvoerende handelingen. [236] Ook regelde hij spullen voor uithalers. Hij bevond zich herhaaldelijk in de omgeving van waar een uithaal plaatsvond en hij stond in contact met [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] . Door verschillende mensen uit het CSV wordt er over hem (‘ [bijnaam 25] ’/‘ [bijnaam 28] ’) gesproken. [237] Hij stond daarnaast ook nog op de balans (de zogenaamde boekhouding) van het CSV in één van de notities uit de telefoon van [medeverdachte 2] . [238]
[medeverdachte 6]
verrichtte uitvoerende handelingen voor de organisatie als transporteur binnen het CSV. Hierbij werd gebruik gemaakt van zijn transportbedrijf [naam bedrijf] . Hij stelde zijn bedrijfsterrein aan de Oostdijk ter beschikking voor het overladen van een lading cocaïne uit een container. [medeverdachte 6] wist van de hoed en de rand; hij was zich bewust van de criminele activiteiten waar hij aan meewerkte. [239] Hij stond op de balans (de zogenaamde boekhouding) van het CSV in één van de notities uit de telefoon van [medeverdachte 2] . [240] heeft via Sky ECC contact met de grote jongens van de organisatie. Hij wordt [bijnaam 6] genoemd. [241] [242]
[medeverdachte 4]
was een coördinator binnen het CSV. Hij stuurde groepen uithalers aan in zaaksdossiers Burro en Marilion en hij maakte zich schuldig aan witwassen. Nadat de uithalers inzake Burro zijn aangehouden, heeft hij via stromannen geregeld dat er geld werd gestort op hun gevangenisrekeningen. [medeverdachte 4] onderhield contact via PGP-telefoons met andere leden van de organisatie. Hij stuurt niet alleen berichten die zien op het aansturen van uithalers, maar ook spreekt hij in groepschats over promotiekansen [243] en over het verlies van een sterrenteam en dat ze ervoor moeten zorgen dat hun broers en hun families niets tekort komen. [244]
[medeverdachte 10]
was beveiliger of begeleider van cocaïnetransporten, waarbij hij veelvuldig samenwerkte met [verdachte] . Hij fungeerde als ‘het oog’. Binnen criminele organisaties worden beveiligers ingezet bij transporten om contra observaties te verrichten ter bescherming van zichzelf tegen politie en ripdeals van concurrenten. Hij heeft zelf ook als koerier met cash rondgereden, waarbij hij ook gebruik heeft gemaakt van de Mitsubishi Grandis van [verdachte] . [245]
[medeverdachte 8]
was verantwoordelijk voor het opslaan, tellen, bundelen en verpakken van grote, contante geldbedragen. Hij was in het bezit van geldtelmachines en een Sky-telefoon. Door de geldstash van de organisatie te beheren wist [medeverdachte 8] van de criminele activiteiten waar de organisatie zich mee bezig hield. [246] Dit blijkt ook uit de vele OVC-gesprekken met [verdachte] . Ook kwam [medeverdachte 8] voor op de balans (de zogenaamde boekhouding) van het CSV in één van de notities uit de telefoon van [medeverdachte 2] . [247]
[medeverdachte 7]
Niet bewezen kan worden dat [medeverdachte 7] deel uitmaakte van het CSV. Hij stelde eenmalig zijn huis ter beschikking ( [adres] ) voor het opslaan en verder overdragen van een partij cocaïne. Hoewel dit faciliterend is aan het CSV, is een eenmalige actie niet voldoende om hem als deelnemer van het CSV aan te merken: niet kan worden vastgesteld dat er sprake is van een structurele en duurzame deelname aan de organisatie. Hoewel de politie met betrekking tot zaaksdossier 15/16 september verbaliseert dat er op 16 september 2020 vermoedelijk cocaïne is afgeleverd bij de woning van [medeverdachte 7] aan de [adres] , ziet de rechtbank daarvoor onvoldoende bewijs. Op basis van het dossier kan niet worden bewezen dat [medeverdachte 7] ook op die datum zijn huis als stashplek ter beschikking heeft gesteld.
Onderhavige zaak – aandeel [verdachte]
Uit de feiten en omstandigheden zoals hierboven vastgesteld met betrekking tot de zaaksdossiers Liza 1, Liza 2, Liza 4, Liza 7.2, Liza 8 en Liza 9 en het zaaksdossier witwassen volgt dat [verdachte] veelvuldig als koerier fungeerde, door met zijn Mitsubishi Grandis grote hoeveelheden cocaïne en contant geld – verstopt in een verborgen ruimte – te vervoeren. Hiermee heeft hij zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van de handel in cocaïne en aan gewoontewitwassen. De rechtbank is op basis van de eerder genoemde feiten en omstandigheden van oordeel dat ook kan worden bewezen dat verdachte met het verrichten van deze transporten, en met het leveren van Sky ECC toestellen, heeft deelgenomen aan het CSV en dat hij daarbinnen een cruciale rol vervulde. [verdachte] wist van het oogmerk van de organisatie en heeft elke keer een strafbare bijdrage geleverd.
Conclusie
De rechtbank stelt op basis van het dossier vast dat er, in samenhang en onderling verband bezien, tussen 29 januari 2018 (de oprichting van [medeverdachte 1] ) en 23 november 2020 sprake was van een duurzaam en gestructureerd samenwerkingsverband, bestaande uit twee of meer personen, die tot oogmerk had het plegen van misdrijven.
Het bestaan van die criminele organisatie, het oogmerk daarvan en het bestaan van een zekere rolverdeling tussen de deelnemers is hierboven uiteengezet. De deelnemers werkten in wisselende samenstelling, al dan niet gedurende de hele periode, met elkaar samen.
[verdachte] heeft in ieder geval vanaf 28 augustus 2019 (de datum waarop hij kentekenhouder werd van de Mitsubishi Grandis), [248] heeft deelgenomen aan een criminele organisatie met als oogmerk het plegen van misdrijven in de zin van artikel 2 van de Opiumwet en (gewoonte)witwassen. Er heeft tussen [verdachte] en onder meer [medeverdachte 3] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 5] , [medeverdachte 6] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 10] en [medeverdachte 1] een samenwerkingsverband bestaan (al dan niet gedurende de hele periode) met een zekere duurzaamheid en structuur, gericht op de internationale handel in verdovende middelen. Met name de vele Sky ECC berichten in het dossier onderschrijven dit.
Partiële vrijspraak
De rechtbank acht op basis van het dossier onvoldoende bewezen dat [medeverdachte 7] een rol vervulde binnen het CSV. Het eenmalig ‘stashen’ van cocaïne is hiervoor onvoldoende. [verdachte] wordt voor dit gedeelte van de tenlastelegging vrijgesproken.
De rechtbank acht op basis van het dossier onvoldoende bewezen dat het CSV ook strafbare handelingen heeft verricht in Espoo, Finland. Verdachte wordt voor dit gedeelte van de tenlastelegging vrijgesproken.

7.Bewezenverklaring

De rechtbank acht op grond van de in rubriek 6 vervatte bewijsmiddelen bewezen dat [verdachte]
1.
in de periode van 28 augustus 2019 tot en met 24 november 2020 in Nederland, en België, en Duitsland, heeft deelgenomen aan een organisatie, te weten een samenwerkingsverband met natuurlijke personen en rechtspersonen, te weten onder meer:
  • [medeverdachte 2] en
  • [medeverdachte 3] en
  • [medeverdachte 8] en
  • [medeverdachte 4] en
  • [medeverdachte 5] en
  • [medeverdachte 6] en
  • [medeverdachte 9] en
  • [medeverdachte 10] en
  • [medeverdachte 1] ,
welke organisatie tot oogmerk had het plegen van een of meer misdrijven, te weten misdrijven als bedoeld in artikel 10 Opiumwet en artikel 420bis en 420ter Wetboek van Strafrecht;
en
in de periode van 28 augustus 2019 tot en met 24 november 2020, in Nederland, in België, en in Duitsland, heeft deelgenomen aan een organisatie, te weten een samenwerkingsverband met natuurlijke personen en/of rechtspersonen, te weten onder meer:
  • [medeverdachte 2] en
  • [medeverdachte 3] en
  • [medeverdachte 8] en
  • [medeverdachte 4] en
  • [medeverdachte 5] en
  • [medeverdachte 6] en
  • [medeverdachte 9] en
  • [medeverdachte 10] en
  • [medeverdachte 1] ,
welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven als bedoeld in artikel 10 Opiumwet;
2.
in de periode van 18 mei 2020 tot en met 24 november 2020, in Nederland en België, tezamen en in vereniging met anderen, telkens binnen het grondgebied van Nederland heeft/hebben gebracht, zulks al dan niet op een wijze zoals bedoeld in artikel 1 van de Opiumwet en/of opzettelijk heeft/hebben afgeleverd en vervoerd, althans opzettelijk aanwezig heeft/hebben gehad
  • 75 blokken cocaïne (zaakdossier Liza 1) en
  • 148 blokken cocaïne, althans tweemaal 74 blokken cocaïne (zaakdossier Liza 2) en
  • 56 blokken cocaïne (zaakdossier Liza 4) en
  • 75 kilogram cocaïne en 36 kilogram cocaïne en 75 kilogram cocaïne (zaakdossier Liza 7.2) en
  • 90 pakketten cocaïne (zaakdossier Liza 8)
althans telkens een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, althans telkens een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
3.
in de periode van 3 april 2020 tot en met 24 november 2020, in Nederland en in België, tezamen en in vereniging met een anderen, althans alleen, telkens voorwerpen, te weten geldbedragen, te weten:
  • ongeveer 3.001.000,- euro en/of 529.000,- euro (zaakdossier witwassen [medeverdachte 2] [medeverdachte 3] [medeverdachte 1] ) en
  • 375.000,- euro en 6.100,- euro en2.500,- euro (zaakdossier Liza 1) en
  • ongeveer 25.000,- euro (zaakdossier Liza 2) en
  • ongeveer 205.500,- euro enof ongeveer 50.000,- euro (zaakdossier Liza 7.2) en
  • ongeveer 316.000,- euro enongeveer 225.000,- euro (zaakdossier Liza 9, 16 mei 2020), en
  • ongeveer 500.000,- euro (zaakdossier Liza 9, 11 juni 2020), en
  • ongeveer 14.000,- euro en ongeveer 550.000,- euro (zaakdossier Liza 9, 30 juni 2020), en
  • ongeveer 700.000,- euro enongeveer 467.000,- euro (zaakdossier Liza 9, 1 juli 2020),
heeft/hebben voorhanden gehad, overgedragen entelkens de herkomst en/of de vindplaats en/of de verplaatsing heeft/hebben verborgen en/of verhuld, terwijl hij, verdachte, telkens wist, dat die voorwerpen - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf, en verdachte, tezamen en in vereniging met zijn mededaders, van het plegen van dit feit een gewoonte heeft/hebben gemaakt.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

8.De strafbaarheid van de feiten

De bewezen geachte feiten zijn volgens de wet strafbaar. Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.

9.De strafbaarheid van verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. [verdachte] is dan ook strafbaar.

10.Motivering van de straffen en maatregelen

10.1.
De eis van de officieren van justitie
De officieren van justitie hebben gevorderd dat [verdachte] voor de door hen bewezen geachte feiten zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 (zes) jaren, met aftrek van voorarrest en een geldboete van € 25.000,- (vijfentwintigduizend euro). Daarnaast hebben zij gevorderd dat de schorsing van de voorlopige hechtenis wordt opgeheven.
10.2.
Het strafmaatverweer van de verdediging
De raadsvrouw van [verdachte] heeft de rechtbank verzocht een aanzienlijk lagere straf op te leggen dan is geëist en een concreet strafvoorstel gedaan van een gevangenisstraf van 4 (vier) jaren, waarvan 2 (twee) jaren voorwaardelijk, gecombineerd met een geldboete van € 75.000,- (vijfenzeventigduizend euro). Zij heeft hierbij deels aansluiting gezocht bij volgens haar vergelijkbare uitspraken en aandacht gevraagd voor de beperkte rol van [verdachte] , namelijk die van koerier. De raadsvrouw heeft de rechtbank verder verzocht om bij de straftoemeting in sterke mate rekening te houden met diverse persoonlijke factoren, waaronder de gedetailleerde, bekennende verklaring van [verdachte] . Bekennen betekent moed vinden, verantwoordelijkheid nemen en het afstand doen van een bepaalde levensstijl, van geld, roem en vrienden. De raadsvrouw heeft de rechtbank gevraagd een signaal af te geven aan verdachten in dit soort strafzaken, namelijk dat het erkennen van fouten loont. Hiermee zou een kentering in het huidige strafrechtklimaat, dat zich kenmerkt door een zwijgcultuur, gerealiseerd kunnen worden. Verder heeft de raadsvrouw aandacht gevraagd voor de grote impact die een lange gevangenisstraf zal hebben op zijn (jonge) gezin en zijn goedbetaalde, vaste fulltime baan.
Tot slot heeft de raadsvrouw de rechtbank verzocht het (geschorste) bevel tot gevangenhouding op te heffen, zodat [verdachte] een eventuele uitspraak in hoger beroep in vrijheid kan afwachten, dan wel dat hij zelf in de hand heeft wanneer hij een strafrestant gaat uitzitten.
10.3.
Het oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
Ernst van de feiten
[verdachte] heeft zich gedurende een periode van ruim een jaar tot aan zijn aanhouding in georganiseerd verband bezig gehouden met (internationale) handel in cocaïne en witwassen. De organisatie beschikte over zeer grote partijen cocaïne en geldbedragen. Elke deelnemer had een eigen rol binnen het CSV; [verdachte] fungeerde veelvuldig als koerier van zowel cocaïne als geld. In totaal heeft hij ruim zeshonderd kilo cocaïne ingevoerd dan wel vervoerd en ongeveer zeven miljoen euro vervoerd in de verborgen ruimte van zijn Mitsubishi Grandis.
Wanneer een professionele drugsorganisatie op deze schaal opereert, gaat dat gepaard met een ernstige en ontoelaatbare inbreuk op de rechtsorde, waarin boven- en onderwereld met elkaar worden verweven. Het heeft een ontwrichtend effect op de samenleving op het gebied van gezondheid en welzijn, maar ook op het financiële stelsel. Het gebruik van verdovende middelen is namelijk niet alleen schadelijk voor de gezondheid van de gebruikers ervan, maar gaat ook gepaard met diverse vormen van (zware) criminaliteit, met veel geweld, schade en overlast in de samenleving als gevolg. Daarnaast zorgt witwassen voor ontwrichting van het economische en financiële verkeer, doordat de criminele herkomst van gelden wordt verhuld. De vermenging van illegale- en legale geldstromen brengt ernstige schade toe aan de economie.
Hoewel de kaarten voor [verdachte] reeds gunstig leken te zijn geschud – hij beschikte over een goede baan en een koopwoning en had geen crimineel verleden – heeft hij zich laten verleiden door het grote en snelle geld dat in het criminele circuit te verdienen valt. Hiermee heeft hij zich laten leiden door financieel gewin. Hij heeft bijgedragen aan de vermenging van boven- en onderwereld. Dit rekent de rechtbank hem aan.
De persoon van verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op het Uittreksel Justitiële Documentatie (het strafblad) van [verdachte] van 10 februari 2022. Hieruit blijkt dat verdache niet eerder met justitie in aanraking is geweest. Verdachte heeft tijdens de schorsing van de voorlopige hechtenis opnieuw een goede baan weten te bemachtigen en draagt zorg voor zijn jonge gezin, dat met de geboorte van zijn zoon in april 2022 is uitgebreid. Verdachte heeft in november 2022 een eigen onderneming opgericht met twee compagnons. Daarnaast is hij voornemens om zijn eigen ervaringen te benutten om jongeren ervan te weerhouden zich te laten verleiden door criminaliteit en snel geld en ex-gedetineerden op weg te helpen op de arbeidsmarkt. Dit maakt echter niet dat een gevangenisstraf van korte duur – al dan niet gelijk aan de duur van de voorlopige hechtenis – volstaat. De feiten waaraan [verdachte] zich samen met anderen schuldig heeft gemaakt zijn daarvoor te ernstig en hebben een grote impact op de maatschappij. Verdachte heeft daarbij een wezenlijke rol vervuld en genoot kennelijk een groot vertrouwen van de overige leden van het CSV. Een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van langere duur is dan ook op zijn plaats, uit oogpunt van vergelding en ter bevestiging van de norm, als voorbeeld ook voor anderen.
De rechtbank houdt bij de straftoemeting rekening met de proceshouding van [verdachte] . Hij heeft in eerste instantie en gedurende langere tijd gezwegen, maar heeft uiteindelijk tijdens de inhoudelijke behandeling openheid van zaken gegeven en spijt betuigd. Hiermee heeft hij zijn verantwoordelijkheid genomen. De rechtbank neemt hierbij wel in overweging dat [verdachte] alleen datgene heeft bekend waar hij, na afronding van het opsporingsonderzoek, ook niet meer onderuit kon. Ook heeft hij tot het moment van zijn aanhouding activiteiten verricht voor het CSV en is hij niet eerder uit zichzelf gestopt. Omdat verdachte wel enige openheid van zaken heeft gegeven, zijn spijtbetuiging op de rechtbank authentiek overkomt en de rechtbank herkent dat in het milieu veel vaker gezwegen wordt dan dat de stap wordt gezet om te verklaren, zal de rechtbank een lagere gevangenisstraf opleggen dan anders het geval was geweest.
De straf
De rechtbank heeft bij het bepalen van de duur van de gevangenisstraf de oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS) als uitgangspunt genomen. Voor in- en uitvoer van harddrugs van twintig kilo of meer in geörganiseerd verband wordt al uitgegaan van een gevangenisstraf van 72 maanden. Voor honderden kilo’s, zoals in deze zaak aan de orde, bestaat geen oriëntatiepunt. Ten aanzien van het witwassen heeft de rechtbank aansluiting gezocht bij de oriëntatiepunten voor fraude, die bij een benadelingsbedrag vanaf € 1.000.000,- uitkomen op een gevangenisstraf van 24 maanden. Voor deelname aan een criminele organisatie bestaat geen oriëntatiepunt. Daarnaast heeft de rechtbank gekeken naar straffen die in vergelijkbare zaken zijn opgelegd en naar de rollen en de proceshouding van de medeverdachten in het onderzoek Cherokee. Hoewel het handelen van verdachte een dusdanig ondermijnend karakter heeft dat er in beginsel reden is voor het opleggen van een gevangenisstraf van nog langere duur, heeft verdachte binnen de organisatie geen leidinggevende, maar een uitvoerende rol vervuld. Daarnaast heeft hij openheid van zaken gegeven en is hij niet eerder veroordeeld. Alles overwegend acht de rechtbank een gevangenisstraf van vijf jaren, met aftrek van voorarrest, passend en geboden.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de veroordeelde in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.
De rechtbank volstaat in het kader van de straftoemeting met het opleggen van een gevangenisstraf en zal – mede gelet op de aangekondigde ontnemingsvordering – geen geldboete aan [verdachte] opleggen.
Voorlopige hechtenis
De voorlopige hechtenis van [verdachte] is geschorst tot aan de dag van de uitspraak, waardoor de voorlopige hechtenis bij het wijzen van dit vonnis automatisch weer herleeft. [verdachte] heeft zich tijdens de schorsing van voorlopige hechtenis gehouden aan alle gestelde (bijzondere) voorwaarden. De rechtbank ziet daardoor, alsmede door het lange tijdsverloop, op dit moment geen direct gevaar voor recidive. De recidivegrond komt dan ook te vervallen. De rechtbank is van oordeel dat er ook geen sprake meer is van een geschokte rechtsorde. Voor zover daar eerder wel sprake van was, is die grond door verloop van tijd en de specifieke rol die [verdachte] binnen het CSV vervulde afgenomen. Wegens het ontbreken van gronden, wordt het bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven.

11.Beslag

Onder [verdachte] zijn de volgende voorwerpen in beslag genomen:
1. Personenauto (1 stuk) ( [kenteken] )
Goednummer 633339
Grijs, merk: Mitsubishi
11.1.
Verbeurdverklaring
Omdat de inbeslaggenomen auto (met verborgen ruimte) aan [verdachte] toebehoort en bij het begaan van het bewezenverklaarde veelvuldig is gebruikt, zal de rechtbank dit goed verbeurd verklaren.

12.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 33, 33a, 47, 55, 57, 140, 420ter van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2, 10 en 11b van de Opiumwet.

13.Beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 7 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
ten aanzien van het onder 1 eerste en tweede cumulatief/alternatief bewezen geachte:
de gedeeltelijk eendaadse samenloop van
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven;
en
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10 derde en vierde en vijfde lid van de Opiumwet;
ten aanzien van het onder 2 bewezen geachte:
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder A, B en C van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen en in vereniging gepleegd;
ten aanzien van het onder 3 bewezen geachte:
medeplegen van van het plegen van witwassen een gewoonte maken.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvan
5 (vijf) jaren.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Verklaart verbeurd:
1. Personenauto (1 stuk) ( [kenteken] )
Goednummer 633339
Grijs, merk: Mitsubishi
Heft op het bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door
mr. F. Dekkers, voorzitter,
mrs. N.J. Koene en P.P.C.M. Waarts, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. A.E. van der Burg, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 23 december 2022.

Voetnoten

1.Voor de leesbaarheid van het vonnis, wordt verdachte hierna telkens ‘ [verdachte] ’ genoemd.
2.De raadsvrouw heeft de zittingen op 18, 19 en 20 januari 2022 via een videoverbinding bijgewoond. Die dagen was [verdachte] met kennisgeving via zijn raadsvrouw niet aanwezig.
3.mr. M.L. van Gessel heeft op de terechtzitting van 9 december 2022 waargenomen voor mr. V.H. Hammerstein.
4.Ten behoeve van de leesbaarheid van dit vonnis, worden verdachte en medeverdachten telkens bij hun achternaam genoemd.
5.PV Bevindingen Start onderzoek Cherokee, ZD 05 p. 0003-0008, PDF deel 3, p. 3339-3344.
6.Zaaksdossier Witwassen [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] , Relaas, PDF deel 2, p. 34 eerste twee bulletpoints onder punt 29 en p. 35 bovenaan, onder volg.nr. 5.
7.PV Bevindingen Start onderzoek Cherokee, ZD 05 p. 0007, PDF deel 3, p. 3343, tweede alinea.
9.Zie ECLI:NR:RBAMS:2022:6816.
11.Zie ook Rechtbank Oost-Brabant, ECLI:NL:RBROR:2022:312.
14.ECLI:NR:RBAMS:2022:6816.
15.Waar de rechtbank in dit vonnis feiten vaststelt, wordt in voetnoten verwezen naar de bewijsmiddelen in het strafdossier. De in de voetnoten vermelde paginanummers zijn de doorgenummerde paginanummers rechts bovenaan de pagina’s van de betreffende rubriek of het zaakdossier. Tevens worden steeds de digitale paginanummers vermeld van het betreffende PDF-bestand waarin het bewijsmiddel is opgenomen. Het gaat telkens om processen-verbaal die in de wettelijke vorm zijn opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, tenzij anders is vermeld.
16.PV Bevindingen IDT Sky [account 2] N. [verdachte] , Rubriek 12 p. 0111 e.v. PDF deel 3, p. 6580.
17.PV Bevindingen IDT Sky [account 2] N. [verdachte] , Rubriek 12 p. 0112 e.v., PDF deel 3, p. 6581, derde alinea t/m p. 6582 eerste alinea.
18.PV Bevindingen IDT Sky [account 2] N. [verdachte] , Rubriek 12 p. 0113 e.v., PDF deel 3, p. 6582, tweede alinea t/m p. 6584.
19.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
20.PV Bevindingen Identificatie [bijnaam 5] , Rubriek 12 p. 0103, PDF deel 3, p. 6572, derde en vierde alinea.
21.PV Bevindingen Identificatie [bijnaam 5] , Rubriek 12 p. 0101, PDF deel 3, p. 6570 en Rubriek 12 p. 0102, PDF deel 3, p. 6571, eerste en tweede alinea en p. 6571, laatste alinea en p. 6572, eerste alinea.
22.PV Bevindingen Identificatie [bijnaam 5] , Rubriek 12 p. 0101, PDF deel 3, p. 6570, derde en vierde alinea.
23.PV Bevindingen Identificatie [bijnaam 5] , Rubriek 12 p. 0101, PDF deel 3, p. 6570, laatste alinea.
24.PV Bevindingen Identificatie [bijnaam 5] , Rubriek 12 p. 0102, PDF deel 3, p. 6571, laatste alinea.
25.PV Bevindingen Identificatie gebruiker Sky ECC [account 4] als [medeverdachte 3] , Rubriek 12 p. 0221, PDF deel 3, p. 6691, vierde alinea.
26.PV Bevindingen Identificatie gebruiker Sky ECC [account 4] als [medeverdachte 3] , Rubriek 12 p. 0225, PDF deel 3, p. 6695, laatste alinea.
27.PV Bevindingen Identificatie gebruiker Sky ECC [account 4] als [medeverdachte 3] , Rubriek 12 p. 0223, PDF deel 3, p. 6693 vierde zin van onder.
28.PV aanvraag bevel opnemen (tele)communicatie, Bob-dossier [medeverdachte 3] M IB 244 e.v., PDF [medeverdachte 3] BOB p. 253 halverwege.
29.PV Bevindingen Identificatie gebruiker Sky ECC [account 4] als [medeverdachte 3] , Rubriek 12 p. 0223 e.v., PDF deel 3, p. 6693 halverwege t/m p. 6695 eerste alinea.
30.PV Bevindingen Identificatie gebruiker Sky ECC [account 5] [medeverdachte 3] , Rubriek 12 p. 0249-0250., PDF deel 3, p. 6718 onderaan en p. 6719 bovenaan.
31.PV Bevindingen Identificatie gebruiker Sky ECC [account 5] [medeverdachte 3] , Rubriek 12 p. 0250, PDF deel 3, p. 6719 halverwege.
32.PV Bevindingen Identificatie gebruiker Sky ECC [account 5] [medeverdachte 3] , Rubriek 12 p. 0250 e.v., PDF deel 3, p. 6719 onderaan en p. 6720 bovenaan.
33.PV Bevindingen Identificatie [medeverdachte 2] , Rubriek 12 p. 0162 e.v., PDF deel 3, p. 6632 onderaan.
34.PV Bevindingen Identificatie [medeverdachte 2] , Rubriek 12 p. 0162 e.v., PDF deel 3, p. 6633 vanaf de derde alinea t/m p. 6634 halverwege; PV Bevindingen vluchten # [nummer] , Rubriek 12 p. 0168 e.v., PDF deel 3 p. 6638 t/m p. 6641; PV Bevindingen Vergelijken vluchtlijsten, Rubriek 12 p. 0173, PDF deel 3 p. 6643.
35.PV Bevindingen Identificatie [medeverdachte 2] , Rubriek 12 p. 0163 e.v., PDF deel 3, p. 6633 tweede alinea onderaan.
36.PV Bevindingen Identificatie gebruiker [account 7] , [medeverdachte 5] 2 juli 1998, Rubriek 12 p. 0106 e.v., PDF deel 3, p. 6575, laatste alinea t/m p. 6576, tweede alinea.
37.PV Bevindingen Beantwoording vraag rechtbank zaak Cherokee, Rubriek 12 p. 0036 e.v., PDF deel 3, p. 6535 halverwege.
38.PV Bevindingen Identificatie gebruiker [account 7] , [medeverdachte 5] 2 juli 1998, Rubriek 12 p. 0107, PDF deel 3, p. 6576, vierde alinea t/m p. 6577 onderaan.
39.PV Bevindingen Chatgroep [account 8] :791 over zaaksdossier Burro d.d. 22 april 2020, ZD CSV p. 2210 e.v., PDF deel 1, p. 9224 paragraaf 4.1.
40.PV Bevindingen Identificatie gebruiker [account 7] , [medeverdachte 5] 2 juli 1998, Rubriek 12 p. 0109, PDF deel 3, p. 6578, bovenste helft.
41.PV Bevindingen Identificatie gebruiker [account 7] , [medeverdachte 5] 2 juli 1998, Rubriek 12 p. 0109, PDF deel 3, p. 6578, halverwege.
42.PV Bevindingen identificatie Sky-ID’s [medeverdachte 4] [account 9] , [account 10] , [account 11] , Rubriek 12 p. 0121 e.v., PDF deel 3, p. 6591 bovenaan.
43.PV Bevindingen 31626491126 in gebruik bij [medeverdachte 4] , Rubriek 12 p. 0278 e.v., PDF deel 3, p. 6746 tweede alinea.
44.PV Bevindingen identificatie Sky-ID’s [medeverdachte 4] [account 9] , [account 10] , [account 11] , Rubriek 12 p. 0122, PDF deel 3, p. 6591 onderaan t/m p. 6593 bovenaan.
45.PV Bevindingen identificatie Sky-ID’s [medeverdachte 4] [account 9] , [account 10] , [account 11] , Rubriek 12 p. 0124, PDF deel 3, p. 6593 halverwege.
46.PV Bevindingen identificatie [medeverdachte 4] [account 10] , Rubriek 12 p. 286-287, PDF deel 3, p. 6754-6755.
47.PV Bevindingen identificatie Sky-ID’s [medeverdachte 4] [account 9] , [account 10] , [account 11] , Rubriek 12 p. 0124, PDF deel 3, p. 6593 onderaan t/m p. 6594 halverwege.
48.PV Bevindingen Sky ID [account 14] ( [bijnaam 12] ) en contacten, Rubriek 12 p. 0312 e.v., PDF deel 3, p. 6780 onderaan t/m p. 6781.
49.PV Bevindingen Identificatie gebruiker [account 15] , [medeverdachte 6] , Rubriek 12 p. 0261 e.v., PDF deel 3, p. 6730 halverwege.
50.PV Bevindingen verstrekking Argus data aan onderzoeksteam Auckland, Rubriek 12 p. 0029 e.v., PDF deel 3, p. 6527 onderaan en p. 6528 bovenaan; PV Bevindingen Inbeslagenomen Samsung A20 [medeverdachte 6] , ZD 05 p. 0804, PDF deel 1, p. 5090, derde alinea van onder (m.b.t. Apple iPhone 11) en laatste alinea.
51.PV Bevindingen Identificatie gebruiker [account 15] , [medeverdachte 6] , Rubriek 12 p. 0263, PDF deel 3, p. 6731 eerste alinea.
52.PV Bevindingen Identificatie gebruiker [account 15] , [medeverdachte 6] , Rubriek 12 p. 0263, PDF deel 3, p. 6731, na conclusie.
53.PV Bevindingen Identificatie gebruiker Sky-ID [account 16] als [medeverdachte 10] , Persoonsdossier [medeverdachte 10] p. 223 e.v., PDF deel 3, p. 1538
54.PV Bevindingen Identificatie gebruiker Sky-ID [account 16] als [medeverdachte 10] , Persoonsdossier [medeverdachte 10] p. 226, PDF deel 3, p. 1541 halverwege.
55.PV Bevindingen Identificatie gebruiker Sky-ID [account 16] als [medeverdachte 10] , Persoonsdossier [medeverdachte 10] p. 225, PDF deel 3, p. 1540 onderaan.
56.PV Verstrekking Argus data aan onderzoeksteam Auckland, Rubriek 12 p. 0028, PDF deel 3, p. 6526 onderaan.
57.Relaas Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 4.e.v., PDF deel 2, p. 3887, onderaan.
58.PV Bevindingen Overzicht dagen beschikbare OVC-opnames Mitsubishi Grandis [kenteken] , Liza p. 12 e.v., PDF deel 2, p. 3855, tweede alinea.
59.PV Bevindingen forensisch onderzoek voertuig Mitsubishi [kenteken] 3 maart 2021, aanvullende stukken verstrekt op 14 januari 2022.
60.PV Geluiden verborgen ruimte Mit. Grandis [kenteken] , Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 55 e.v., PDF deel 2, p. 3940
61.PV ter terechtzitting van 24 maart 2022.
62.Hoge Raad 2 mei 2018, ECLI:NL:HR:2018:741.
63.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
64.PV Bevindingen bruto IBN cocaïne 14 december 2020, ZD 08 p. 35, PDF deel 1, p. 606.
65.PV Uitwerken OVC Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 28 e.v., PDF deel 2, p. 3915 tweede helft (record 161248 en 163557).
66.PV Bevindingen Baken Mitsubishi Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1. en 1.2 p. 45 e.v., PDF deel 2, p. 3931 bovenaan. Opmerking rechtbank: in dit pv staat abusievelijk Kornhaarstraat in plaats van Korhaanstraat geschreven.
67.PV Bevindingen Locaties GSM - [nummer] [medeverdachte 10] 18 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 58 e.v., PDF deel 2, p. 3941 onderaan.
68.PV Uitwerken OVC Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 28 e.v., PDF deel 2, p. 3919, alinea boven ‘record 180645’.
69.PV Bevindingen geluiden verborgen ruimte Mitsubishi Grandis [kenteken] , Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 55 e.v., PDF deel 2, p. 3940.
70.PV Uitwerken OVC Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 28 e.v., PDF deel 2, p. 3919, laatste alinea t/m p. 3920 bovenaan.
71.PV Bevindingen baken Mits. Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 45 e.v., PDF deel 2, p. 3932 bovenaan.
72.PV Uitwerken OVC Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 28 e.v., PDF deel 2, p. 3921 halverwege t/m p. 3922 bovenaan.
73.PV Uitwerken OVC Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2p. 28 e.v., PDF deel 2, p. 3922 onderaan.
74.PV Bevindingen Baken Mitsubishi Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1. en 1.2 p. 45 e.v., PDF deel 2, p. 3933 bovenaan.
75.PV Uitwerken OVC Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2p. 28 e.v., PDF deel 2, p. 3923, record 200850.
76.PV Uitwerken OVC Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 28 e.v., PDF deel 2, p. 3924, record 201035.
77.PV Uitwerken OVC Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2p. 28 e.v., PDF deel 2, p. 3925.
78.PV Bevindingen Locaties GSM - [nummer] [medeverdachte 10] 18 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 58 e.v., PDF deel 2, p. 3943.
79.PV Uitwerken OVC Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 28 e.v., PDF deel 2, p. 3926, record 203408.
80.PV Bevindingen Baken Mitsubishi Grandis 18 mei 2020, Liza ZD 1.1. en 1.2 p. 45 e.v., PDF deel 2, p. 3935 onderaan t/m p. 3936.
81.PV Uitwerken OVC Grandis 20 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 63 e.v., PDF deel 2, p. 3949, record 124734 onderaan t/m p. 3950 bovenaan.
82.PV Uitwerken OVC Grandis 20 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 63 e.v., PDF deel 2, p. 3949, stemherkenning beschreven onder record 124734 bovenaan p. 3949.
83.PV Uitwerken OVC Grandis 20 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 63 e.v., PDF deel 2, p. 3950, record 125317 onderaan.
84.PV Uitwerken OVC Grandis 20 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 63 e.v., PDF deel 2, p. 3951, record 130137 onderaan t/m p. 3952 eerste helft.
85.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
86.PV Bevindingen Sky m.b.t. zaaksdossier Liza 2, Liza ZD 2 p. 62 e.v., PDF deel 2, p. 4151 halverwege.
87.PV Bevindingen Baken Mitsubishi Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 26 e.v., PDF deel 2, p. 4114 bovenaan.
88.Uittreksel Kamer van Koophandel, ZD Witwassen p. 0035P, PDF deel 2, p. 81.
89.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4119 onderaan.
90.PV Bevindingen GSM locaties Balon en [medeverdachte 10] 8 juni 2020, Liza ZD 2, p. 57 e.v., PDF deel 2, p. 4144 bovenaan.
91.PV Bevindingen Baken Mitsubishi Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 26 e.v., PDF deel 2, p. 4114 halverwege.
92.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4120 onderaan t/m p. 4121 bovenaan (record 170114). Opmerking rechtbank; bij genoemd gesprek staat als begintijd 18:32:56, maar dat is volgens de rechtbank een verschrijving. Dit moet zijn 19:32:56. De rechtbank concludeert dat op grond van begin van de record om 19:01:14 en einde record (en daarmee einde van genoemd gesprek) om 19:34:48.
93.PV Bevindingen GSM locaties Balon en [medeverdachte 10] 8 juni 2020, Liza ZD 2, p. 57 e.v., PDF deel 2, p. 4144 halverwege.
94.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4123 halverwege.
95.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4123 onderaan.
96.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4124 onderaan.
97.PV Bevindingen Baken Mitsubishi Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 26 e.v., PDF deel 2, p. 4115 bovenaan.
98.PV Bevindingen GSM locaties Balon en [medeverdachte 10] 8 juni 2020, Liza ZD 2, p. 57 e.v., PDF deel 2, p. 4145 onderaan.
99.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4125.
100.PV Bevindingen Baken Mitsubishi Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 26 e.v., PDF deel 2, p. 4115 onderaan.
101.PV Bevindingen GSM locaties [verdachte] en [medeverdachte 10] 8 juni 2020, Liza ZD 2, p. 57 e.v., PDF deel 2, p. 4145 onderaan.
102.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4126.
103.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
104.PV Observatie 6 juli 2020, Liza ZD 4 p. 61 e.v., PDF deel 2, p. 4546 bovenste helft.
105.PV Uitwerken OVC Grandis 6 juli, Liza ZD 4 p. 24 e.v., PDF deel 2, p. 4515 tweede alinea.
106.PV Bevindingen camerabeelden Mitsubishi Grandis 6 juli 2020, Liza ZD 4 p. 37 e.v., PDF deel 2, p. 4521 onderaan t/m p. 4524 bovenaan.
107.PV Uitwerken OVC Grandis 6 juli, Liza ZD 4 p. 24 e.v., PDF deel 2, p. 4515 halverwege.
108.PV Observatie 6 juli 2020, Liza ZD 4 p. 61 e.v., PDF deel 2, p. 4546 bovenste helft.
109.PV Bevindingen locaties GSM # [nummer] [verdachte] 6 juli 2020, Liza ZD 4 p. 17 e.v., PDF deel 2, p. 4504 bovenaan t/m p. 4505 bovenaan.
110.PV Observatie 6 juli 2020, Liza ZD 4 p. 61 e.v., PDF deel 2, p. 4546 halverwege.
111.PV Bevindingen camerabeelden Mitsubishi Grandis 6 juli 2020, Liza ZD 4 p. 37 e.v., PDF deel 2, p. 4524 tweede alinea t/m p. 4526.
112.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
113.PV Bevindingen Uithalen 432 blokken in Antwerpen door [medeverdachte 10] , Liza ZD 7.2 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5050 tweede alinea.
114.Opmerking rechtbank: De tijd in de metadata van Sky ECC, opgenomen in de tabellen in betreffend PV, zijn twee uur vroeger dan de werkelijke tijd. In dit vonnis worden de daadwerkelijke tijdstippen weergegeven. Zie: PV Bevindingen Uithalen 432 blokken in Antwerpen door [medeverdachte 10] , Liza ZD 7.2 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5050, laatste zin.
115.PV Bevindingen Uithalen 432 blokken in Antwerpen door [medeverdachte 10] , Liza ZD 7.2 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5051.
116.PV Bevindingen Uithalen 432 blokken in Antwerpen door [medeverdachte 10] , Liza ZD 7.2 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5053 halverwege.
117.PV Bevindingen Uithalen 432 blokken in Antwerpen door [medeverdachte 10] , Liza ZD 7.2 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5054 halverwege.
118.PV Bevindingen Uithalen 432 blokken in Antwerpen door [medeverdachte 10] , Liza ZD 7.2 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5054 onderaan.
119.PV Bevindingen Uithalen 432 blokken in Antwerpen door [medeverdachte 10] , Liza ZD 7.2 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5055 bovenaan.
120.PV Bevindingen Uithalen 432 blokken in Antwerpen door [medeverdachte 10] , Liza ZD 7.2 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5056.
121.PV Bevindingen Uithalen 432 blokken in Antwerpen door [medeverdachte 10] , Liza ZD 7.2 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5056 onderste helft.
122.PV Bevindingen Uithalen 432 blokken in Antwerpen door [medeverdachte 10] , Liza ZD 7.2 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5057 bovenaan.
123.PV Uitwerken OVC Grandis 5 juni 2020, ZD Liza 7.2 p. 61 e.v., PDF deel 2, p. 5069 onderaan t/m p. 5070.
124.PV OVC uitwerken Grandis 05 juni 2020, Liza ZD 7.2, p. 61 e.v., PDF deel 2, p. 5075 bovenaan tot einde p. 5076
125.PV Bevindingen Bakengegevens Mitsubishi Grandis 5 juni 2020, ZD Liza 7.2 p. 118 e.v., PDF deel 2, p. 5120.
126.PV Bevindingen Sky PV [verdachte] 5 en 6 juni 2020, ZD Liza 7.2 p. 122 e.v., PDF deel 2, p. 5125 onderaan.
127.PV Bevindingen Sky PV [verdachte] 5 en 6 juni 2020, ZD Liza 7.2 p. 122 e.v., PDF deel 2, p. 5127 onderste helft t/m p. 5128 bovenste helft.
128.PV Bevindingen Sky PV [verdachte] 5 en 6 juni 2020, ZD Liza 7.2 p. 122 e.v., PDF deel 2, p. 5129.
129.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
130.PV Bevindingen bakengegevens Mitsubishi Grandis 28 september 2020, Liza ZD 8 p. 12 e.v., PDF deel 2, p. 5263 bovenaan.
131.PV Bevindingen uitkijken beelden Mitsubishi Grandis 28 september 2020, Liza ZD 8 p. 39 e.v., PDF deel 2, p. 5292 onderaan t/m p. 5295 bovenaan.
132.PV Uitwerken OVC Grandis 28 september 2020, Liza ZD 8 p. 18 e.v., PDF deel 2, p. 5271 onderste helft.
133.PV Uitwerken OVC Grandis 28 september 2020, Liza ZD 8 p. 18 e.v., PDF deel 2, p. 5272 bovenste alinea.
134.PV Uitwerken OVC Grandis 28 september 2020, Liza ZD 8 p. 18 e.v., PDF deel 2, p. 5272 vanaf de tweede alinea (record 054019).
135.PV Bevindingen bakengegevens Mitsubishi Grandis 28 september 2020, Liza ZD 8 p. 12 e.v., PDF deel 2, p. 5263 halverwege.
136.PV Uitwerken OVC Grandis 28 september 2020, Liza ZD 8 p. 18 e.v., PDF deel 2, p. 5272 onderaan t/m p. 5273 bovenaan.
137.PV Bevindingen bakengegevens Mitsubishi Grandis 28 september 2020, Liza ZD 8 p. 12 e.v., PDF deel 2, p. 5264 bovenaan.
138.PV Bevindingen camerabeelden Shell Spoorlaan 2 Drunen, Liza ZD 8 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5298 bovenaan.
139.PV Bevindingen camerabeelden Shell Spoorlaan 2 Drunen, Liza ZD 8 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5299 onderaan t/m p. 5300 onderaan.
140.PV Bevindingen camerabeelden Shell Spoorlaan 2 Drunen, Liza ZD 8 p. 48 e.v., PDF deel 2, p. 5303 onderaan en p. 5404 bovenaan.
141.PV Bevindingen bakengegevens Mitsubishi Grandis 28 september 2020, Liza ZD 8 p. 12 e.v., PDF deel 2, p. 5264 halverwege; PV Bevindingen camerabeelden Kastellaan Nieuwkuijk, Liza ZD 8 p. 62 e.v., PDF deel 2, p. 5312 tweede alinea.
142.PV Bevindingen camerabeelden Mitsubishi Grandis 28 september 2020, Liza ZD 8 p. 31 e.v., PDF deel 2, p. 5284 onderaan t/m p. 5286 bovenaan.
143.PV Bevindingen bakengegevens Mitsubishi Grandis 28 september 2020, Liza ZD 8 p. 12 e.v., PDF deel 2, p. 5273 laatste drie alinea’s (vanaf record 064630) t/m p. 5274 eerste alinea.
144.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
145.Hoge Raad 13 december 2016, ECLI:NL:HR:2016:2842.
146.PV Bevindingen onderzoek in informatie uit Sky ECC chatgroep [account 3] :95, ZD Witwassen p. 1539 e.v., PDF deel 2, p. 1618 onderaan t/m p. 1619 bovenaan.
147.PV Bevindingen onderzoek in informatie uit Sky ECC chatgroep [account 3] :95, ZD Witwassen p. 1539 e.v., PDF deel 2, p. 1619 onderaan t/m p. 1624 halverwege.
148.PV Bevindingen onderzoek in informatie uit Sky ECC – chatgroep [account 3] :95, ZD Witwassen p. 1539 e.v., PDF deel 2, p. 1625 bovenste helft.
149.PV Bevindingen onderzoek in informatie uit Sky ECC – chatgroep [account 3] :95, ZD Witwassen p. 1539 e.v., PDF deel 2, p. 1625 onderaan t/m p. 1626 onderaan.
150.PV Bevindingen onderzoek in informatie uit Sky ECC – chatgroep [account 3] :95, ZD Witwassen p. 1539 e.v., PDF deel 2, p. 1627 bovenaan t/m p. 1629 bovenste helft.
151.PV Bevindingen onderzoek in informatie uit Sky ECC – chatgroep [account 3] :95, ZD Witwassen p. 1539 e.v., PDF deel 2, p. 1629 onderaan t/m p. 1630 bovenaan.
152.PV Bevindingen onderzoek in informatie uit Sky ECC – chatgroep [account 3] :95, ZD Witwassen p. 1539 e.v., PDF deel 2, p. 1630 onderaan t/m p. 1633 bovenaan.
153.PV Bevindingen onderzoek in informatie uit Sky ECC – chatgroep [account 3] :95, ZD Witwassen p. 1539 e.v., PDF deel 2, p. 1634 bovenaan t/m p. 1635 bovenaan.
154.PV Bevindingen Onderzoek in informatie Sky ECC Chatgroep [account 3] :101, ZD Witwassen p. 1557 e.v., PDF deel 2, p. 1643 onderste helft t/m p. 1644.
155.PV Bevindingen Onderzoek in informatie Sky ECC Chatgroep [account 3] :101, ZD Witwassen p. 1557 e.v., PDF deel 2, p. 1648 onderaan t/m p. 1659 halverwege.
156.PV Bevindingen Onderzoek in informatie Sky ECC Chatgroep [account 3] :101, ZD Witwassen p. 1557 e.v., PDF deel 2, p. 1667 onderste helft t/m p. 1669 bovenste helft.
157.PV Bevindingen Onderzoek in informatie Sky ECC Chatgroep [account 3] :101, ZD Witwassen p. 1557 e.v., PDF deel 2, p. 1671 bovenaan t/m p. 1672 bovenste helft.
158.Verklaring verdachte ter terechtzitting van 24 januari 2022.
159.PV Bevindingen Sky m.b.t. zaaksdossier Liza 1, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 95 e.v., PDF deel 2, p. 3981.
160.PV Observatie woensdag 20 mei 2020 van subjecten [verdachte] en [medeverdachte 10] , Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 83 e.v. PDF deel 2, p. 3966.
161.PV Bevindingen telecom [verdachte] 20 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 86 e.v., PDF deel 2, p. 3971 t/m p. 3972.
162.PV Uitwerken OVC Grandis 20 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 63 e.v., PDF deel 2, p. 3948 onderaan (record 124234).
163.PV Uitwerken OVC Grandis 20 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 63 e.v., PDF deel 2, p. 3949 halverwege (record 124734).
164.PV Uitwerken OVC Grandis 20 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 63 e.v., PDF deel 2, p. 3949 onderaan (record 124734).
165.PV Uitwerken OVC Grandis 20 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 63 e.v., PDF deel 2, p. 3955 halverwege (record 140633).
166.PV Observatie woensdag 20 mei 2020 van subjecten [verdachte] en [medeverdachte 10] , Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 83 e.v. PDF deel 2, p. 3966.
167.PV Uitwerken OVC Grandis 20 mei 2020, Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 63 e.v., PDF deel 2, p. 3955 onderaan t/m 3956 bovenaan; PV Bevindingen geluiden verborgen ruimte Mitsubishi Grandis [kenteken] , Liza ZD 1.1 en 1.2 p. 55 e.v., PDF deel 2, p. 3940.
168.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
169.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4123 halverwege.
170.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4126.
171.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4127 onderaan t/m p. 4128 bovenste helft.
172.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4127 onderaan t/m p. 4133 bovenaan.
173.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4127 onderaan t/m p. 4133 tweede alinea.
174.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4133 onderaan.
175.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4135 halverwege.
176.PV Uitwerken OVC Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 32 e.v., PDF deel 2, p. 4135 halverwege.
177.PV Bevindingen Baken Mitsubishi Grandis 8 juni 2020, Liza ZD 2 p. 26 e.v., PDF deel 2, p. 4116.
178.PV Bevindingen Sky m.b.t. zaaksdossier Liza 2, Liza ZD2 p. 62 e.v., PDF deel 2, p. 4148 t/m
179.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
180.PV Uitwerken OVC Grandis 4 juni 2020, ZD Liza 7.2 p. 34 e.v., PDF deel 2, p. 5040 onderaan t/m p. 5041 bovenaan.
181.PV Uitwerken OVC Grandis 4 juni 2020, ZD Liza 7.2 p. 34 e.v., PDF deel 2, p. 5043.
182.PV Observatie 4 juni 2020, Liza ZD 7.2 p. 57 e.v., PDF deel 2, p. 5060 halverwege.
183.PV Uitwerken OVC Grandis 5 juni 2020, ZD Liza 7.2 p. 61 e.v., PDF deel 2, p. 5069 onderaan t/m p. 5070 bovenaan.
184.PV Uitwerken OVC Grandis 5 juni 2020, ZD Liza 7.2 p. 61 e.v., PDF deel 2, p. 5069 onderaan t/m p. 5070 halverwege.
185.PV Bevindingen bakengegevens Mitsubishi Grandis 5 juni 2020, ZD Liza 7.2 p. 118 e.v., PDF deel 2, p. 5120.
186.PV Uitwerken OVC Grandis 5 juni 2020, ZD Liza 7.2 p. 61 e.v., PDF deel 2, p. 5071 onderaan.
187.PV Uitwerken OVC Grandis 6 juni 2020, ZD Liza 7.2 p. 88 e.v., PDF deel 2, p. 5094 en p. 5095.
188.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
189.PV Uitwerken OVC Grandis 16 mei 2020, Liza ZD 9 p. 66 e.v., PDF deel 2, p. 5404 bovenaan.
190.PV Bevindingen Bakengegevens Mitsubishi Grandis 16 mei 2020, Liza ZD 9 p. 94 e.v., PDF deel 2, p. 5426 bovenaan.
191.PV Uitwerken OVC Grandis 16 mei 2020, Liza ZD 9 p. 66 e.v., PDF deel 2, p. 5405 bovenaan (record 125426).
192.PV Uitwerken OVC Grandis 16 mei 2020, Liza ZD 9 p. 66 e.v., PDF deel 2, p. 5405 derde alinea van onder (record 125942).
193.PV Bevindingen Bakengegevens Mitsubishi Grandis 16 mei 2020, Liza ZD 9 p. 94 e.v., PDF deel 2, p. 5426 halverwege.
194.PV Bevindingen Bakengegevens Mitsubishi Grandis 16 mei 2020, Liza ZD 9 p. 94 e.v., PDF deel 2, p. 5427 bovenaan.
195.PV Uitwerken OVC Grandis 16 mei 2020, Liza ZD 9 p. 66 e.v., PDF deel 2, p. 5407 bovenaan.
196.PV Bevindingen Bakengegevens Mitsubishi Grandis 16 mei 2020, Liza ZD 9 p. 94 e.v., PDF deel 2, p. 5428 halverwege.
197.PV Uitwerken OVC Grandis 16 mei 2020, Liza ZD 9 p. 66 e.v., PDF deel 2, p. 5411.
198.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
199.PV Bevindingen bakengegevens Mitsubishi Grandis 11 juni 2020, Liza ZD 9 p. 113 e.v., PDF deel 2, p. 5442 halverwege.
200.PV Uitwerken OVC Grandis 11 juni 2020, Liza ZD 9 p. 106 e.v., PDF deel 2, p. 5436 2e alinea.
201.PV Uitwerken OVC Grandis 11 juni 2020, Liza ZD 9 p. 106 e.v., PDF deel 2, p. 5437 onderaan (record 172529).
202.PV Bevindingen bakengegevens Mitsubishi Grandis 11 juni 2020, Liza ZD 9 p. 113 e.v., PDF deel 2, p. 5443 bovenaan.
203.PV Uitwerken OVC Grandis 11 juni 2020, Liza ZD 9 p. 106 e.v., PDF deel 2, p. 5439 vanaf regel 11 (record 175003).
204.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
205.PV Bevindingen Bakengegevens Mitsubishi Grandis 30 juni 2020, Liza ZD 9 p. 123 e.v., PDF deel 2, p. 5451.
206.PV Uitwerken OVC Grandis 30 juni 2020, Liza ZD 9 p. 116 e.v., PDF deel 2, p. 5447 bovenaan (record 092341).
207.PV Bevindingen uitkijken beelden Mitsubishi Grandis 30 juni 2020, Liza ZD 9 p. 127 e.v., PDF deel 2, p. 5456 onderaan t/m p. 5457.
208.PV Uitwerken OVC Grandis 30 juni 2020, Liza ZD 9 p. 116 e.v., PDF deel 2, p. 5448 halverwege (record 155557).
209.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
210.PV Bevindingen Bakengegevens Mitsubishi Grandis 1 juli 2020, Liza ZD 9 p. 151 e.v., PDF deel 2, p. 5481 bovenaan.
211.PV Uitwerken OVC Grandis 1 juli 2020, Liza ZD 9 p. 130 e.v., PDF deel 2, p. 5460 bovenaan (record 053130).
212.PV Uitwerken OVC Grandis 1 juli 2020, Liza ZD 9 p. 130 e.v., PDF deel 2, p. 5464 tweede helft van de pagina (record 161500).
213.PV Bevindingen Bakengegevens Mitsubishi Grandis 1 juli 2020, Liza ZD 9 p. 151 e.v., PDF deel 2, p. 5482 bovenaan.
214.PV Uitwerken OVC Grandis 1 juli 2020, Liza ZD 9 p. 130 e.v., PDF deel 2, p. 5465 bovenaan (record 161500).
215.Verklaring [verdachte] ter terechtzitting van 24 januari 2022.
216.HR 10 februari 2015, ECLI:NL:HR:2015:264 en HR 14 maart 2017, ECLI:NL:HR:2017:413.
217.Zie zaaksdossiers Witwassen [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] , Witwassen [medeverdachte 4] , Witwassen [medeverdachte 6] en Liza.
218.Zie PV relaas, zaaksdossier Vormen CSV, p. 5038-5040, PDF deel 1, p. 6884-6886.
219.PV Bevindingen betrokkenheid ‘ [bijnaam 5] ’ ( [medeverdachte 3] ) bij in beslag genomen partij verdovende middelen in Antwerpen op 22 april 2020, ZD CSV p. 20 e.v., PDF deel 1 p. 7029 t/m p. 7033.
220.PV Bevindingen bijnaam [medeverdachte 6] is [bijnaam 6] , ZD CSV p. 1162 e.v., PDF deel 1, p. 8172 t/m p. 8174.
221.PV Bevindingen [medeverdachte 9] wordt [bijnaam 25] genoemd, ZD CSV p. 1060 e.v., PDF deel 1, p. 8070 t/m p. 8071.
222.PV Uitwerken OVC Grandis 6 juni 2020, ZD CSV p. 1968, PDF deel 1, p. 8979 en PV SKY m.b.t. zaaksdossier 1, ZD CSV p. 2703, PDF deel 1, p. 9717.
223.PV Bevindingen Onderzoek Burro (4.200 kg cocaïne Antwerpen België) PDF deel 1, p. 933 onderaan; Pro Justitia Rapport van de Federale gerechtelijke politie te Antwerpen, ZD 05 p. 0107 e.v., PDF deel 1, p. 965-967.
224.PV Aanleiding, aantreffen, onderzoek, inbeslagname, wegen, monsteren, testen en vernietigen van 3 oktober 2020, ZD Navajos, p. 346 e.v., PDF Deel 1, p. 6155-6159.
225.PV Bevindingen Sky ECC – chatgroep [account 10] :31 hiërarchie [medeverdachte 4] , Rubriek 12 p. 0899 e.v., PDF deel 3, p. 7198 en p. 7199.
226.PV Bevindingen onderzoek aankoop Grandis, Persoonsdossier [verdachte] p. 76 e.v., PDF deel 3, p. 1646 t/m 1649.
227.PV Uitwerken OVC Grandis 16 mei 2020, ZD CSV p. 1987 e.v., PDF deel 1, p. 9016 onderaan t/m p. 917 bovenaan.
228.PV Relaas CSV, ZD CSV p. 5011 e.v., PDF deel 1 p. 6884 e,v.
229.PV Relaas CSV, ZD CSV p. 5011 e.v., PDF deel 1 p. 6867 onderaan t/m p. 6868 bovenaan.
230.Pro Justitia verbaal (Belgische stukken), ZD Movano p. 0325 e.v., PDF deel 1, p. 6640 onderaan 1e alinea; Navolgend PV Federale gerechtelijke politie Antwerpen (Belgische stukken), ZD Movano p. 0336 e.v., PDF deel 1, p. 6651 t/m p. 6652.
231.Pro Justitia verbaal (Belgische stukken), ZD Movano p. 0341 e.v., PDF deel 1, p. 6658 bovenaan.
232.PV Relaas CSV, ZD CSV p. 5022., PDF deel 1 p. 6868.
233.PV Relaas CSV, ZD CSV p. 5011 e.v., PDF deel 1 p. 6871 2e vanaf 2e alinea.
234.PV bevindingen doorzoeking Rechthuislaan 37C Rotterdam, AD 02.04 p. 0018 e.v., PDF deel 3, p. 1883; PV Bevindingen connectie [medeverdachte 2] en [medeverdachte 5] , ZD CSV p. 1221 e.v., PDF deel 1, p. 8234.
235.PV Relaas CSV, ZD CSV p. 5011 e.v., PDF deel 1 p. 6873, 2e alinea.
236.PV Bevindingen voertuigen en telefoons op de Oostdijk op 16 september 2020, ZD CSV p. 1216 e.v., PDF deel 1, p. 8229 onderaan t/m p. 8230 bovenaan.
237.PV Relaas CSV, ZD CSV p. 5011 e.v., PDF deel 1 p. 6877, 2e alinea.
238.PV Bevindingen chats en notities [medeverdachte 2] gerelateerd aan onderzoek Burro, ZD CSV p. 1175 e.v., PDF deel 1, p. 8190 (‘1k [bijnaam 25] powerbanks voorraad’).
239.PV Relaas CSV, ZD CSV p. 5011 e.v., PDF deel 1 p. 6883.
240.PV Bevindingen chats en notities [medeverdachte 2] gerelateerd aan onderzoek Burro, ZD CSV p. 1175 e.v., PDF deel 1, p. 8190 (‘20k [bijnaam 6] ’).
241.PV Bevindingen [medeverdachte 6] is [bijnaam 6] , ZD CSV p. 1162, PDF deel 1, p. 8172 e.v.
242.PV Relaas CSV, ZD CSV p. 5011 e.v., PDF deel 1 p. 6881.
243.PV Bevindingen Sky ECC – chatgroep [account 10] :31 hiërarchie [medeverdachte 4] , Rubriek 12 p. 0899 e.v., PDF deel 3, p. 7198 en p. 7199.
244.PV Relaas CSV, ZD CSV p. 5011 e.v., PDF deel 1 p. 6883; PV Bevindingen Betrokkenheid Z. [medeverdachte 4] bij onderzoek Burro en rol van [medeverdachte 4] binnen drugsorganisatie, ZD 12, p. 0961 e.v., PDF deel 1 p. 1876 onderaan.
245.PV Relaas CSV, ZD CSV p. 5011 e.v., PDF deel 1 p. 6892.
246.PV Relaas CSV, ZD CSV p. 5011 e.v., PDF deel 1 p. 6895.
247.PV Bevindingen chats en notities [medeverdachte 2] gerelateerd aan onderzoek Burro, ZD CSV p. 1175 e.v., PDF deel 1, p. 8190 (‘7k jordi’).
248.PV Bevindingen onderzoek aankoop Grandis, Persoonsdossier [verdachte] p. 76 e.v., PDF deel 3, p. 1646 t/m 1649.