Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Deputy Head of the 3rd Criminal Division, judge of the Circuit Law Court in Świdnica(Polen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
the District Law Court of Wałbrzychvan 15 december 2006, zaaknummer X K 1502/06;
the District Law Court of Wałbrzychvan 4 juli 2006, zaaknummer
X K 2006/05;
the District Law Court of Wałbrzychvan 29 december 2004, zaaknummer X K 2459/04;
the District Law Court of Wałbrzychvan 3 april 2007, zaaknummer
X K 263/07.
4.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 6, tweede lid juncto vijfde lid, OLW
LJN: BV7120; rb. Amsterdam 31 mei 2013, ECLI:NL:RBAMS:2013:5111; rb. Amsterdam 26 juli 2013, ECLI:NL:RBAMS:2013:5140). Naar het oordeel van de rechtbank ligt het dan ook op de weg van de verdediging om voor een tijdige onderbouwing zorg te dragen.
overzichtelijk geordend en op chronologische volgordeover worden gelegd.
in het Nederlands vertaaldestukken over te leggen die volgens de toelichting van de raadsman ter zitting zouden zien op de procedure die de opgeëiste persoon in Polen heeft gestart - met als doel om de intrekking van het EAB te bewerkstelligen - en waarop het subsidiair gevoerde verweer ziet.