Conclusie
1.Kruit q.q., V.H.B
Cools q.q., M.J.
Dulack q.q., L.
1.Feiten en procesverloop
2.Bespreking van het cassatiemiddel
Iedere schuldeiser, de schuldeiserscommissie en ook de gefailleerde kunnen door het indienen van een verzoek tegen elke handeling van de curator bij de rechter-commissaris opkomen, of van deze een bevel uitlokken, dat de curator een bepaalde handeling verrichte of een voorgenomen handeling nalate.(…)”). Als schuldeiser in het faillissement van Buying kwam aan de curatoren Retail deze bevoegdheid toe.
Van alle beschikkingen van de rechter-commissaris is gedurende vijf dagen hoger beroep op de rechtbank mogelijk (…)”).
a-G]aan te gaan, brengt mee dat [verweerder] als ‘belanghebbende’ in de zin van art. 67 lid 1 Fw het recht heeft om te worden gehoord in een door een ander geëntameerde beroepsprocedure (vgl. HR 6 november 1998, ECLI:NL:HR:1998:ZC2764, NJ 1999/117). De weigering van de rechter-commissaris de door de curator verzochte toestemming te verlenen, brengt echter op zichzelf geen aantasting van de rechtspositie van [verweerder] mee. (…)
uitsluitend” partijen bij de beschikking van de rechter-commissaris kunnen hoger beroep instellen bij de rechtbank. De rechtbank hoefde daarom ook niet na te gaan of RC Buying tegenover RAPI het beginsel van hoor en wederhoor heeft geschonden.