Conclusie
eerste middelklaagt over het door het hof onder 8 bewezenverklaarde medeplegen van het opzettelijk voordeel trekken uit de uitbuiting van [slachtoffer] .
opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van [slachtoffer]
[slachtoffer] als prostituee laten werken en
voor [slachtoffer] (een) kamer(s) en/of een gelegenheid geregeld en/of laten regelen alwaar zij zich kon prostitueren en
[slachtoffer] gebracht naar haar kamer/werkplek (alwaar zij zich prostitueerde) en naar haar/hun woning/verblijfplaats teruggebracht en
[slachtoffer] gedwongen, althans bewogen om vele uren achter elkaar en bij ongesteldheid te werken in de prostitutie en
boodschappen en de huur van zijn woning/ verblijfplaats laten betalen door [slachtoffer] en
[slachtoffer] gedwongen, althans bewogen om (een groot) deel van haar verdiensten uit de prostitutie af te staan
[slachtoffer] tijdens het uitvoeren van haar werkzaamheden in de prostitutie in de gaten gehouden en
[slachtoffer] (voortdurend) gecontroleerd en
de keuzevrijheid van [slachtoffer] beperkt en
[slachtoffer] meerdere malen geslagen en gedreigd te slaan en geschopt en
angst ingeboezemd bij [slachtoffer] voor repressie en/of repercussie jegens haar en
[slachtoffer] (dreigend) verteld dat zij een minimumbedrag aan inkomsten moest verdienen per dag”.
“Ten aanzien van feit 8 (zaakdossier [slachtoffer] )
zij rond 20 september 2011 met haar vriend [betrokkene 2] vanuit Hongarije naar Nederland was gekomen om te werken in de prostitutie
zij ongeveer één maand heeft gewerkt en al het geld dat zij verdiende bij [betrokkene 2] moest inleveren; dit was tegen de afspraken die zij met [betrokkene 2] voor haar komst naar Nederland had gemaakt
zij zeven dagen per week moest werken van [betrokkene 2] , wat zij niet wilde, maar uit angst voor hem toch heeft gedaan
zij diverse malen door [betrokkene 2] is geslagen als zij niet genoeg geld verdiende
zij vanmorgen een sms van [betrokkene 2] had ontvangen met de mededeling dat als zij vanavond geen 500 euro zou hebben verdiend, hij haar zou vermoorden.
zij in Hongarije met [betrokkene 2] overeen was gekomen dat zij naar Nederland zou gaan om als prostituee te gaan werken
haar werd voorgespiegeld dat zij met het werk als prostituee 500 euro per dag zou verdienen, waarvan zij 50 euro per dag aan [betrokkene 2] zou geven voor het oppassen
zij met [betrokkene 2] en een andere man met de auto naar Nederland is gereden
in Amsterdam tevergeefs naar een werkkamer werd gezocht, waarna [betrokkene 2] met een kennis belde, die meedeelde dat er zeker een werkplek in de 25 euro straat in Den Haag vrij was
zij de 3e dag in Nederland naar een werkkamer in de Hunsestraat werd gebracht, omdat geen kamer vrij was in de Doubletstraat; die dag verdiende zij 400 euro
[betrokkene 2] haar die avond belde om te vragen hoe het ging, of alles goed ging, hoeveel klanten zij had en hoeveel geld zij had verdiend
zij na haar werk door [betrokkene 2] en zijn kennis werd opgehaald
zij de volgende dag het verdiende geld, behalve het bedrag voor de kamerhuur, aan [betrokkene 2] gaf, omdat hij haar om het geld had gevraagd en zij dacht dit terug te krijgen
zij de dagen er na in de Doubletstraat werkte en haar verdiensten telkens aan [betrokkene 2] gaf
zij elke dag van 10.00 tot 24.00 uur heeft gewerkt
zij ook werkte als zij ongesteld was en daarvoor een sponsje gebruikte
[betrokkene 2] bepaalde dat zij 7 dagen in de week ging werken en dat hij de eerste keer tijdens haar menstruatie zei dat het niks was en dat zij pijnstillers zou krijgen en gewoon door kon werken
zij na ongeveer twee weken met [betrokkene 2] naar een andere woning verhuisden waar [verdachte] en [betrokkene 7] ook woonachtig waren
de huur voor de woning, de kosten voor de bewoning en de boodschappen uit de verdiensten van haar en [betrokkene 7] werden betaald
zij samen met [betrokkene 7] door [verdachte] naar hun werkkamer in de Doubletstraat werd gebracht
[betrokkene 2] op 30 oktober 2011 vertelde dat er een Hongaars meisje, genaamd [betrokkene 8] , voor hem kon werken en hij opeens eiste dat zij een bepaald bedrag moest verdienen
er ruzie tussen hen ontstond en zij door [betrokkene 2] werd mishandeld, waarbij hij haar schopte tegen haar bovenbeen en sloeg tegen haar linkeroor
zij eerder door [betrokkene 2] was mishandeld, maar niet in deze mate
de mishandelingen voortkwamen uit onvoldoende verdiensten en jaloezie; [betrokkene 2] verwachtte dat zij per dag 500 tot 600 euro verdiende. Meestal verdiende zij wel voldoende
[betrokkene 2] zei dat hij van haar hield, maar dat zij hem niet geloofde
zij toestemming gaf om haar GSM telefoontoestel te onderzoeken
de sms-berichten in haar telefoon afkomstig zijn van [betrokkene 2] : 06- [001]
het telefoonnummer 06- [002] waarvan een sms-bericht in haar telefoon staat van [verdachte] is.
zij van foto 3 [verdachte] herkent
zij van foto 4 [betrokkene 2] herkent.
er voor haar reis naar Nederland niet gesproken was over prostitutiewerk; het ging om werken in de kassen, verpakkingsbedrijven, werken in bloemen
de afspraken over haar werk met [betrokkene 2] zijn gemaakt
[betrokkene 2] begon te draaien
haar bleek dat zij werk moest doen als prostituee
zij uiteindelijk als prostituee is gaan werken, omdat [betrokkene 2] zei dat als zij dat niet zou doen, hij haar in elkaar zou slaan of zou vermoorden
zij mishandeld is door [betrokkene 2]
zij haar geld moest afgeven aan [betrokkene 2]
zij na twee weken samen met [betrokkene 2] is verhuisd en met [verdachte] en [betrokkene 7] is gaan wonen; zij betaalde 350 euro aan [betrokkene 2] en [betrokkene 7] betaalde 350 euro aan [verdachte]
een auto had en haar en [betrokkene 7] samen met [betrokkene 2] naar de buurt van hun werk bracht
29-10-2011, 16.38 uur: Stand van zaken
29-10-2011, 17.03 uur: Nog een beetje
30-10-2011, 8.36 uur: Neem op neukerd
30-10-2011, 8.52 uur: [verdachte] brengt je naar huis naar Hongarije. Neem het op, je moet naar huis en laat weten als je volwassen wordt.
30-10-2011, 9.13 uur: Als je niet naar huis gaat dan ga je aan de slag met het werken. Maak 500. Begin maar, ik zal je bellen, nu ga ik naar Duitsland voor mijn [betrokkene 9]
30-10-2011, 9.41 uur: Aan de slag. Maak 500 tot 9 uur, weetje, ik kom, neem het op, anders weet je
- 30-10-2011, 9.50 uur: Voordat ik terugkom zal [verdachte] naar Hongarije vertrekken. Waarom neem je niet op. Ik sla je tegen de grond, dat is zeker, ik vermoord je.
30-10-2011, 10.30 uur: Mok maar niet schatje, het spijt me, heb je pijn?
- 30-10-2011, 17.00 uur: Ik denk dat [betrokkene 2] meer van jou houdt dan jij van hem. Hij had nog tegenover geen enkele vrouw zo’n houding als tegenover jou. Zelfs met [betrokkene 4] kreeg hij een ruzie vanwege jou.
[slachtoffer] zijn ex-vriendin is
[slachtoffer] samen met hem hier naartoe is gekomen
[slachtoffer] werkte in de prostitutie.
‘de tenlastelegging van iedere verdachte uiteraard separaat is beoordeeld’, dat, hoewel de verdachten in de huizen van de prostituees verbleven, zij financieel niet hebben bijgedragen aan de kosten voor die woning en overige zaken. Van het geld dat overbleef werden forse bedragen aan hun familie in Hongarije overgemaakt. [11] In samenhang bezien met de door het hof overgenomen gronden uit het vonnis hieromtrent, doelt het hof hiermee mede op de situatie waarin de verdachte opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van [slachtoffer] . Op grond van al het voorgaande is door het hof niet onbegrijpelijk vastgesteld dat ook de verdachte voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van [slachtoffer] . Immers, de door middel van gedwongen prostitutie verkregen verdiensten van [slachtoffer] (de uitbuitingssituatie) zijn onder meer gebruikt voor de huur van verdachtes woning en voor zijn (luxueuze) levensonderhoud. Voorts had hij gezien het voorgaande (voorwaardelijk) opzet, zoals vooropgesteld onder randnummer 8, op de uitbuiting én het voordeel trekken daarvan. Uit de vastgestelde feiten en omstandigheden blijkt dat hij wist dat [slachtoffer] werd uitgebuit en heeft hij opzettelijk haar verdiensten uit die uitbuitingssituatie (voor zijn kost en inwoning) gebruikt. Aldus kan het onder 8 bewezenverklaarde uit de bewijsvoering worden afgeleid en is de bewezenverklaring voldoende met redenen omkleed. Het in het middel ingenomen standpunt dat voor een bewezenverklaring van het tenlastegelegde vast moet komen te staan welk deel van de kosten van de verdachte voor rekening van [slachtoffer] zijn gekomen, vindt, mede gezien hetgeen ik onder 8. heb vooropgesteld, geen steun in het recht. Dat geldt ook voor het andere in het middel ingenomen standpunt dat voor uitbuiting het economisch voordeel van de verdachte hoger had moeten zijn dan in het onderhavige geval is vastgesteld. Ik merk daarbij op dat het eventueel door verdachte genoten economische voordeel een factor is die meegewogen kan worden bij de beantwoording van de vraag of sprake is van uitbuiting, maar dat het geen dwingend vereiste betreft voor een bewezenverklaring daarvan.
tweede middelklaagt over ’s hofs afwijzende beslissing op het verzoek van de verdediging om een aanvullend proces-verbaal te laten opstellen met betrekking tot de afgetapte telefoongesprekken tussen de verdachte en [betrokkene 7] en waarin de vraag moet worden beantwoord hoeveel gesprekken zijn afgeluisterd, of en op grond van welke criteria een selectie is gemaakt om deze afgeluisterde telefoongesprekken aan het procesdossier toe te voegen, en of er andere gesprekken tussen verzoeker en [betrokkene 7] zijn opgenomen die zijn getapt via andere dan door de raadsman genoemde telefoonlijnen.
“Voeging stukken (brief van 27 mei aan de AG)
brieven d.d. 27 mei 2014 van mr. Van Reydt aan het gerechtshof en het openbaar ministerie houdende nadere onderzoekswensen;
16.juni 2014
(….)
vierde middelklaagt dat het hof heeft verzuimd te motiveren dat het in de tenlastelegging en bewezenverklaring opgenomen ‘witwassen als bedoeld in art. 420bis Wetboek van Strafrecht’, gelet op de bewezenverklaring en de strafmotivering, verstaan moet worden als ‘eenvoudig witwassen’ als bedoeld in art. 420bis.1 Sr [15] .
hij in de periode van 1 januari 2011 tot en met 12 april 2012 te Den Haag en elders in Nederland en Duitsland en België en Hongarije heeft deelgenomen aan een criminele organisatie, onder meer bestaande uit verdachte en [medeverdachte 2] en [betrokkene 1] en [betrokkene 2] en [betrokkene 3] en een of meer anderen welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven namelijk het plegen van
mensenhandel, als bedoeld in artikel 273f Wetboek van Strafrecht, waarbij mensenhandel onder andere bestond uit het seksueel uitbuiten van vrouwen (prostituees) en
witwassen, als bedoeld in artikel 420bis Wetboek van Strafrecht.”
“deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven”. [18]
derde middelkomt op tegen ’s hofs verwerping van het door de verdediging gevoerde verweer ten aanzien van de strafvermindering vanwege een overschrijding van de redelijke termijn.
toetsing door de Hoge Raad als cassatierechterheeft de Hoge Raad in dit overzichtsarrest het volgende overwogen:
toetsing van de Hoge Raad als feitenrechterblijkt dat de Hoge Raad in volle omvang oordeelt over de eventuele overschrijding (mede) als gevolg van het tijdsverloop ná de uitspraak waartegen beroep in cassatie is ingesteld. Daarbij hanteert de Hoge Raad in strafzaken, voor zover hier van belang, de volgende uitgangspunten voor de vermindering van de straf:
en dat de op te leggen straf verminderd dient te worden met de maximaal toe te passen vermindering, te weten zes maanden (HR 17 juni 2008, ECLI:NL:HR:2008:BP5361).” Het hof baseert zich hierbij kennelijk op rechtsoverweging 3.6.2 onder B van het overzichtsarrest. Die overweging betreft echter geen voorschrift waaraan het hof zich moet houden, maar een door de Hoge Raad geformuleerd uitgangspunt indien hij zelf als feitenrechter oordeelt over een overschrijding van de redelijke termijn in de cassatiefase. Dat uitgangspunt kan een rol kan spelen bij de beoordeling in hoger beroep, maar vormt geen dwingend voorschrift voor de feitenrechter. [23] ’s Hofs oordeel hieromtrent is dan ook niet begrijpelijk, hoewel op andere gronden dan door de steller van het middel aangedragen. [24]