ECLI:NL:PHR:2018:1136
Parket bij de Hoge Raad
- Rechtspraak.nl
Zware mishandeling met een glazen fles en de kwalificatie van zwaar lichamelijk letsel
In deze zaak gaat het om de vraag of de verdachte, die op 31 december 2015 in 's-Gravenhage een ander met een glazen fles op het hoofd heeft geslagen, zich schuldig heeft gemaakt aan zware mishandeling. Het gerechtshof Den Haag heeft de verdachte bij arrest van 2 december 2016 veroordeeld tot een gevangenisstraf van 120 dagen, waarvan 40 dagen voorwaardelijk, en heeft een schadevergoedingsmaatregel opgelegd aan de benadeelde partij. De verdachte heeft cassatie ingesteld, waarbij twee middelen van cassatie zijn voorgesteld. De Hoge Raad herhaalt relevante overwegingen uit eerdere jurisprudentie over de kwalificatie van 'zwaar lichamelijk letsel'. Het hof heeft vastgesteld dat de aangever blijvende littekens op zijn hoofd heeft overgehouden, wat volgens de Hoge Raad voldoende is om te concluderen dat er sprake is van zwaar lichamelijk letsel. De verdediging heeft betoogd dat de littekens op zich niet voldoende zijn om zwaar lichamelijk letsel te kwalificeren, maar de Hoge Raad oordeelt dat de combinatie van de littekens en de omstandigheden van de zaak dit oordeel rechtvaardigt. De Hoge Raad verwerpt het cassatieberoep, waarbij wordt benadrukt dat het hof de alternatieve lezing van de verdachte niet aannemelijk heeft geacht en dat de bewezenverklaring van zwaar lichamelijk letsel voldoende gemotiveerd is.