Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.FEITEN
3.GESCHIL
4.OVERWEGINGEN
Beroep niet tijdig beslissen
5.PROCESKOSTEN EN GRIFFIERECHT
Vergoeding kosten bezwaar
6.DE BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
Op 13 januari 2022 heeft het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten uitspraak gedaan in een belastingzaak waarbij belanghebbende, een controle-ambtenaar, in beroep ging tegen een navorderingsaanslag inkomstenbelasting over het jaar 2015. De Inspecteur had de navorderingsaanslag opgelegd omdat bij de definitieve aanslag te veel ingehouden loonbelasting was verrekend. Belanghebbende voerde aan dat er geen nieuw feit was en dat het vertrouwensbeginsel was geschonden. Het Gerecht verwierp het beroep op het ontbreken van een nieuw feit, omdat volgens artikel 13, lid 2 van de Algemene landsverordening landsbelastingen ook zonder nieuw feit kan worden nagevorderd. Het beroep op het vertrouwensbeginsel werd eveneens verworpen, omdat belanghebbende redelijkerwijs had moeten beseffen dat de aanslag tot een te laag bedrag was opgelegd. Het Gerecht oordeelde dat de Inspecteur de navorderingsaanslag terecht had opgelegd, maar dat de ingehouden loonbelasting in werkelijkheid hoger was dan aanvankelijk vastgesteld. De navorderingsaanslag werd verminderd en de proceskostenvergoeding werd vastgesteld. Het Gerecht oordeelde dat de kosten voor reis en verblijf niet volledig voor vergoeding in aanmerking kwamen, omdat deze deels voor andere doeleinden waren gemaakt. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor belastingplichtigen om alert te zijn op de juistheid van hun aangiften, vooral wanneer er signalen zijn van onjuistheden.