Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.OVERWEGINGEN
3.DE BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum schriftelijk verzet doen bij:
belastinggriffieCUR@caribjustitia.org.
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 11 maart 2022 uitspraak gedaan over een verzoek om vergoeding van proceskosten en griffierecht na intrekking van een beroep door de belanghebbende. De belanghebbende had eerder bezwaar gemaakt tegen aanslagen premies AOV/AWW en AVBZ voor het jaar 2017, welke aanslagen op 8 februari 2019 waren opgelegd. Na het indienen van bezwaar en beroep, heeft de Inspecteur op 9 juli 2021 uitspraak gedaan op het bezwaar, waarbij de aanslag AOV/AWW werd gehandhaafd en de aanslag AVBZ werd verminderd. De belanghebbende trok op 26 januari 2022 de beroepen in, maar verzocht tegelijkertijd om vergoeding van de proceskosten en het griffierecht. Het Gerecht overwoog dat, ingevolge artikel 7a van de Landsverordening op het beroep in belastingzaken, het mogelijk is om onmiddellijk uitspraak te doen indien het beroep kennelijk gegrond is. Het Gerecht oordeelde dat de intrekking van het beroep en het verzoek om vergoeding van kosten gegrond was, en dat de Inspecteur in de proceskosten moest worden veroordeeld. Het Gerecht wees het verzoek tot vergoeding van de proceskosten toe en bepaalde dat de Inspecteur het betaalde griffierecht van NAf 50 moest terugstorten. De uitspraak benadrukt de toepassing van de relevante artikelen van de Landsverordening en de Algemene landsverordening Landsbelastingen, en bevestigt dat de belanghebbende recht heeft op een redelijke vergoeding van de gemaakte kosten.