ECLI:NL:HR:2022:672
Hoge Raad
- Artikel 80a RO-zaken
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep niet-ontvankelijk verklaard in belastingzaak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 29 april 2022 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van belanghebbende, [X] te [Z], België, tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 28 september 2021. Het Gerechtshof had eerder het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Gelderland behandeld, waarbij kosten van betekening aan belanghebbende in rekening waren gebracht. De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het cassatieberoep beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten over de uitspraak van het Hof niet kunnen slagen. Daarom heeft de Hoge Raad besloten om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren, zoals toegestaan onder artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie. Tevens heeft de Hoge Raad geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is gedaan door de vice-president R.J. Koopman als voorzitter, samen met de raadsheren A.F.M.Q. Beukers-van Dooren en M.T. Boerlage, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.