ECLI:NL:HR:2021:365
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de ontvankelijkheid van beroep in cassatie tegen uitspraak Centrale Raad van Beroep inzake Sectorale Arbeidsvoorwaarden Waterschappen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 12 maart 2021 uitspraak gedaan in het beroep in cassatie van [X] te [Z] tegen de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 12 november 2020, nr. 19/3718 AW. De zaak betreft een geschil over de toepassing van de Sectorale Arbeidsvoorwaarden Waterschappen. De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat er geen wettelijke bepaling is die beroep in cassatie openstelt tegen uitspraken van de Centrale Raad van Beroep in dergelijke geschillen. Het middel dat door de belanghebbende is ingediend, stelt dat er sprake is van een rechtsmiddelverbod en dat dit verbod in deze zaak doorbroken moet worden omdat fundamentele rechtsbeginselen zouden zijn geschonden. De Hoge Raad heeft dit betoog verworpen en geconcludeerd dat zijn bevoegdheid om te oordelen over uitspraken van de Centrale Raad van Beroep beperkt is tot de uitleg en toepassing van enkele in de wet aangewezen begrippen. De Hoge Raad heeft ook aangegeven dat het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens geen grondslag biedt voor een uitbreiding van deze bevoegdheid. Daarom heeft de Hoge Raad het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaard. Tevens is er geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.