Uitspraak
wonende te [woonplaats],
1.De prejudiciële procedure
2.Beantwoording van de prejudiciële vragen
3.Beslissing
24 september 2021.
Hoge Raad
In deze prejudiciële beslissing van de Hoge Raad, gedateerd 24 september 2021, wordt ingegaan op de vraag of het voorschrift van artikel 356 lid 1 van de Faillissementswet (Fw), dat vereist dat een slotuitdelingslijst wordt opgemaakt, ook van toepassing is op schuldsaneringsboedels met een boedelactief van minder dan € 2.000. De rechtbank Limburg had eerder prejudiciële vragen gesteld naar aanleiding van een zaak waarin de schuldenares, die geen advocaat had, afzag van het indienen van schriftelijke opmerkingen. De Hoge Raad baseert zijn oordeel op de feiten van de zaak, waaronder de uitspraak van de rechtbank over de schuldsaneringsregeling en de verschillende methoden van afdoening in de rechtspraktijk. De Hoge Raad concludeert dat, ongeacht de omvang van het boedelactief, de vereffening moet plaatsvinden volgens de geldende regels in de Faillissementswet, inclusief het opmaken van een slotuitdelingslijst. Dit besluit waarborgt de belangen van de schuldeisers en zorgt voor een transparante afwikkeling van de schuldsaneringsregeling. De kosten van de procedure worden begroot op nihil aan de zijde van de schuldenares.