Uitspraak
wonende te [woonplaats],
zetelende te Den Haag,
2.Uitgangspunten en feiten
de Crown Court at St. Albansdoor een jury schuldig bevonden aan diefstal. Na deze zitting is eiser op borgtocht vrijgelaten in afwachting van de
sentencing hearing, die enkele dagen later, op 14 november 2003, zou plaatsvinden. Op 14 november 2003 is eiser niet verschenen bij de
sentencing hearing. Eisers advocaat was wel aanwezig. Eiser is bij deze
sentencing hearingveroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twee jaar voor de diefstal plus zes maanden vanwege de schending door eiser van de borgtochtvoorwaarden.
certificate of conviction’ gevoegd. Dit stuk is afgegeven en ondertekend door een
officer of the Crown Court, in dit geval een griffiemedewerk(st)er van de
Crown Court at St. Albans. Het vermeldt onder meer dat eiser op 11 november 2003 is berecht en schuldig verklaard aan diefstal en op 14 november 2003 ter zake is veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twee jaar.
breach of bail’. De Engelse autoriteiten hebben bericht daarmee in te stemmen.
copy of the judgment’ als bedoeld in art. 6 lid 2, onder a, VOGP moeten afgeven, kan dat niet gebeuren in de vorm van een schriftelijk vonnis van de rechter(s), zoals Nederland dat kent. Uit de door Engelse autoriteiten gegeven inlichtingen volgt dat doorgaans een
Order of Imprisonmentwordt afgegeven. In die
Orderis de opgelegde straf vermeld zonder de beraadslagingen of overwegingen die tot dat vonnis hebben geleid. In de onderhavige zaak hebben de Engelse autoriteiten bij hun verzoek te kennen gegeven dat een dergelijke Order in deze zaak niet (of niet meer) bestaat, maar dat de
Crown Courtin plaats daarvan een
Certificate of Convictionheeft uitgegeven. Dit
Certificateis overgelegd bij het verzoek en vermeldt jegens wie, door welk gerecht, wanneer en welke straf is opgelegd en waarvoor. Het
Certificate of Convictionis afgegeven door (de griffier van) het gerecht waar eiser is berecht en is door de griffier ondertekend. Niets wijst erop dat dit stuk onbevoegd opgemaakt of vals is. Het document strookt met het door een Engelse rechter afgegeven Europees Aanhoudingsbevel, waarin die rechter heeft bevestigd dat het in het
Certificategenoemde vonnis is gewezen: “
The court sentenced [eiser] to 2 years imprisonment for the offence of theft”. De diverse bij het verzoek gevoegde stukken vormen (in elk geval: tezamen) in Engeland kennelijk de beslissing van de rechterlijke instantie waarbij de veroordeling is uitgesproken, ‘
the judgment’ als bedoeld in art. 6 lid 2, onder a, VOGP. (rov. 22)
guilty’ heeft geoordeeld en dat de Engelse rechter hem de straf heeft opgelegd. (rov. 24)
sentencing hearinggrote kans liep om te worden veroordeeld tot een gevangenisstraf. De Staat mocht bij de beoordeling van het verzoek ervan uitgaan dat eiser, als verdachte, tijdens zijn strafproces naar Nederland is gegaan teneinde zich te onttrekken aan de tenuitvoerlegging van het te wijzen strafvonnis. Uit de documenten volgt immers dat hij op 14 november 2003 opzettelijk niet is verschenen, terwijl hem verschijning was aangezegd (en hij op de hoogte was van het feit dat hij schuldig was bevonden). Op grond hiervan mocht de Staat ervan uitgaan dat eiser zich aan de tenuitvoerlegging van de straf in Engeland heeft onttrokken door, vóór de mogelijkheid van tenuitvoerlegging van de op te leggen straf, naar Nederland te vluchten.
3.Beoordeling van het middel
a certified copy of the judgment’) in de zin van art. 6 lid 2, onder a, VOGP. Die stukken bevatten het vonnis niet, zo houdt het onderdeel in.
judgment’) in art. 6 lid 2, onder a, VOGP wordt bedoeld ‘een rechterlijke beslissing of bevel waarbij een veroordeling wordt uitgesproken’ (‘
a decision or order of a court imposing a sentence’). Bij het verzoek als bedoeld in het verdrag moet dan ook een document worden overgelegd waaruit de voor tenuitvoerlegging vatbare veroordeling van de desbetreffende persoon tot de vrijheidsstraf blijkt. Gelet hierop is voldoende dat een gewaarmerkt (“
certified”) afschrift van een document wordt verstrekt waaruit onmiskenbaar de inhoud blijkt van de rechterlijke beslissing waarbij de veroordeling is uitgesproken, welk document is opgemaakt om tot bewijs van de veroordeling te kunnen dienen. Een en ander zal moeten voldoen aan de eisen die het nationale recht van de verzoekende staat aan dat document stelt. [6]
Crown Courtafgegeven
Certificate of Conviction– voldoende zijn om deze aan te merken als een gewaarmerkt afschrift van het vonnis in de zin van art. 6 lid 2, onder a, VOGP, geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting. De hiervoor in 3.1.1 genoemde klacht van het onderdeel is derhalve ongegrond.
4.Beslissing
22 januari 2021.