Uitspraak
gevestigd te Nieuwegein,
gevestigd te Amsterdam,
gevestigd te Athene, Griekenland,
2.Uitgangspunten en feiten
sale & lease backvan loterijapparatuur.
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
3 april 2020.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 3 april 2020 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen Econocom Nederland B.V. en Intralot. Econocom had beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, dat op 23 oktober 2018 was gewezen. De zaak betreft een kort geding waarin Intralot vorderde dat Econocom werd verboden om conservatoire maatregelen te nemen, terwijl er al een vonnis in de bodemprocedure was gewezen. De Hoge Raad oordeelde dat het hof niet had onderkend dat bij het gevorderde verbod om conservatoire maatregelen te nemen, een belangenafweging moest worden gemaakt. De Hoge Raad vernietigde het arrest van het hof en verwees de zaak naar het gerechtshof 's-Hertogenbosch voor verdere behandeling en beslissing. Tevens werd Intralot veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Econocom waren begroot op € 3.556,18, vermeerderd met wettelijke rente indien deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak werden voldaan.