3.1 In cassatie kan worden uitgegaan van de feiten vermeld in rov. 2.1-2.44 van het hiervoor onder 1 genoemde vonnis van de voorzieningenrechter. Voor zover in cassatie nog van belang gaat het daarbij om het volgende.
(i) De Russische vennootschap OAO Yukos Oil Company (hierna: Yukos Oil) is in 1993 door de Russische staat opgericht. Zij is in 1995 en 1996 geprivatiseerd.
(ii) Yukos Oil hield alle aandelen in de Nederlandse vennootschap Yukos Finance B.V. (hierna: Yukos Finance), die op haar beurt alle aandelen hield in eiseres tot cassatie sub 1, de Nederlandse vennootschap Yukos International UK B.V. (hierna ook: Yukos International), alsmede in deelnemingen in buitenlandse vennootschappen. Bij een reorganisatie in 2005 zijn deelnemingen van Yukos Finance in buitenlandse vennootschappen overgedragen aan Yukos International. Eisers tot cassatie sub 2 en sub 3, hierna: [eisers 2 en 3], zijn met ingang van 21 november 2005 benoemd tot bestuurders van Yukos Finance en Yukos International.
(iii) In de jaren 1995 tot en met 2003 heeft het Yukos-concern een aanzienlijke groei doorgemaakt. Het is eigenaar geworden van aanzienlijke olie- en gasreserves, pijpleidingen en raffinaderijen.
(iv) In verband met het opeisbaar worden van een vordering wegens aan Yukos Oil verstrekte kredieten heeft een consortium van internationale banken op 6 maart 2006 bij de Arbitrazh Rechtbank te Moskou een verzoek ingediend om ten aanzien van Yukos Oil de Russische insolventieprocedure te openen. Op 14 maart 2006 heeft het consortium zijn vordering op Yukos Oil overgedragen aan thans verweerster in cassatie sub 2, de Russische vennootschap OAO Rosneft.
(v) Nadat de Arbitrazh Rechtbank bij vonnis van 28 maart 2006 de zgn. waarnemingsprocedure op Yukos Oil van toepassing had verklaard, heeft zij Yukos Oil bij beslissing van 1 augustus 2006, vastgelegd in een vonnis van 4 augustus 2006, failliet verklaard met benoeming van [de curator] (hierna: [de curator]) tot curator. Tegen het vonnis heeft Yukos Oil tevergeefs hoger beroep ingesteld. Cassatieberoep werd niet ingesteld.
(vi) Yukos Oil heeft in het verleden een deelneming in de Litouwse vennootschap Mazeikiu Nafta en een 49% deelneming in de Slowaakse vennootschap Transpetrol ondergebracht in Yukos Finance. Begin 2006 heeft het bestuur van Yukos International te kennen gegeven de Litouwse olieraffinaderij van Mazeikiu Nafta te zullen verkopen.
(vii) Na een verzoek van [de curator] heeft de faillissementsrechtbank te New York in een Order van 26 mei 2006 bevolen dat de opbrengst van de verkoop van de olieraffinaderij direct overgeboekt dient te worden naar een bankrekening van een Nederlandse deurwaarder of een afgezonderde bankrekening ten name van Yukos International, onder de bepaling dat de opbrengst voor geen ander doel zal worden gebruikt dan overeenkomstig een overeenkomst tussen alle betrokken partijen dan wel een beslissing van de Nederlandse rechter.
(viii) De olieraffinaderij is verkocht voor USD 1,2 miljard. De opbrengst is overeenkomstig de Order van de New Yorkse rechtbank geplaatst op een bankrekening ten name van Yukos International.
(ix) [De curator] heeft, bij door hem namens Yukos Oil genomen aandeelhoudersbesluit van 11 augustus 2006, [eisers 2 en 3] ontslagen als statutair bestuurders. Bij door [de curator] namens Yukos Oil genomen aandeelhoudersbesluiten van 14 en 30 augustus 2006 zijn twee andere personen benoemd tot bestuurders van Yukos Finance.
(x) Op 15 augustus 2007 heeft [de curator] de aandelen van Yukos Oil in Yukos Finance via een in Rusland gehouden veiling verkocht aan thans verweerster in cassatie sub 2, de Russische vennootschap OOO Promneftstroy; de aandelen zijn op 10 september 2007 geleverd.
(xi) Bij vonnis van 31 oktober 2007 heeft de rechtbank Amsterdam (in een bodemprocedure tussen [eiser 2], [eiser 3] en Yukos Finance enerzijds en [de curator] alsmede twee door hem benoemde bestuurders van Yukos Finance anderzijds) geoordeeld dat het Russische faillissementsvonnis waarbij [de curator] tot curator is benoemd, is tot stand gekomen op een wijze die niet in overeenstemming is met de Nederlandse beginselen van een behoorlijke procesorde en strijdig is met de Nederlandse openbare orde. Laatstgenoemd vonnis kan daarom niet worden erkend en de daaruit naar Russisch recht voortvloeiende bevoegdheden van de curator kunnen door [de curator] in Nederland niet worden uitgeoefend. Dit brengt mee dat [de curator] niet bevoegd was Yukos Oil in Nederland te vertegenwoordigen ter zake van de uitoefening van het stemrecht op de door haar gehouden aandelen in Yukos Finance, aldus de rechtbank. De door [de curator] namens Yukos Oil genomen aandeelhoudersbesluiten, waaronder die met betrekking tot de vervanging van de bestuurders, zijn naar het oordeel van de rechtbank dan ook nietig.
(xii) Tegen dit uitvoerbaar bij voorraad verklaarde vonnis is hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. Ten tijde van de uitspraak van het thans in cassatie bestreden arrest was op het hoger beroep nog niet beslist. Inmiddels heeft het gerechtshof te Amsterdam bij arrest van 19 oktober 2010, LJN BO1035 de vorderingen van de tussenkomende partijen Promneftstroy en Yukos Finance afgewezen, voor recht verklaard dat Promneftstroy geen rechthebbende op de aandelen Yukos Finance is geworden, en voor het overige de zaak aangehouden tot het Europese Hof voor de Rechten van de Mens einduitspraak heeft gedaan inzake de klacht van Yukos Oil tegen de Russische Federatie.
(xiii) Bij vonnis van 12 november 2007 van de Arbitrazh Rechtbank te Moskou is het faillissement van Yukos Oil beëindigd per 4 november 2007. [De curator] heeft Yukos Oil hierna laten schrappen uit het Russische register voor ondernemingen, waardoor Yukos Oil naar Russisch recht is opgehouden te bestaan.
(xiv) Naar aanleiding van het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 31 oktober 2007 hebben Yukos Oil en Yukos International op 29 november 2007 bij de faillissementsrechtbank te New York opheffing gevraagd van de Order van 26 mei 2006. Deze rechtbank heeft bij beslissing van 4 januari 2008 onder meer bepaald:
"The obligation under the May 26 Order to maintain the proceeds from sale of the interest of Yukos International in AB Mazeikiu Nafta in a segregated interest bearing bank account (...) in the name of Yukos International, and the prohibition on use or distribution from Bank Account (...), shall terminate at 5.00 p.m. (EST) on January 21, 2008 (...), unless [de curator], Promneftstroy, or any other party that may have standing under Dutch law shall have properly commenced, prior to the Termination Date, a proceeding in accordance with Dutch law before a Dutch court of competent jurisdiction seeking to impose injunctive Relief or similar relief as may be available in accordance with Dutch law, on notice to the Remaining Yukos Parties (...), counsel to (...) [de curator] and counsel to Promneftstroy, in which case (x) the Dutch court shall have exclusive authority to determine whether to grant or deny such relief and (y) (...) the Injunctive Relief issued by this Court in the May 26 Order shall continue until the Dutch court renders a decision on such request, subject to further or other direction of the Dutch Court (...)."